EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Voorbereiding op een influenzapandemie en andere bedreigingen voor de gezondheid

De Europese Commissie heeft twee actieplannen goedgekeurd die de Unie en de afzonderlijke lidstaten moeten helpen het hoofd te bieden aan ernstige grensoverschrijdende volksgezondheidscrises en aan een eventuele influenzapandemie.

BESLUITEN

Mededeling van de Commissie van 28 november 2005 over nauwere samenwerking bij het opstellen van draaiboeken voor volksgezondheidscrises op EU-niveau [COM(2005) 605 def. - Niet in het Publicatieblad verschenen].

Mededeling van de Commissie van 28 november 2005 betreffende een draaiboek voor een influenzapandemie in de Europese Gemeenschap [COM(2005) 607 def. - Niet in het Publicatieblad verschenen].

SAMENVATTING

VOORBEREIDING OP VOLKSGEZONDHEIDSCRISES OP EU-NIVEAU

Doel en toepassingsgebied

Het algemene doel van de mededeling van de Commissie over Europese coördinatie bij volksgezondheidscrises is de lidstaten te helpen bij het opstellen van algemene draaiboeken voor alle soorten volksgezondheidscrises, rekening houdend met de Europese dimensie. De mededeling en het document over technische bijstand bieden een grondslag op basis waarvan de lidstaten hun eigen draaiboeken kunnen opstellen, en beschrijven de voornaamste elementen waarmee rekening moet worden gehouden bij de voorbereiding op volksgezondheidscrises.

Met het oog op het opstellen van nationale draaiboeken voor volksgezondheidscrises beschrijft de Commissie welke maatregelen overwogen en in die draaiboeken verwerkt dienen te worden ten aanzien van de volgende essentiële aspecten: informatiebeheer, communicatie, wetenschappelijk advies, verbindings-, bevels- en controlestructuren, voorbereiding van de gezondheidssector en sectoroverschrijdende voorbereiding.

Informatiebeheer

Informatiebeheer omvat het verzamelen, behandelen, gebruiken en verspreiden van informatie over een crisissituatie. Het doel is de gevaren en risico's in kaart te brengen, de ontwikkeling van de crisissituatie te volgen, en vast te stellen welke middelen beschikbaar zijn.

De lidstaten dienen vooraf de nodige gezondheidssurveillance te organiseren. Daartoe moeten de surveillancenormen op de verschillende gebieden (mens, dier, milieu, enz.) volledig en strikt worden toegepast. Verder dient de samenwerking met en tussen de verschillende informatiebronnen te worden georganiseerd (in de gezondheidssector, maar ook externe bronnen zoals de media, veterinaire diensten, controle- en veiligheidsdiensten, enz.).

Communicatie

Informatiebeheer houdt ook in dat informatie tijdig wordt doorgegeven. De betreffende infrastructuur dient dus zo betrouwbaar en robuust mogelijk te zijn, zodat er in een crisissituatie voldoende communicatiekanalen beschikbaar zijn, ook als bepaalde communicatiesystemen uitvallen of overbelast raken.

De overheid dient een effectief communicatiebeleid te voeren ten aanzien van het publiek en de media. Dat betekent dat de overheid op crisissituaties voorbereid moet zijn en zich moet positioneren als de voornaamste - zo niet de enige - bron van gezaghebbende informatie over de gebeurtenissen.

Coördinatie is daarbij van groot belang, om ervoor te zorgen dat de informatie voor het publiek correct en coherent is. De lidstaten, de Commissie en de desbetreffende communautaire agentschappen dienen hun communicatie-inspanningen zo goed mogelijk te coördineren.

Wetenschappelijk advies

Het beheren van een crisissituatie omvat ook het opstellen en doorgeven van wetenschappelijk advies. Daarvoor zijn twee dingen nodig:

  • het opzetten, op alle niveaus en op alle gebieden, van structuren als deskundigengroepen of comités;
  • snelle raadpleging van de wetenschappelijke en technische basis met betrekking tot evaluatie en onderzoek van de risico's teneinde vast te kunnen stellen hoe gereageerd kan en moet worden.

Op communautair niveau zijn er in verschillende sectoren mechanismen en structuren opgezet om wetenschappelijke adviezen te verstrekken:

  • het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC);
  • het Europees Geneesmiddelenbureau (EMEA);
  • het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (GCO) (EN);
  • de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA);
  • het Europees Milieuagentschap (EEA);
  • het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving (EMCDDA);
  • het Europees Agentschap voor de veiligheid en de gezondheid op het werk (OSHA).

Op het gebied van de overdraagbare ziekten worden real-timeprognosemodellen op het niveau van de Unie ontwikkeld. Deze helpen beslissen wat de meest geschikte maatregelen zijn om de verspreiding van een ziekte en van ziekteverwekkers tegen te gaan en de autoriteiten input te geven voor de beleidsvorming en de planning op het gebied van de volksgezondheid.

Verbindings-, bevels- en controlestructuren

De bevels- en controlestructuren omvatten alle plannings- en reactiefuncties en -operaties. Deze structuren zijn met name belast met het tegengaan van de verspreiding van de ziekte of de besmetting onder de bevolking en in het milieu.

Voor een doelmatige bevels- en controlestructuur is met name het volgende nodig:

  • kennis van de situatie (aantallen slachtoffers, beschikbare middelen);
  • coördinatie van de reactie en de communicatie;
  • informatieanalyse en -beheer.

De bevels- en controlestructuren helpen de verantwoordelijke personen doelmatig te handelen ondanks de complexiteit van de situatie (onzekerheid, tegenstrijdige of onvolledige informatie, enz.). Simulaties kunnen van nut zijn om meer duidelijkheid te scheppen en op mogelijke uitkomsten te anticiperen.

De bevels- en controlecentra in de lidstaten moeten beschikken over goede verbindingssystemen met de andere lidstaten, met de Commissie, en met de communautaire agentschappen en internationale organisaties, met name met de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). De EU beschikt over een groot aantal verbindingssystemen, in de meeste gevallen bedoeld voor snelle waarschuwing. Kennisgevingen van bedreigingen voor de volksgezondheid via het systeem voor vroegtijdige waarschuwing en maatregelen (Early Warning and Response System, EWRS), of via het snellewaarschuwingssysteem voor biologische, chemische en radiologische/nucleaire aanslagen en bedreigingen, kunnen aanleiding zijn tot onderkenning van een volksgezondheidscrisis en tot inschakeling van de nodige verbindings- en coördinatiestructuren op EU-niveau en binnen de Commissie. De Commissie heeft daarnaast het ARGUS-systeem opgezet, dat alle communautaire snellewaarschuwingssystemen met elkaar verbindt, plus een crisiscentrum met coördinatiestructuren.

Voorbereiding van de gezondheidssector

De voorbereiding van de gezondheidssector omvat een aantal aspecten:

  • uitwisseling van informatie tussen lidstaten betreffende de planning op nationaal niveau (o.a. pooling van inlichtingen over de geplande activiteiten en bijstand);
  • bundeling van de middelen voor epidemiologisch en laboratoriumonderzoek;
  • verbetering en uitbreiding van de procedures voor het overbrengen van patiënten van de ene naar de andere lidstaat;
  • het opzetten van isolatieprocedures;
  • ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen en medische hulpmiddelen. De Unie moet er (mede) voor zorgen dat essentiële geneesmiddelen beschikbaar zijn voor diegenen die er het dringendst behoefte aan hebben, en dat er voorraden van die geneesmiddelen worden opgebouwd. Een communautaire strategie voor de ontwikkeling en productie van prioritaire geneesmiddelen tegen de belangrijkste bedreigingen van de gezondheid is eveneens noodzakelijk. De EU heeft al een aantal initiatieven genomen om de beschikbaarheid van antivirale middelen en vaccins in geval van een influenzapandemie te verzekeren.

Voorbereiding van alle overige sectoren en sectoroverschrijdende voorbereiding

Buiten de gezondheidssector moeten volksgezondheidscrises op twee manieren worden aangepakt:

  • het bijstaan van de gezondheidsautoriteiten bij medische interventies;
  • het nemen van maatregelen waarvoor hoofdzakelijk andere sectoren verantwoordelijk zijn (logistiek, decontaminatie, transport, telecommunicatie, civielebeschermingsmaatregelen, ordehandhaving, enz.).

Voor de uitvoering van bepaalde maatregelen zal een beroep moeten worden gedaan op andere instanties dan de gezondheidsdiensten; coördinatie zal dus noodzakelijk zijn.

Ook de voorbereiding van derde landen is van fundamenteel belang voor de bescherming van de EU tegen gezondheidsrisico's die zich vanuit die landen kunnen verspreiden. Om de gezondheid van de EU-burgers tegen bekende of onverwachte gezondheidsrisico's te beschermen, moet dus worden nagedacht over een gecoördineerde aanpak binnen en buiten de Unie.

VOORBEREIDING EN MAATREGELEN VAN DE EU IN GEVAL VAN EEN INFLUENZAPANDEMIE

In maart 2004 heeft de Europese Commissie een werkdocument over de opstelling van een communautair draaiboek voor een influenzapandemie goedgekeurd (COM(2004) 201 def.). In dit werkdocument wordt de rol van de Commissie en van de lidstaten bij de voorbereiding op een dergelijke pandemie aangegeven, en welke cruciale maatregelen in elke fase en bij elk niveau moeten worden ondernomen op de verschillende relevante terreinen: beheer en coördinatie, surveillance, preventie, zorgverlening en interventie, communicatie, civiele bescherming en onderzoek. Deze strategie is met name gebaseerd op de aanbevelingen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO).

De mededeling van 28 november 2005 betreffende een draaiboek voor een influenzapandemie behelst enige wijzigingen van deze strategie, met het oog op aanpassing daarvan aan nieuwe ontwikkelingen op dit terrein, te weten:

  • de publicatie van herziene aanbevelingen van de WHO betreffende een influenzapandemie;
  • de oprichting van het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC).

De zes fasen van een influenzapandemie

Het actieplan bevat een voorstel voor een reactie van de Unie op elk van de zes fasen van een influenzapandemie, als gedefinieerd door de WHO:

  • Fase 1 - interpandemische periode: geen nieuwe influenzavirussubtypes bij mensen geconstateerd;
  • Fase 2 - interpandemische periode: geen nieuwe influenzavirussubtypes bij mensen geconstateerd, maar een circulerend dierlijk influenzavirussubtype levert een aanzienlijk risico van ziekte bij de mens op.
  • Fase 3 - pandemische alarmfase: menselijke infectie met een nieuw subtype, maar geen overdracht van mens tot mens;
  • Fase 4 - pandemische alarmfase: klein(e) cluster(s) met beperkte overdracht van mens tot mens. De verspreiding blijft echter uiterst gelokaliseerd, waaruit blijkt dat het virus niet goed aan de mens is aangepast;
  • Fase 5 - pandemische alarmfase: groter(e) cluster(s), maar de overdracht van mens tot mens is nog steeds gelokaliseerd, waaruit blijkt dat het virus in toenemende mate aan de mens aangepast is, maar wellicht nog steeds niet volledig van mens op mens overdraagbaar (aanzienlijk risico van pandemie);
  • Fase 6 - pandemische periode: toegenomen en voortdurende overdracht in de hele bevolking. Diverse uitbraken in ten minste één land buiten de EU met onafgebroken overdracht van mens op mens en verspreiding naar andere landen.

Vaststelling van de verantwoordelijkheden op communautair en nationaal niveau

Het actieplan geeft voor iedere pandemische fase in detail aan wat de verantwoordelijkheden van de lidstaten, van de Commissie en van het ECDC zijn. Op operationeel niveau moeten maatregelen worden genomen op de volgende terreinen:

  • planning en coördinatie;
  • evaluatie en monitoring;
  • preventie en indamming;
  • maatregelen van de gezondheidssector;
  • communicatie tussen de lidstaten en de EU, informatie voor het publiek.

CONTEXT

De terroristische aanslagen in de VS in september 2001 hebben aangetoond dat het volksgezondheidsbeleid, de draaiboeken voor crisissituaties, en de middelen om dergelijke aanslagen te voorkomen en de gevolgen ervan te beperken, versterkt moeten worden.

De SARS-epidemie in 2003 was een ander belangrijk evenement op gezondheidsgebied, dat aanleiding was om de middelen voor bescherming tegen overdraagbare ziekten opnieuw te bezien. Bij deze epidemie kon de werking getest worden van de in de Unie opgezette coördinatie via het systeem voor vroegtijdige waarschuwing en maatregelen (EWRS). Dankzij dat systeem bleven de lidstaten van de situatie op de hoogte en waren zij gereed om een eventuele verspreiding van de ziekte tegen te gaan.

De twintigste eeuw heeft drie influenzapandemieën gekend. Onlangs moest het risico van een nieuwe wereldwijde influenzapandemie opnieuw onder ogen worden gezien na de uitbraak van vogelgriep in Azië en de verspreiding daarvan in de wereld. Het is onmogelijk te voorspellen wanneer de volgende pandemie zal uitbreken, maar de gevolgen zullen aanzienlijk zijn, niet alleen wat de mobilisatie van gezondheids- en sociale diensten betreft, maar ook in termen van sociale en economische onrust. Een methodische planning van voorbereiding en de maatregelen op het niveau van de Unie en op dat van de lidstaten kan de omvang en gevolgen van een dergelijke pandemie helpen beperken.

Daarom heeft de Commissie twee actieplannen goedgekeurd om de Unie en de lidstaten te helpen deze bedreigingen van de volksgezondheid op Europees niveau het hoofd te bieden. Een daarvan is gericht op het verbeteren van de Europese coördinatie in geval van volksgezondheidscrises door middel van een algemene strategie die op verschillende soorten bedreigingen van de gezondheid toegepast kan worden, of het nu gaat om bedreigingen die te verwachten waren (zoals een influenzapandemie) of bedreigingen die bij verrassing opduiken (bijvoorbeeld een met SARS vergelijkbare epidemie). Het tweede plan betreft meer in het bijzonder de voorbereiding op en de draaiboeken voor een influenzapandemie.

GERELATEERDE BESLUITEN

Conclusies van de Raad van 18 oktober 2005 over vogelgriep en het risico van uitbraak van een influenzapandemie [Niet in het Publicatieblad verschenen].

Verordening (EG) nr. 851/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot oprichting van een Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding [Publicatieblad L 142 van 30.4.2004].

Werkdocument van de Commissie van 26 maart 2004 over de opstelling van een communautair draaiboek voor een influenzapandemie [COM(2004) 201 def. - Niet in het Publicatieblad verschenen].

Beschikking 2000/57/EG van de Commissie van 22 december 1999 betreffende het systeem voor vroegtijdige waarschuwing en maatregelen ter voorkoming en beheersing van overdraagbare ziekten overeenkomstig Beschikking 2119/98/EG van het Europees Parlement en de Raad [Publicatieblad L 21 van 26.1.2000].

See also

  • Nadere informatie is te vinden op de site Volksgezondheid (EN) van de Europese Commissie

Laatste wijziging: 10.03.2006

Top