EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Handhaving van intellectuele-eigendomsrechten

 

SAMENVATTING VAN:

Richtlijn 2004/48/EG — Handhaving van intellectuele-eigendomsrechten

Rectificatie

WAT IS HET DOEL VAN DEZE RICHTLIJN?

Deze richtlijn voorziet in een minimumpakket maatregelen, procedures en rechtsmiddelen die een effectieve civiele handhaving van intellectuele-eigendomsrechten (IER’s) in de hele EU mogelijk maken en een gestandaardiseerd niveau van bescherming in de hele interne markt waarborgen.

In 2017 heeft de Europese Commissie een pakket maatregelen vastgesteld om de toepassing en handhaving van intellectuele-eigendomsrechten en de bestrijding van namaak en piraterij verder te verbeteren. Zij heeft met name een Richtsnoerenmededeling gepubliceerd waarin de in deze richtlijn vastgestelde regels worden verduidelijkt, daar waar er in de EU-landen sprake was van uiteenlopende interpretaties. De maatregelen volgen op een tienpuntenactieplan voor de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten in de EU dat de Commissie in 2014 heeft opgesteld.

KERNPUNTEN

Doelstellingen

Het hoofddoel van de richtlijn is ervoor te zorgen dat in de hele EU dezelfde instrumenten beschikbaar zijn voor ontwikkelaars en innovatoren om hun intellectuele-eigendomsrechten uit te kunnen oefenen. Naast de bestrijding van namaak en piraterij draagt het echter ook bij tot de verwezenlijking van andere doelstellingen, waaronder:

  • het bevorderen van innovatie en het concurrentievermogen van het bedrijfsleven — het doeltreffend bestraffen van namaak en piraterij kan het vertrouwen in de eengemaakte markt helpen verzekeren;
  • de bescherming van de werkgelegenheid in Europa — schade die bedrijven lijden als gevolg van namaak en piraterij komt tot uiting in het werkgelegenheidsaanbod;
  • de bescherming van de consument — de consument wordt bewust bedrogen wat betreft de kwaliteit die hij mag verwachten van een product dat risico’s voor de gezondheid (bijv. namaakgeneesmiddelen of cosmetica) en de veiligheid (bijv. namaakspeelgoed of elektrische apparaten) met zich meebrengt, en geniet in principe geen garantie, service of doeltreffende voorziening in geval van schade;
  • de handhaving van de openbare orde — namaak en piraterij houden een overtreding in van de arbeidswetgeving (clandestiene arbeid), de fiscale wetgeving (inkomstenverlies voor de staat), de wetgeving inzake de volksgezondheid en inzake productveiligheid.

Toepassingsgebied

Deze richtlijn is van toepassing op elke schending van de intellectuele-eigendomsrechten volgens het EU-recht en/of het nationaal recht van de betrokken lidstaat.

Deze richtlijn is niet van toepassing op:

  • EU-regelgeving inzake de handhaving van rechten betreffende en verband houdend met het auteursrecht;
  • EU-regelgeving betreffende het materiële recht inzake intellectuele eigendom (d.w.z. het recht dat de rechten en plichten in verband met intellectuele eigendom definieert);
  • de verplichtingen van de lidstaten uit hoofde van internationale verdragen en met name de Overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom (de „TRIPS-Overeenkomst” genoemd);
  • de nationale wetgeving van EU-landen inzake strafprocedures en strafsancties in verband met de schending van intellectuele-eigendomsrechten.

Algemene verplichting

  • De lidstaten moeten de maatregelen, procedures en rechtsmiddelen vaststellen die nodig zijn voor de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten en passende maatregelen nemen tegen degenen die zich schuldig maken aan namaak en piraterij.
  • Deze maatregelen, procedures rechtsmiddelen moeten doeltreffend, evenredig en afschrikwekkend zijn, zonder dat het legitieme handelsverkeer wordt belemmerd, en waarborgen bieden tegen misbruik ervan.

Toepassing ter bescherming

Een verzoek tot toepassing van maatregelen ter bescherming van het intellectuele eigendom kan worden ingediend door:

  • de houders van intellectuele-eigendomsrechten,
  • alle andere personen die gemachtigd zijn om deze rechten te gebruiken (bijv. licentiehouders) en instanties die de houders van intellectuele-eigendomsrechten vertegenwoordigen (instanties voor het collectieve beheer van intellectuele-eigendomsrechten en instanties voor de verdediging van beroepsbelangen) overeenkomstig de geldende wetgeving.

Recht op informatie

Op verzoek van de eiser kan een rechterlijke instantie bevelen dat informatie wordt verstrekt over de oorsprong van de goederen of diensten die ervan verdacht worden inbreuk te maken op een intellectuele-eigendomsrecht en op de netwerken voor de distributie of levering daarvan, door de inbreukmaker of een andere persoon, indien die persoon:

  • op commerciële schaal de inbreukmakende goederen in zijn bezit blijkt te hebben;
  • op commerciële schaal gebruik blijkt te maken van de inbreukmakende goederen;
  • op commerciële schaal diensten blijkt te verrichten die bij inbreukmakende activiteiten worden gebruikt;
  • is aangewezen als zijnde betrokken bij de productie of de distributie van inbreukmakende goederen of diensten.

Regelgeving inzake het verkrijgen en bewaren van bewijsmateriaal

Op verzoek van de eiser kan een rechterlijke instantie de wederpartij gelasten bewijsmateriaal te overleggen dat zich in diens macht bevindt, mits de bescherming van vertrouwelijke informatie wordt gewaarborgd. De rechterlijke instantie kan ook maatregelen uitvaardigen die het mogelijk maken dat relevant bewijsmateriaal met betrekking tot de vermeende inbreuk wordt bewaard.

Voorlopige en conservatoire maatregelen

Op verzoek van de eiser kan een rechterlijke instantie een kort geding* uitvaardigen bedoeld om:

  • een dreigende overtreding van een intellectuele-eigendomsrecht te voorkomen;
  • de voortzetting van een vermeende inbreuk van een intellectuele-eigendomsrecht voorlopig te verbieden;
  • de voortzetting van de vermeende inbreuk te onderwerpen aan het stellen van garanties die moeten waarborgen dat de rechthebbende schadeloos wordt gesteld.

In sommige gevallen kunnen de rechterlijke autoriteiten toestemming geven voor conservatoir beslag op de roerende en onroerende goederen van de vermeende inbreukmaker, met inbegrip van blokkering van zijn/haar bankrekeningen en andere tegoeden.

Maatregelen die voortvloeien uit een besluit in de betreffende zaak

Op verzoek van de eiser kan een rechterlijke instantie corrigerende maatregelen gelasten om de inbreukmakende goederen terug te kunnen roepen, uit de handel te nemen, of te vernietigen.

Een rechterlijke instantie kan ook een permanent rechterlijk bevel uitvaardigen om te voorkomen dat de inbreuk wordt voortgezet of om de benadeelde partij een schadevergoeding toe te kennen.

VANAF WANNEER IS DE RICHTLIJN VAN TOEPASSING?

De richtlijn is sinds 20 mei 2004 van toepassing en moest voor 29 april 2006 in de EU-landen in nationale wetgeving worden omgezet.

ACHTERGROND

KERNBEGRIPPEN

Kort geding: een voorlopig rechterlijk bevel waarmee een partij verplicht of verhindert wordt om bepaalde handelingen te verrichten in afwachting van de definitieve uitspraak in de zaak.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Richtlijn 2004/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten (PB L 157 van 30.4.2004, blz. 45-86) Tekst opnieuw gepubliceerd in rectificatie (PB L 195 van 2.6.2004, blz. 16-25)

Achtereenvolgende wijzigingen aan Richtlijn 2004/48/EG werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad en het Europees Economisch en Sociaal Comité — Richtsnoeren inzake bepaalde aspecten van Richtlijn 2004/48/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten (COM(2017) 708 final van 29.11.2017)

Laatste bijwerking 11.06.2018

Top