EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Verdrag tot oprichting van de energiegemeenschap

Bij het Verdrag tot oprichting van de energiegemeenschap wordt een interne gas- en elektriciteitsmarkt tot stand gebracht waarin de 28 lidstaten van de Europese Unie (EU) zijn verenigd samen met 6 landen en territoria van de Balkan.

BESLUIT

Besluit 2006/500/EG van de Raad van 29 mei 2006 betreffende de sluiting van het Verdrag tot oprichting van de energiegemeenschap door de Europese Gemeenschap.

SAMENVATTING

Bij het Verdrag tot oprichting van de energiegemeenschap wordt een geïntegreerde energiemarkt (elektriciteit en gas) tot stand gebracht tussen de EU en de verdragsluitende partijen.

De leden van de energiegemeenschap zijn de EU, Albanië, Bosnië en Herzegovina, de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, Montenegro, Servië en de overeenkomstig resolutie 1244 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties ingestelde Missie van de VN voor interimbestuur in Kosovo (hierna te noemen: Kosovo). Voorts kunnen, op verzoek van de ministerraad, één of meerdere lidstaten van de EU deelnemen aan de energiegemeenschap. Derde landen kunnen als waarnemer worden toegelaten.

Het verdrag is van toepassing op het grondgebied van de landen en op Kosovo.

Het verdrag is op 1 juli 2006 in werking getreden. Het is gesloten voor een periode van tien jaar, maar de geldigheidsduur werd verlengd met een nieuwe periode van tien jaar op besluit bij eenparigheid van stemmen door de ministerraad d.d. 24 oktober 2013.

Taken van de energiegemeenschap

De energiegemeenschap heeft de volgende doelstellingen:

  • totstandbrenging van een stabiele regelgeving en markt die een aantrekkelijk kader vormen voor investeringen met het oog op een stabiele en continue energievoorziening;
  • totstandbrenging van een gemeenschappelijke regelgevingsruimte voor de handel in netenergie;
  • versterking van de continuïteit van de energievoorziening in die regelgevingsruimte en ontwikkeling van de betrekkingen met de buurlanden;
  • verbetering van de energie-efficiëntie en de milieusituatie op het gebied van de netenergie, en ontwikkeling van hernieuwbare energiebronnen;
  • ontwikkeling van de mededinging op de netenergiemarkten.

Activiteiten van de energiegemeenschap

Een belangrijk aspect van de activiteiten van de energiegemeenschap is de tenuitvoerlegging van een deel van de communautaire wetgeving, het zogenaamde acquis communautaire in alle landen die partij zijn bij het verdrag, meer bepaald op het gebied van energie, milieu, mededinging en duurzame energiebronnen, alsook de inachtneming van bepaalde Europese normen van algemene systeemtechnische aard, bijvoorbeeld op het gebied van grensoverschrijdende transmisse en/of transport van netenergie.

Bij het verdrag wordt voorts een mechanisme ingevoerd voor de functionering van regionale energiemarkten dat betrekking heeft op het grondgebied van de verdragsluitende partijen en de betrokken EU-lidstaten. Dit mechanisme voorziet in een kader voor maatregelen voor het transport van netenergie over lange afstand, de continuïteit van de energievoorziening, de energievoorziening voor de burgers, de harmonisatie, de bevordering van hernieuwbare energiebronnen en energie-efficiëntie en ten slotte de vrijwaringsmaatregelen die mogen worden genomen bij een plotselinge crisis op de netenergiemarkt op het grondgebied van een lid van de energiegemeenschap.

Bovendien wordt bij dit verdrag een interne markt zonder binnengrenzen opgericht tussen de partijen, waarin douanerechten en kwantitatieve beperkingen van de invoer en uitvoer van netenergie, alsmede alle maatregelen van gelijke werking, tussen de partijen verboden zijn, behalve in uitzonderingsgevallen (openbare orde, openbare veiligheid, bescherming van de gezondheid en het leven van personen, dieren of planten of van de industriële en commerciële eigendom). Bij het verdrag worden ook de betrekkingen met derde landen en de onderlinge bijstand bij verstoringen gereguleerd.

De Commissie treedt op als coördinator van deze activiteiten.

Instellingen en besluitvorming

De ministerraad, die bestaat uit de vertegenwoordigers van de verdragsluitende partijen, stelt de algemene richtsnoeren voor het beleid vast, treft maatregelen met het oog op de verwezenlijking van de doelstellingen van het verdrag en neemt procedurele besluiten aan, zoals het opleggen van specifieke taken, bevoegdheden en verplichtingen. Het voorzitterschap rouleert onder de verdragsluitende partijen voor perioden van zes maanden en wordt bijgestaan door een vertegenwoordiger van de EU en een vertegenwoordiger van het eerstvolgende voorzitterschap. De ministerraad brengt jaarlijks aan het Europees Parlement en de parlementen van de deelnemende partijen verslag uit.

De permanente groep op hoog niveau is belast met de voorbereiding van de werkzaamheden van de ministerraad. Hij bestaat uit een vertegenwoordiger van elke verdragsluitende partij.

De commissie voor regelgeving heeft tot taak de andere instellingen te adviseren en aanbevelingen te doen bij grensoverschrijdende geschillen. Zij is samengesteld uit één vertegenwoordiger van de relevante instantie op energiegebied per partij bij het verdrag, terwijl de EU vertegenwoordigd is door de Europese Commissie bijgestaan door een regelgevende instantie per deelnemende lidstaat en een vertegenwoordiger van de Europese groep van regelgevende instanties voor elektriciteit en gas (ERGEG).

Voorts wordt de energiegemeenschap geadviseerd door twee fora die bestaan uit vertegenwoordigers van alle belanghebbende groepen.

Het permanent secretariaat, dat gevestigd is in Wenen, verleent onder meer administratieve ondersteuning aan de andere instellingen van de energiegemeenschap en gaat na of de partijen hun verplichtingen uit hoofde van het verdrag naar behoren nakomen.

De energiegemeenschap stelt (bindende) besluiten en aanbevelingen (die geen bindende kracht hebben) vast. Deze maatregelen worden genomen, naar gelang van het geval, hetzij op voorstel van de Europese Commissie (toepassing van het acquis communautaire), hetzij op voorstel van een partij bij het verdrag (overige activiteiten), en worden aangenomen hetzij bij meerderheid (toepassing van het acquis communautaire), hetzij bij tweederde meerderheid (mechanisme voor de werking van de netenergiemarkten), hetzij bij eenparigheid van stemmen (interne energiemarkt).

Wanneer een partij ernstig en langdurig in gebreke blijft bij de nakoming van een deel van zijn verplichtingen, kan de ministerraad, met eenparigheid van stemmen besluiten bepaalde bij het verdrag aan die partij verleende rechten op te schorten.

Meer informatie kan geraadpleegd worden op onderstaande referentiesite:

REFERENTIES

Besluit

Inwerkingtreding

Uiterste datum voor omzetting in nationaal recht

Publicatieblad

Besluit 2006/500/EG

29.5.2006

-

PB L 198 van 20.7.2006

Laatste wijziging: 22.09.2014

Top