EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32014R1046

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1046/2014 van de Commissie van 28 juli 2014 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 508/2014 van het Europees Parlement en de Raad inzake het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij wat betreft de criteria voor de berekening van de extra kosten van de marktdeelnemers voor het vissen, het kweken, de verwerking en de afzet van bepaalde visserij- en aquacultuurproducten uit de ultraperifere gebieden

OJ L 291, 7.10.2014, p. 1–3 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2014/1046/oj

7.10.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 291/1


GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. 1046/2014 VAN DE COMMISSIE

van 28 juli 2014

tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 508/2014 van het Europees Parlement en de Raad inzake het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij wat betreft de criteria voor de berekening van de extra kosten van de marktdeelnemers voor het vissen, het kweken, de verwerking en de afzet van bepaalde visserij- en aquacultuurproducten uit de ultraperifere gebieden

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) nr. 508/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 inzake het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en tot intrekking van de Verordeningen (EG) nr. 2328/2003, (EG) nr. 861/2006, (EG) nr. 1198/2006 en (EG) nr. 791/2007 van de Raad en Verordening (EU) nr. 1255/2011 van het Europees Parlement en de Raad (1), en met name artikel 72, lid 4,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op grond van hoofdstuk V van Verordening (EU) nr. 508/2014 kan uit het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij (EFMZV) steun worden verleend ter compensatie van de extra kosten van de marktdeelnemers voor het vissen, het kweken, de verwerking en de afzet van bepaalde visserij- en aquacultuurproducten uit de ultraperifere gebieden van de Unie als bedoeld in artikel 349 van het Verdrag.

(2)

Met het oog op de handhaving van de concurrentiepositie van bepaalde visserij- en aquacultuurproducten uit de ultraperifere gebieden van het Unie ten opzichte van die van soortgelijke producten uit andere gebieden van de Unie, heeft de Unie in 1992 maatregelen genomen om de betrokken extra kosten voor de visserij- en aquacultuursector te vergoeden. De compenserende maatregelen voor de periode 2007-2013 zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 791/2007 van de Raad (2). Als gevolg van de structurele, maatschappelijke en economische situatie van de ultraperifere gebieden van de Unie, die wordt bemoeilijkt door de grote afstand, het insulaire karakter, de kleine oppervlakte, een moeilijk reliëf, de economische afhankelijkheid van een klein aantal producten en bijzondere klimatologische omstandigheden, is het noodzakelijk om door te gaan met het verlenen van steun ter compensatie, met ingang van 1 januari 2014, van de extra kosten voor het vissen, het kweken, de verwerking en de afzet van bepaalde visserij- en aquacultuurproducten. De compensatie van de extra kosten helpt de marktdeelnemers van deze gebieden namelijk economisch levensvatbaar te blijven.

(3)

Deze extra kosten moeten worden vastgesteld in een compensatieplan als bedoeld in artikel 72 van Verordening (EU) nr. 508/2014.

(4)

Om voor een geharmoniseerde en gelijke behandeling van alle betrokken gebieden te zorgen door middel van een betere vergelijkbaarheid tussen de gebieden en van het ene jaar ten opzichte van het volgende, en met name om overcompensatie van de extra kosten te voorkomen, is het nodig om de criteria vast te stellen voor de berekening van de extra kosten die voortvloeien uit de specifieke beperkingen van de ultraperifere gebieden van de Unie. Door de toepassing van de gemeenschappelijke criteria zal worden gegarandeerd dat voor de berekening van de extra kosten een uniforme methode op alle betrokken gebieden wordt toegepast.

(5)

Bij het ramen van de referentiekosten van producten of categorieën producten die marktdeelnemers in het continentale deel van de lidstaat of van het grondgebied van de Unie maken en op basis waarvan de extra kosten worden bepaald, moet bijzonder zorgvuldig te werk worden gegaan om overcompensatie te voorkomen.

(6)

Er zijn producten of categorieën producten waarvoor geen vergelijkingscriteria of meeteenheden in het continentale deel van het grondgebied van de betrokken lidstaat bestaan. In dergelijke gevallen moet de referentie voor de berekening van de extra kosten worden vastgesteld in vergelijking met de kosten van de equivalente producten of categorieën producten die worden gemaakt door de marktdeelnemers van het continentale deel van het grondgebied van de Unie.

(7)

Gezien de uiteenlopende afzetomstandigheden voor de ultraperifere gebieden en de schommelingen van de vangsten en de bestanden en van de marktvraag, moet het aan de betrokken lidstaten worden overgelaten om, binnen de totale toewijzing per lidstaat, de voor compensatie in aanmerking komende producten of categorieën producten van de visserij en de aquacultuur, de respectieve maximumhoeveelheden en de compensatiebedragen vast te stellen.

(8)

De lidstaten moeten de compensatiebedragen zodanig vaststellen dat de extra kosten die uit de bijzondere beperkingen van de ultraperifere gebieden voortvloeien, op passende wijze worden gecompenseerd en dat overcompensatie wordt voorkomen. Daartoe moet bij het compensatiebedrag ook rekening worden gehouden met andere soorten overheidsmaatregelen die de hoogte van de extra kosten beïnvloeden, waaronder eventuele staatssteun die uit hoofde van artikel 108, lid 3, van het Verdrag en artikel 73 van Verordening (EU) nr. 508/2014 is aangemeld.

(9)

Om te zorgen voor een geharmoniseerde presentatie van de extra kosten moeten die extra kosten worden uitgedrukt in ton levend gewicht, als omschreven in Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad (3), en overeenkomstig Verordening (EG) nr. 409/2009 van de Commissie (4), waarin met het oog op de monitoring van de vangsten uniale omrekeningsfactoren voor verse en gezouten verse vis en codes van aanbiedingsvormen voor verwerkte vis zijn vastgesteld voor de omzetting van opgeslagen of verwerkt gewicht aan vis in levend gewicht aan vis.

(10)

Om aan te tonen dat er geen sprake is van overcompensatie, moeten de lidstaten de betrokken informatie over de toepassing van het compensatiemechanisme in het jaarlijks uitvoeringsverslag opnemen als aangegeven in artikel 114, lid 2, van Verordening (EU) nr. 508/2014.

(11)

Om een snelle toepassing van de in deze verordening vastgestelde maatregelen mogelijk te maken, moet deze verordening, aangezien de uitgaven al sinds 1 januari 2014 voor het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij in aanmerking komen op grond van artikel 65, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad (5), in werking treden op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bij deze verordening worden de criteria vastgesteld voor de berekening van de extra kosten die de marktdeelnemers tijdens de in artikel 65, lid 2, van Verordening (EU) nr. 1303/2013 omschreven subsidiabiliteitsperiode voor het vissen, het kweken, de verwerking en de afzet van bepaalde visserij- en aquacultuurproducten uit de in artikel 349 van het Verdrag bedoelde ultraperifere gebieden van de Unie maken als gevolg van de specifieke beperkingen van de ultraperifere gebieden.

Artikel 2

1.   De in artikel 1 bedoelde extra kosten worden afzonderlijk berekend voor elk van de volgende activiteiten:

a)

het vissen;

b)

het kweken;

c)

de verwerking;

d)

de afzet.

2.   Binnen elke in lid 1 genoemde activiteit worden de extra kosten berekend per uitgavenpost die in de in artikel 72 van Verordening (EU) nr. 508/2014 bedoelde compensatieplannen is opgenomen voor elk product of elke categorie producten die door de lidstaat voor compensatie in aanmerking is genomen.

3.   De extra kosten worden voor elke uitgavenpost vastgesteld als het verschil tussen enerzijds de kosten die de marktdeelnemers in de betrokken ultraperifere gebieden maken, verminderd met alle soorten overheidsmaatregelen die de hoogte van de extra kosten beïnvloeden, en anderzijds de vergelijkbare kosten die de continentale marktdeelnemers van de betrokken lidstaat maken.

4.   In afwijking van lid 3 worden de extra kosten voor uitgavenposten die specifiek zijn voor producten of categorieën producten waarvoor er geen vergelijkingscriteria of meeteenheden in het continentale deel van het grondgebied van de lidstaat bestaan, vastgesteld door een vergelijking te maken met de vergelijkbare kosten van equivalente producten of categorieën producten die de marktdeelnemers van het continentale deel van het grondgebied van de Unie maken.

5.   Bij de berekening van de extra kosten wordt rekening gehouden met eventuele overheidsmaatregelen, waaronder staatssteun die is aangemeld uit hoofde van artikel 108, lid 3, van het Verdrag en artikel 73 van Verordening (EU) nr. 508/2014.

Artikel 3

1.   Bij de berekening van de extra kosten worden alleen de kosten die uit de specifieke beperkingen van de ultraperifere gebieden voortvloeien, in aanmerking genomen.

2.   Bij de berekening van de extra kosten wordt uitgegaan van een jaarlijks gemiddelde van de genoteerde prijzen.

3.   De extra kosten worden uitgedrukt in euro per ton levend gewicht en zo nodig worden alle kostenelementen van de totale extra kosten omgerekend in euro per ton levend gewicht.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 28 juli 2014.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 149 van 20.5.2014, blz. 1.

(2)  Verordening (EG) nr. 791/2007 van de Raad van 21 mei 2007 tot instelling van een regeling ter compensatie van de extra kosten voor de afzet van bepaalde visserijproducten van de ultraperifere gebieden van de Azoren, Madeira, de Canarische Eilanden, Frans Guyana en Réunion (PB L 176 van 6.7.2007, blz. 1).

(3)  Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad van 20 november 2009 tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen, tot wijziging van de Verordeningen (EG) nr. 847/96, (EG) nr. 2371/2002, (EG) nr. 811/2004, (EG) nr. 768/2005, (EG) nr. 2115/2005, (EG) nr. 2166/2005, (EG) nr. 388/2006, (EG) nr. 509/2007, (EG) nr. 676/2007, (EG) nr. 1098/2007, (EG) nr. 1300/2008, (EG) nr. 1342/2008 en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1627/94 en (EG) nr. 1966/2006 (PB L 343 van 22.12.2009, blz. 1).

(4)  Verordening (EG) nr. 409/2009 van de Commissie van 18 mei 2009 tot vaststelling van communautaire omrekeningsfactoren en codes van aanbiedingsvormen voor de omzetting van verwerkt gewicht aan vis in levend gewicht aan vis, en tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2807/83 van de Commissie (PB L 123 van 19.5.2009, blz. 78).

(5)  Verordening (EU) nr. 1303/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds, het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij en algemene bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds, het Cohesiefonds en het Europees Fonds voor maritieme zaken en visserij, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1083/2006 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 320).


Top