EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid

 

SAMENVATTING VAN:

Artikel 18 van het Verdrag betreffende de Europese Unie

Artikel 36 van het Verdrag betreffende de Europese Unie

WAT DOET DE HOGE VERTEGENWOORDIGER VAN DE UNIE VOOR BUITENLANDSE ZAKEN EN VEILIGHEIDSBELEID?

De hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid (hoge vertegenwoordiger) is verantwoordelijk voor de coördinatie en uitvoering van het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) van de EU en van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid (GVDB). De hoge vertegenwoordiger is ook een van de vicevoorzitters van de Europese Commissie en verzekert in die hoedanigheid de consistentie van het algemene externe optreden van de EU.

KERNPUNTEN

Benoeming

  • De hoge vertegenwoordiger wordt voor een termijn van vijf jaar met gekwalificeerde meerderheid van stemmen aangesteld door de Europese Raad (met akkoord van de voorzitter van de Europese Commissie). In overeenstemming met artikel 17 van het Verdrag betreffende de Europese Unie wordt de aanstelling van de hoge vertegenwoordiger ook ter goedkeuring onderworpen aan een stemming van het Europees Parlement. Dat is nodig omdat de hoge vertegenwoordiger ook een van de vicevoorzitters van de Europese Commissie is en de aanstelling van de Europese Commissie in zijn geheel door het Europees Parlement moet worden goedgekeurd.

Verantwoordelijkheden

  • De hoge vertegenwoordiger draagt bij aan de ontwikkeling van het GBVB door het indienen van voorstellen bij de Raad van de Europese Unie en de Europese Raad.
  • De hoge vertegenwoordiger zorgt dan voor de uitvoering van de aangenomen besluiten.
  • Als een van de vicevoorzitters van de Commissie zorgt de hoge vertegenwoordiger ervoor dat het algemene externe optreden van de EU op het gebied van ontwikkelingshulp, handel, humanitaire hulp en crisisrespons consistent en doeltreffend is.
  • De hoge vertegenwoordiger zit de vergaderingen voor van de ministers van Buitenlandse Zaken in de Raad van de Europese Unie.
  • De hoge vertegenwoordiger vertegenwoordigt de EU ook voor zaken met betrekking tot het GBVB.
  • Andere verantwoordelijkheden van de hoge vertegenwoordiger zijn o.a. het voorzitterschap van het Europees Defensieagentschap en van het Instituut voor veiligheidsstudies van de EU.
  • De hoge vertegenwoordiger raadpleegt regelmatig het Europees Parlement en houdt rekening met hun standpunten betreffende de voornaamste aspecten en keuzes van het GBVB en het GVDB.

De Europese Dienst voor extern optreden

  • De hoge vertegenwoordiger wordt bij de uitvoering van zijn of haar taken bijgestaan door de Europese Dienst voor extern optreden (EDEO). De EDEO werd opgericht met het Verdrag van Lissabon en is gebaseerd op artikel 27 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. De dienst bestaat uit ambtenaren van het secretariaat-generaal van de Raad en het secretariaat-generaal van de Commissie en uit personeelsleden die tijdelijk zijn overgeplaatst vanuit de diplomatieke diensten van de landen van de EU.

ACHTERGROND

De positie van de hoge vertegenwoordiger is gebaseerd op artikel 18 en artikel 27 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. De positie werd ingesteld met het Verdrag van Amsterdam van 1999, maar verantwoordelijkheden op het gebied van het externe optreden werden gedeeld met de Europese commissaris voor Externe Betrekkingen. Met het Verdrag van Lissabon van 2009 werden de verantwoordelijkheden van de hoge vertegenwoordiger uitgebreid en werd de ambtsdrager een vicevoorzitter van de Commissie, zodat de hoge vertegenwoordiger de EU beter kan vertegenwoordigen in het buitenlands beleid van de EU.

BELANGRIJKSTE DOCUMENTEN

Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de Europese Unie — Titel III — Bepalingen ten aanzien van de instellingen — Artikel 18 (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 26-27)

Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de Europese Unie — Titel V — Algemene bepalingen betreffende het extern optreden van de Unie en specifieke bepalingen betreffende het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid — Hoofdstuk 2 — Specifieke bepalingen betreffende het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid — Afdeling 1 — Gemeenschappelijke bepalingen — Artikel 36 (PB C 202 van 7.6.2016, blz. 35-36)

Laatste bijwerking 09.01.2020

Top