EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Interinstitutioneel akkoord "Beter wetgeven"

De Europese instellingen beschikken over een waaier van instrumenten om de Europese wetgeving te verbeteren en te vereenvoudigen, zoals codificatie, herschikking, zelfregulering, coregulering, effectbeoordelingen, raadplegingen, enzovoort. Met dit interinstitutioneel akkoord verbinden zij zich ertoe onderling samen te werken teneinde een betere wetgeving te waarborgen.

BESLUIT

Interinstitutioneel akkoord - "Beter wetgeven".

SAMENVATTING

Dit interinstitutioneel akkoord heeft betrekking op het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie (EU) en de Commissie. In het akkoord zijn algemene beginselen vastgesteld, alsook nadere bepalingen betreffende de samenwerking tussen de instellingen, met name in het kader van het wetgevingsproces. Het akkoord heeft ten doel de opstelling en toepassing van het recht in de Unie te verbeteren.

De institutionele samenwerking en transparantie verbeteren

De drie instellingen komen in de eerste plaats overeen het wetgevingsproces beter te coördineren. Dat houdt in dat zij elkaar tijdig in kennis stellen van hun plannen en werkzaamheden, bijvoorbeeld via hun respectieve jaarlijkse wetgevingsprogramma's of door onderlinge afstemming van de behandeling van gemeenschappelijke dossiers op het niveau van de voorbereidende organen van elke instelling.

De drie instellingen verplichten zich ertoe de transparantie en de toegang tot de informatie voor de burger te vergroten, bijvoorbeeld door de verspreiding van de openbare debatten te bevorderen, door systematisch gebruik te maken van de nieuwe communicatietechnologie, door ervoor te zorgen dat het publiek ruimere toegang krijgt tot EUR-Lex, en door een gezamenlijke persconferentie te houden wanneer de drie instellingen een akkoord hebben bereikt in het kader van de gewone wetgevingsprocedure.

De Commissie geeft het Europees Parlement en de Raad een duidelijke toelichting en motivering voor de keuze van het wetgevingsinstrument en de rechtsgrondslag van elk voorstel. Zij ziet erop toe dat de voorgestelde maatregel eenvoudig en noodzakelijk is.

Coregulering en zelfregulering bevorderen

De EU vaardigt slechts wetgeving uit voor zover zulks nodig is. Soms is het nuttig om alternatieve reguleringsmechanismen zoals coregulering of zelfregulering toe te passen.

Coregulering is een mechanisme waarbij de verwezenlijking van de doelstellingen van een wetsbesluit wordt overgelaten aan de erkende betrokken partijen op het desbetreffende gebied (economische subjecten, sociale partners, niet-gouvernementele organisaties, enz.). Het kader en de reikwijdte van de coregulering wordt in het basiswetsbesluit vastgesteld. De betrokken partijen kunnen vervolgens onderling op vrijwillige basis overeenkomsten sluiten om de doelstellingen van het wetsbesluit te realiseren.

Zelfregulering betekent dat economische actoren, sociale partners, niet-gouvernementele organisaties of verenigingen onderling voor zichzelf gemeenschappelijke richtsnoeren op Europees niveau kunnen vaststellen. Voorbeelden van dergelijke richtsnoeren zijn gedragscodes en sectorale overeenkomsten. Doorgaans impliceren deze geen stellingname door de Europese instellingen, die evenwel een wetsbesluit kunnen aannemen wanneer het een domein betreft dat onder de bevoegdheid van de EU valt.

De kwaliteit van de wetgeving verbeteren

De drie instellingen verbinden zich ertoe duidelijke, eenvoudige en doeltreffende wetgeving tot stand te brengen. De Commissie wordt verzocht voorafgaand aan de indiening van wetsvoorstellen raadplegingen te houden en de resultaten ervan openbaar te maken. Zij blijft effectbeoordelingen uitvoeren bij belangrijke wetgevingsvoorstellen teneinde de economische, sociale en milieugevolgen ervan te evalueren. Indien het Europees Parlement of de Raad een belangrijk amendement aannemen, is het wenselijk dat ook dit amendement aan een effectbeoordeling wordt onderworpen. Om de coherentie van de teksten te versterken dient voorafgaand aan de uiteindelijke aanneming van een besluit een juridische controle te worden uitgevoerd.

De omzetting en de toepassing van het recht in de Unie verbeteren

Om de lidstaten aan te zetten tot een juiste omzetting van het recht van de Unie binnen de voorgeschreven termijnen, dienen richtlijnen een bindende omzettingstermijn aan te geven die niet meer dan twee jaar mag bedragen. Ingeval de omzettingstermijn niet wordt nageleefd, kan de Commissie een inbreukprocedure in gang zetten. Zij stelt jaarverslagen op waarmee de omzetting van de richtlijnen in de diverse lidstaten kan worden beoordeeld.

De wetgeving vereenvoudigen

De wetgeving kan op verschillende manieren worden vereenvoudigd: door middel van intrekking van besluiten die niet langer worden toegepast of door codificatie of herschikking van besluiten. De codificatieprocedure heeft tot doel besluiten die voor codificatie in aanmerking komen in te trekken en te vervangen door één enkel besluit dat geen inhoudelijke wijziging van de betrokken besluiten inhoudt. Herschikking houdt in dat een nieuw wetsbesluit wordt aangenomen, waarbij de inhoudelijke wijzigingen van het vorige besluit en de ongewijzigde bepalingen van dat besluit in één enkele tekst worden samengebracht. Het vorige wetsbesluit wordt door het nieuwe besluit vervangen en ingetrokken.

Referenties

Besluit

Datum van inwerkingtreding

Uiterste datum voor omzetting in de lidstaten

Publicatieblad

Interinstitutioneel akkoord

16.12.2003

-

PB C 321 van 31.12.2003

GERELATEERDE BESLUITEN

Interinstitutioneel akkoord van 22 december 1998 betreffende de gemeenschappelijke richtsnoeren voor de redactionele kwaliteit van de communautaire wetgeving [Publicatieblad C 73 van 17.3.1999]. In dit akkoord worden richtsnoeren vastgesteld voor de redactionele kwaliteit van de communautaire wetgeving. Zo moeten alle besluiten worden opgesteld volgens een vaste standaardstructuur (titel, aanhalingen, overwegingen, regelgevend gedeelte, bijlagen). De inhoud van de besluiten moet op beknopte en homogene wijze geformuleerd worden.

Interinstitutioneel akkoord van 20 december 1994 voor een versnelde werkmethode voor de officiële codificatie van wetteksten [Publicatieblad C 102 van 4.4.1996]. In dit institutioneel akkoord wordt in herinnering gebracht dat codificatie geen substantiële wijziging van de betrokken besluiten inhoudt. Het Europees Parlement en de Raad zullen het codificatievoorstel van de Commissie bestuderen overeenkomstig een versnelde werkmethode.

Interinstitutioneel akkoord van 28 november 2001 over een systematischer gebruik van de herschikking van besluiten [Publicatieblad C 77 van 28.3.2002]. In dit interinstitutioneel akkoord worden de herschikkingsvoorwaarden vastgesteld: elke herschikking moet expliciet met redenen worden omkleed in de toelichting bij het voorstel. Bovendien moet precies worden aangegeven welke bepalingen van het vorige besluit ongewijzigd blijven.

Laatste wijziging: 28.10.2011

Top