EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Onderzoek en innovatie ten dienste van het concurrentievermogen van de Europese regio's

Een coherent gebruik van de verschillende Europese financieringsbronnen is een essentieel aspect van de steun die de Europese Unie (EU) verleent aan de sociale en economische ontwikkeling van haar lidstaten. Door middel van deze mededeling formuleert de Commissie een aantal richtsnoeren voor de nationale en regionale overheden opdat zij de programma's van het cohesiebeleid beter kunnen combineren met het zevende kaderprogramma voor onderzoek en technologische ontwikkeling (7e KPOTO) alsook het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie. Daarnaast wordt ook een beter gebruik van de Europese financieringsmogelijkheden door de lidstaten en de regio's bepleit.

MAATREGEL

Mededeling van de Commissie van 16 augustus 2007 "Concurrerende Europese regio's door onderzoek en innovatie. Een bijdrage tot meer groei en betere banen" [COM(2007) 474 definitief – Niet in het Publicatieblad verschenen].

SAMENVATTING

De ontwikkeling van een kenniseconomie staat centraal in het realiseren van het hernieuwde partnerschap voor groei en werkgelegenheid.

De Europese Unie (EU) beschikt daartoe momenteel over drie belangrijke financieringsinstrumenten:

Met deze mededeling wil de Commissie:

  • wijzen op de synergieën die conceptueel in de financieringsinstrumenten van het Europese beleid inzake onderzoek, innovatie en cohesie aanwezig zijn;
  • de omzetting van deze conceptuele synergieën in actieve synergieën door nationale en regionale autoriteiten en door regionale actoren bevorderen;
  • de balans opmaken van de huidige situatie en een beroep doen op de lidstaten en regio's om doelmatiger gebruik te maken van de beleidsmaatregelen en instrumenten van de EU inzake onderzoek, innovatie en cohesie;
  • wegen openen om dit gebruik te optimaliseren

Rekening houden met verschillen bij het streven naar synergie

De Europese beleidsterreinen onderzoek, innovatie en cohesie mikken op een gemeenschappelijke doelstelling: het creëren van banen en het stimuleren van groei.

Maar de middelen om dit doel te bereiken verschillen:

  • het onderzoeksbeleid is vooral gericht op het bevorderen van activiteiten waar Europa internationaal een toonaangevende positie inneemt;
  • het innovatiebeleid is gericht op het vertalen van kennis in nieuwe mogelijkheden voor het bedrijfsleven en nieuwe oplossingen voor de behoeften van de samenleving;
  • het cohesiebeleid is vooral gericht op het bevorderen van activiteiten waarin regio's uitblinken.

Zodoende garandeert de Commissie dat, de juridische verschillen, de verschillen in aanpak (geografische of thematische gerichtheid) en de methodologische verschillen (financiering door middel van uitnodigingen tot het indienen van voorstellen of selectie door middel van open oproepen tot het indienen van blijken van belangstelling, enz.) buiten beschouwing gelaten, de verschillende programma's kunnen worden gebruikt om samen naar deze gemeenschappelijke doelstelling toe te werken.

Ook het feit dat alle programma's nu dezelfde looptijd hebben (2007-2013) zal de coördinatie vergemakkelijken.

Meer synergie tussen het beleid voor onderzoek, innovatie en cohesie

De Raad "Concurrentievermogen" van de EU en verschillende adviesgroepen zoals CREST (Comité voor wetenschappelijk en technisch onderzoek van de EU), EURAB (Europese Adviesraad voor onderzoek), ESFRI (Europees Strategieforum voor onderzoeksinfrastructuren) of verder de ITRE-Commissie van het Europees Parlement hebben onlangs gewezen op de behoefte aan meer synergie tussen onderzoek, concurrentievermogen en regionale beleidsmaatregelen:

  • de nationale en regionale autoriteiten hebben belang bij het ontwikkelen van een specifieke strategie voor gecoördineerd gebruik van de kaderprogramma's en de programma's van het cohesiebeleid als onderdeel van hun strategie voor onderzoek, technologische ontwikkeling en innovatie (OTOI);
  • het cohesiebeleid en het kaderprogramma bieden mogelijkheden om de vormgeving van OTOI-strategieën te versterken door uitwisselingen en netwerken;
  • er moet nagedacht worden over voorstellen voor een effectieve synergie op belangrijke terreinen: versterken en verder ontwikkelen van OTOI-capaciteiten, ontwikkelen van de toonaangevende positie van Europa, MKB-focus, organiseren van samenwerking op Europees en internationaal niveau en versterken van de economische exploitatie van de resultaten van O&O;
  • optimalisering van de communicatie en samenwerking tussen de nationale en regionale actoren blijkt nodig;
  • de complementariteit tussen het specifieke programma "Capaciteiten" (7e KPOTO) en de programma's van het cohesiebeleid moet centraler staan;
  • de noodzaak van meer synergie tussen het cohesiebeleid en het 7e KPOTO wat betreft onderzoeksinfrastructuren en het belang van het op een zinvolle manier betrekken van de "nieuwere" lidstaten bij de Europese routekaart voor onderzoeksinfrastructuren liggen voor de hand.

Beter gebruiken van de Europese financieringsmogelijkheden

Er worden door de Commissie verschillende acties overwogen om te komen tot een beter gebruik van de Europese financieringsmogelijkheden door de verschillende onderzoeks-, innovatie- en cohesieactoren:

  • samenstelling van een praktijkgids om de toegang van de onderzoeksinstituten of ondernemingen tot de EU-financieringsbronnen te vergemakkelijken;
  • invoering van mechanismen die het uitwisselen van ideeën, beste praktijken, steun en adviezen vergemakkelijken;
  • verbetering van de uitwisseling van informatie met de nationale en regionale overheden betreffende organisaties die subsidies ontvangen in het kader van het 7e KPOTO en het CIP in het geval van aanvullende steun uit nationale, regionale en Europese fondsen.

De Commissie wil in het voorjaar van 2009 de balans opmaken van de op nationaal en regionaal niveau gemaakte vooruitgang.

Context

Onderzoek en innovatie bieden mogelijkheden om zowel een groot aantal uitdagingen waarvoor de EU momenteel staat, aan te gaan als om economische groei, maatschappelijk verantwoord ondernemen en duurzame ontwikkeling te stimuleren. De twee gebieden hebben overigens af te rekenen met een tekort aan menselijk kapitaal.

Onderzoek en ontwikkeling zijn eveneens essentiële instrumenten voor het duurzame beheer van hulpbronnen (met name energiehulpbronnen), de strijd tegen de klimaatverandering of ook nog de demografische ontwikkeling. In een gemondialiseerde context hangt het concurrentievermogen van de ondernemingen voor een groot deel af van de toegevoegde waarde van goederen en diensten. Tegen die achtergrond heeft de hernieuwde Lissabon-agenda Europese groei op basis van innovatie tot een hoofddoelstelling gemaakt.

Acties ter bevordering van innovatie zijn doeltreffender op regionaal niveau. Fysieke nabijheid stimuleert namelijk partnerschappen tussen actoren. Regionale polen spelen een essentiële rol in het bevorderen van onderzoek, technologische ontwikkeling en innovatie. Regionale leiders en ondernemers zijn het best in staat om een duurzaam concurrentievoordeel te ontlenen aan kennis, kwalificaties en vaardigheden. Maar tussen de regio's zijn er grote verschillen in middelen en prestaties. De kans dat er kloven geslagen worden is dan ook heel reëel.

De prioriteiten voor gemeenschappelijke of aanvullende acties van het onderzoeks-, innovatie en cohesiebeleid in het kader van de Lissabon-strategie zijn:

  • totstandbrenging van een Europese onderzoeksruimte (EOR);
  • verbetering van de resultaten op het gebied van O&O en innovatie;
  • versterking van het concurrentievermogen van de Europese ondernemingen en regio's;
  • consolidatie van de economische en sociale cohesie van de uitgebreide EU;
  • bevordering van de nationale, regionale en interregionale innovatiestrategieën;
  • stimulering van innovatie en innovatiepolen.

Laatste wijziging: 04.06.2008

Top