EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62011CA0409
Case C-409/11: Judgment of the Court (First Chamber) of 11 July 2013 (request for a preliminary ruling from the Fővárosi Bíróság — Hungary) — Gábor Csonka, Tibor Isztli, Dávid Juhász, János Kiss, Csaba Szontágh v Magyar Állam (Use of motor vehicles — Insurance against civil liability — Directive 72/166/EEC — Article 3(1) — Directive 84/5/EEC — Article 1(4), first subparagraph — Insolvency of the insurer — No payment of compensation by the body providing compensation)
Zaak C-409/11: Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 11 juli 2013 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Törvényszék — Hongarije) — Gábor Csonka, Tibor Isztli, Dávid Juhász, János Kiss, Csaba Szontág/Magyar Állam (Deelneming aan verkeer van motorrijtuigen — Verzekering tegen wettelijke aansprakelijkheid — Richtlijn 72/166/EEG — Artikel 3, lid 1 — Richtlijn 84/5/EEG — Artikel 1, lid 4, eerste alinea — Insolventie van verzekeraar — Geen vergoeding door schadevergoedingsorgaan)
Zaak C-409/11: Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 11 juli 2013 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Törvényszék — Hongarije) — Gábor Csonka, Tibor Isztli, Dávid Juhász, János Kiss, Csaba Szontág/Magyar Állam (Deelneming aan verkeer van motorrijtuigen — Verzekering tegen wettelijke aansprakelijkheid — Richtlijn 72/166/EEG — Artikel 3, lid 1 — Richtlijn 84/5/EEG — Artikel 1, lid 4, eerste alinea — Insolventie van verzekeraar — Geen vergoeding door schadevergoedingsorgaan)
OJ C 252, 31.8.2013, p. 7–7
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
31.8.2013 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 252/7 |
Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 11 juli 2013 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Fővárosi Törvényszék — Hongarije) — Gábor Csonka, Tibor Isztli, Dávid Juhász, János Kiss, Csaba Szontág/Magyar Állam
(Zaak C-409/11) (1)
(Deelneming aan verkeer van motorrijtuigen - Verzekering tegen wettelijke aansprakelijkheid - Richtlijn 72/166/EEG - Artikel 3, lid 1 - Richtlijn 84/5/EEG - Artikel 1, lid 4, eerste alinea - Insolventie van verzekeraar - Geen vergoeding door schadevergoedingsorgaan)
2013/C 252/09
Procestaal: Hongaars
Verwijzende rechter
Fővárosi Törvényszék
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partijen: Gábor Csonka, Tibor Isztli, Dávid Juhász, János Kiss, Csaba Szontág
Verwerende partij: Magyar Állam
Voorwerp
Verzoek om een prejudiciële beslissing — Fővárosi Bíróság — Uitlegging van richtlijn 72/166/EEG van de Raad van 24 april 1972 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende de verzekering tegen de wettelijke aansprakelijkheid waartoe de deelneming aan het verkeer van motorrijtuigen aanleiding kan geven en de controle op de verzekering tegen deze aansprakelijkheid (PB L 103, blz. 1) — Verplichting van de lidstaten om de noodzakelijke maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat alle verplichte wettelijke-aansprakelijkheidsverzekeringen het gehele grondgebied van de Gemeenschap dekken — Intrekking van de exploitatievergunning van een motorrijtuigenverzekeraar, waardoor particulieren die overeenkomsten met deze verzekeraar hebben gesloten, persoonlijk, met hun eigen vermogen, moeten instaan voor de schade die derden hebben geleden — Aansprakelijkheid van de staat in geval van onjuiste uitvoering van een richtlijn
Dictum
Artikel 3, lid 1, van richtlijn 72/166/EEG van de Raad van 24 april 1972 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende de verzekering tegen de wettelijke aansprakelijkheid waartoe de deelneming aan het verkeer van motorrijtuigen aanleiding kan geven en de controle op de verzekering tegen deze aansprakelijkheid, zoals gewijzigd bij richtlijn 2005/14/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2005, gelezen in het licht van artikel 1, lid 4, van de Tweede richtlijn (84/5/EEG) van de Raad van 30 december 1983 inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der lidstaten betreffende de verzekering tegen de wettelijke aansprakelijkheid waartoe de deelneming aan het verkeer van motorrijtuigen aanleiding kan geven, zoals gewijzigd bij richtlijn 2005/14, moet aldus worden uitgelegd dat tot de verplichtingen die de lidstaten krachtens deze bepaling hebben, niet de verplichting behoort om een orgaan in te stellen dat de schadeloosstelling van slachtoffers van verkeersongevallen waarborgt wanneer de voor de schade verantwoordelijke personen weliswaar een verzekering hadden afgesloten tegen hun wettelijke aansprakelijkheid waartoe de deelneming aan het verkeer van motorrijtuigen aanleiding kon geven, maar de verzekeraar insolvent is geworden.