EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52011PC0388
Proposal for a DECISION OF THE EUROPEAN PARLIAMENT AND OF THE COUNCIL on the mobilisation of the European Globalisation Adjustment Fund in accordance with point 28 of the Interinstitutional Agreement of 17 May 2006 between the European Parliament, the Council and the Commission on budgetary discipline and sound financial management (application EGF/2010/029 NL/Zuid-Holland and Utrecht Division 18 from the Netherlands)
Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2010/029 NL/Zuid-Holland en Utrecht, afdeling 18, Nederland)
Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2010/029 NL/Zuid-Holland en Utrecht, afdeling 18, Nederland)
/* COM/2011/0388 definitief */
Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2010/029 NL/Zuid-Holland en Utrecht, afdeling 18, Nederland) /* COM/2011/0388 definitief */
TOELICHTING Krachtens punt 28 van het Interinstitutioneel
Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie
betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer[1]
mag uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG) door
middel van een flexibiliteitsmechanisme een jaarlijks maximumbedrag van 500
miljoen euro boven het maximum van de betrokken rubrieken van het financieel
kader beschikbaar worden gesteld. De regels die van toepassing zijn op de bijdragen
uit het EFG zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het Europees
Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees Fonds
voor aanpassing aan de globalisering[2]. Op 20 december 2010 heeft Nederland aanvraag
EGF/2010/029 NL/Zuid-Holland en Utrecht, afdeling 18, ingediend voor een
financiële bijdrage van het EFG naar aanleiding van gedwongen ontslagen in 52
bedrijven die vallen onder afdeling 18 van de NACE Rev. 2 ("Drukkerijen,
reproductie van opgenomen media")[3] in de NUTS II-regio's
Zuid-Holland (NL33) en Utrecht (NL31) in Nederland. Deze aanvraag maakt deel uit van een pakket
van vier onderling verband houdende aanvragen, die alle betrekking hebben op
gedwongen ontslagen in zes verschillende NUTS II‑regio's in Nederland
in bedrijven die actief zijn in de sector drukkerijen en reproductie van
opgenomen media. Na de aanvraag grondig te hebben onderzocht,
heeft de Commissie overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EG)
nr. 1927/2006 geconcludeerd dat aan de voorwaarden voor een financiële
bijdrage op grond van deze verordening wordt voldaan. SAMENVATTING VAN DE AANVRAAG EN ANALYSE Belangrijkste gegevens: || EGF-referentienummer || EGF/2010/029 Lidstaat || Nederland Artikel 2 || onder b) Betrokken ondernemingen || 52 NUTS II-regio's || Zuid-Holland (NL33) Utrecht (NL31) NACE Rev. 2-afdeling || 18 ("Drukkerijen, reproductie van opgenomen media") Referentieperiode || 16.1.2010 – 16.10.2010 Startdatum voor de individuele dienstverlening || 16.1.2010 Datum van toepassing || 20.12.2010 Ontslagen tijdens de referentieperiode || 800 Ontslagen werknemers voor wie steun wordt aangevraagd || 800 Uitgaven voor individuele dienstverlening in euro's || 3 912 589 Uitgaven voor de implementatie van het EFG[4] in euro's || 163 024 % van de uitgaven voor de implementatie van het EFG || 4,0 Totaal budget in euro's || 4 075 613 EFG-bijdrage in euro's (65%) || 2 649 148 1.
De aanvraag werd op 20 december 2010 bij de
Commissie ingediend; aan de aanvraag werd aanvullende informatie tot en met 3
maart 2011 toegevoegd. 2.
De aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor
steunverlening uit het EFG van artikel 2, onder b), van Verordening (EG)
nr. 1927/2006, en werd ingediend binnen de in artikel 5 van die verordening
genoemde termijn van tien weken. Verband tussen de ontslagen en de grote
structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen ingevolge de
globalisering of de financiële en economische wereldcrisis 3.
Als bewijs van het verband tussen de ontslagen en
de financiële en economische wereldcrisis heeft Nederland aangevoerd dat de
economische crisis een aanzienlijke afname van de vraag in de sector grafische
media tot gevolg heeft gehad. De omzet in de grafische industrie is in 2009
bijgevolg met 8,6% gedaald. De orders van andere economische sectoren voor
reclamedrukwerk, dat 35% van de totale omzet van de drukkerij- en
uitgeverijsector vertegenwoordigt, is tussen 2008 en 2009 sterk gedaald als
gevolg van de door de economische crisis veroorzaakte verlaging van de
budgetten voor media- en reclameactiviteiten. In de aanvraag worden verscheidene
voorbeelden gegeven. In de sector bouw en onroerend goed is na het begin van de
crisis op het budget voor informatie en publiciteit 36,8% bezuinigd, in de
sector financiële dienstverlening 33,2% en in de consumentenelektronica 30,6%.
Voorts heeft de economische crisis een negatieve uitwerking gehad op de vraag
naar diverse soorten gedrukte media: in 2009 is de vraag naar
publiekstijdschriften met 25,7% gedaald, naar dagbladen met 24,4%, naar gratis
verspreide huis-aan-huisbladen met 10,54% en naar vaktijdschriften met 23,4%. 4.
In haar beoordeling van EFG-aanvragen voor dezelfde
sector en regio's[5] heeft de Commissie reeds
de gevolgen erkend van de economische en financiële crisis voor de
ondernemingen die vallen onder afdeling 18 van de NACE Rev. 2 ("Drukkerijen,
reproductie van opgenomen media") in de NUTS II-regio's Zuid-Holland en
Utrecht. Bewijsstukken voor het aantal ontslagen
en voldoening aan de criteria van artikel 2, onder b) 5.
De aanvraag werd door Nederland ingediend in het
kader van het criterium voor steunverlening van artikel 2, onder b) van
Verordening (EG) nr. 1927/2006, op grond waarvan in een lidstaat ten minste
vijfhonderd gedwongen ontslagen moeten vallen binnen een periode van negen
maanden in ondernemingen van dezelfde afdeling van de NACE Rev. 2 in een regio
of in twee aan elkaar grenzende regio's volgens de NUTS II-indeling in een
lidstaat. 6.
In de aanvraag wordt melding gemaakt van 800
gedwongen ontslagen in 52 ondernemingen die vallen onder afdeling 18 van
de NACE Rev. 2 ("Drukkerijen, reproductie van opgenomen media")[6]
in de NUTS II-regio's Zuid-Holland (NL33) en Utrecht (NL31) tijdens de
referentieperiode van negen maanden (van 16 januari 2010 tot en met 16 oktober
2010). Van deze ontslagen vielen er 288 bij zes ondernemingen. Deze ontslagen
werden in overeenstemming met artikel 2, tweede alinea, eerste streepje, van
Verordening (EG) nr. 1927/2006 berekend. In 46 ondernemingen moesten nog
eens 512 werknemers afvloeien; deze ontslagen werden berekend aan de hand van
dezelfde alinea, tweede streepje. Het onvoorziene karakter van deze
ontslagen 7.
De Nederlandse autoriteiten stellen dat de
financiële en economische crisis en de gevolgen ervan voor de sector niet
konden worden voorzien. In de aanvraag wordt meegedeeld dat de drukkerij- en
uitgeverijsector in Nederland vóór de crisis een duur herstructureringsproces
heeft ondergaan om te kunnen blijven concurreren met bedrijven buiten de EU. De
oorspronkelijk vraaggerichte sector is een aanbodgerichte sector geworden,
waardoor heel wat inspanningen moesten worden geleverd om werknemers op de
nieuwe manier van werken voor te bereiden. Door de huidige crisis bestaat het
gevaar dat de voordelen van de omvangrijke investeringen en inspanningen van de
sector worden tenietgedaan. De bedrijven waar de ontslagen vallen,
en de werknemers voor wie steun wordt aangevraagd 8.
De aanvraag heeft betrekking op 800 gedwongen
ontslagen (waarbij voor alle werknemers steun wordt aangevraagd) in de volgende
52 bedrijven: Bedrijven en aantal ontslagen Drukkerij Groen, Leiden || 7 || Phytalis, Leidschendam || 1 Den Haag Media Groep, Rijswijk || 86 || Schorel Drukkerij BV, Spijk || 1 Alphense Drukkerij, Alphen a/d Rijn || 9 || Stadtman BV, Delft || 1 Boekbinderij Bentveld BV, Zoetermeer || 8 || TDS Printmaildata, Schiedam || 1 Jansen Binders BV, Leiden || 65 || TDS Schiedam, Schiedam || 1 United Graphics BV, Zoetermeer || 48 || Thieme Media Services BV , Delft || 12 Molier Specials BV, Rijswijk || 8 || Drukkerij Sonneveld, 's-Gravenzande ZH || 41 Handelsdrukkerij T. de Vries BV, Ridderkerk || 12 || Binderij Afco Delcour BV, Nieuwegein || 61 Van Marle Drukkerij, Moerkapelle ZH || 3 || Studio 01 BV, Soest || 2 Alkemade Printing BV, Lisse || 16 || Budde Grafimedia, Nieuwegein || 4 Drukkerij Stimuka BV, Rijswijk || 21 || Pfaff Grafische Bindwerken BV, Woerden || 24 Binderij Bruystens BV, Rotterdam || 19 || Drukkerij Van Amerongen BV, Amersfoort || 2 De Groot Drukkerij BV, Goudriaan || 3 || Biegelaar, Maarssen || 35 Koninklijke De Swart BV, 's-Gravenhage || 71 || Plantijn Casparie, IJsselstein || 32 Thieme Media Center BV, Rotterdam || 137 || Plantijn Casparie, IJsselstein || 18 Media Balance, Capelle || 1 || KienLabel BV, Nieuwegein || 1 Ark Print, Rotterdam || 1 || Kerckebos Grafische Communicatie, Zeist || 1 Drukkerij van den Ende, R’dam, Zoetermeer || 1 || Waanders Drukkers/Uitg. || 1 Drukkerij van Deventer, ’s-Gravenhage || 1 || Drukkerij Linea Recta, Utrecht || 1 Drukkerij de Eendracht, Schiedam || 1 || Boekbinderij Mirenta BV, Den Haag || 1 Drukkerij Dekkers BV, Dordrecht || 1 || Bopack Etiketten Zeist || 1 Drukkerij N. van der Heijden, Rhoon || 2 || Vogelaar Verzenders BV, IJsselstein || 1 Grafisch Bedr. Kapsenberg Van Waesberge BV, Rotterdam || 1 || Drukkerij Zuidam BV, Woerden || 29 Micro Format Systems BV, Lisse || 1 || Drukkerij Ridderhof, Vlaardingen || 1 Neroc BV, Capelle ad IJssel || 1 || Veldwijk Van Loon Graf. Bedr. BV, Waddinxveen || 1 Oranje van Loon, Den Haag || 1 || RotoSmeets, Utrecht || 1 Totaal aantal bedrijven: 52 || Totaal aantal ontslagen: 800 || 9.
Uitsplitsing van de werknemers voor wie steun wordt
aangevraagd: Categorie || Aantal || Percentage Mannen || 520 || 65,0 Vrouwen || 280 || 35,0 EU-burgers || 752 || 94,0 Niet-EU-burgers || 48 || 6,0 15-24 jaar || 144 || 18,0 25-54 jaar || 440 || 55,0 55-64 jaar || 200 || 25,0 Ouder dan 64 jaar || 16 || 2,0 10.
Tweeëndertig van de werknemers voor wie steun wordt
aangevraagd, hebben een handicap. 11.
Uitsplitsing per beroepscategorie: Categorie || Aantal || Percentage Leidinggevende functies || 56 || 7,0 Intellectuele, wetenschappelijke en artistieke beroepen || 160 || 20,0 Technici || 168 || 21,0 Administratief personeel || 96 || 12,0 Dienstverlenend personeel en verkopers || 96 || 12,0 Bedieningspersoneel van installaties en machines en assembleurs || 224 || 28,0 12.
Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr.
1927/2006 heeft Nederland bevestigd dat een beleid van gelijkheid van mannen en
vrouwen en non-discriminatie is toegepast en ook verder zal worden toegepast in
de verschillende stadia van de implementatie van het EFG, en in het bijzonder
bij de toegang ertoe. Beschrijving van het betrokken gebied,
de autoriteiten ervan en andere belanghebbenden 13.
Het betrokken gebied omvat de provincies
Zuid-Holland en Utrecht. Beide provincies behoren tot de Randstad, het
dichtstbevolkte gebied van Nederland. In 2009 is de economische situatie van
beide provincies verslechterd, en was de economische groei negatief (-3,2%) in
vergelijking met het jaar daarvoor. Van de bijna 2 000 ondernemingen in de
sector grafische media in Nederland is 26,8% in deze twee provincies gevestigd
(respectievelijk 18,1% in Zuid-Holland en 8,7% in Utrecht). Deze ondernemingen
zijn goed voor 24,1% (respectievelijk 14,9% en 9,2%) van de banen in de sector
grafische media. 14.
De voornaamste betrokken autoriteiten zijn het
ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) en de Stichting A&O
Fonds Grafimediabranche namens de Raad voor Overleg in de Grafimediabranche
(ROGB). Andere belangrijke betrokken partijen zijn het Instituut voor de
creatieve industrie (GOC), de voor uitkeringen verantwoordelijke
overheidsinstelling (UWV WERKbedrijf), het UWV mobiliteitscentrum, ROC
(regionaal opleidingscentrum) Midden-Nederland, ROC Mondriaan en het Grafisch
Lyceum Rotterdam, MKB-ondernemingen, en de sociale-partnerorganisaties FNV Kiem
(vakbond), CNV Media (vakbond), Koninklijk Verbond van Grafische
Ondernemingen-KVGO (werkgeversorganisatie) voor de districten
Gelderland/Utrecht, Den Haag en Rotterdam, en NUV (werkgeversorganisatie). Verwachte gevolgen van de ontslagen voor
de plaatselijke, regionale of nationale werkgelegenheid 15.
In 2008 en 2009 kromp de werkgelegenheid in de
ondernemingen in de sector grafische media in Zuid-Holland met 14%. In de
ondernemingen in de provincie Utrecht bedroeg de banenkrimp 20%. Volgens de
Nederlandse autoriteiten zal de werkgelegenheidssituatie in de grafische
branche, die als gevolg van de economische en financiële crisis reeds
verslechterd is, door de ontslagen nog ernstiger worden: tussen februari 2009
en februari 2010 nam het aantal werkzoekenden in Zuid-Holland met 16,1% en in
Utrecht met 16,3% toe. Aangezien voorts bepaalde dienstverlenende en
toeleveringsbedrijven uitermate afhankelijk zijn van de sector grafische media,
bestaat er een groot risico op faillissementen; dit zou in de toekomst, zelfs
nog na de crisis, tot verdere problemen kunnen leiden. Gecoördineerd
pakket van individuele dienstverlening waarvoor financiering wordt aangevraagd,
gespecificeerde kostenraming en complementariteit met door de structuurfondsen
gefinancierde acties 16.
De volgende soorten maatregelen worden voorgesteld;
samen vormen deze een gecoördineerd pakket van individuele dienstverlening met
het oog op de re-integratie van de werknemers in het arbeidsproces. Deze
maatregelen zullen de ontslagen werknemers worden aangeboden via een mobiliteitscentrum,
namelijk het Centrum Creatieve Carrières (C3). Voorbereiding –
Intake en registratie:
omvat een intakegesprek om de ontslagen werknemer te registreren en de meest
geschikte soorten maatregelen in kaart te brengen. –
Voorlichting en helpdesk: voorlichting via groepsbijeenkomsten en een helpdesk om de ontslagen
werknemers voor te lichten over de beschikbare maatregelen. Begeleiding –
Begeleiding van werk tot werk: omvat een persoonsgebonden programma waaronder screening, de
opstelling van een loopbaanactieplan en een actieplan voor beroepsgerichte
scholingsmogelijkheden, oriëntatie op de arbeidsmarkt en initiële begeleiding
op de nieuwe werkplek. –
Outplacement: beoogt
actieve ondersteuning van ontslagen werknemers bij het verkennen van de
arbeidsmarkt. –
Sollicitatietraining:
deze maatregel omvat een analyse van de sollicitatiemogelijkheden,
ondersteuning bij het opstellen van een cv en een sollicitatiebrief en
voorbereiding op sollicitatiegesprekken. –
Begeleiding bij het opzetten van een eigen
bedrijf: deze maatregel is bedoeld om ontslagen
werknemers die van plan zijn hun eigen bedrijf op te richten, de helpende hand
te bieden. In het kader hiervan worden juridische adviezen, hulp bij het
opstellen van een bedrijfsplan en ondersteuning bij het voeren van een administratie
geboden. Scholing –
Opleiding: omvat
beroepsopleiding en omscholing, opleidingen in management- en sociale
vaardigheden en specifieke technische omscholing voor werknemers met een
verouderde technische opleiding. –
Erkenning van eerder verworven competenties (APL
- Algemeen Psychologisch Laboratorium B.V.): deze
maatregel omvat de evaluatie van de eerder verworven kennis en ervaring van
individuele werknemers, alsook de vaststelling van de gebieden waar extra
opleiding nodig is. 17.
De in de aanvraag vermelde uitgaven voor de
implementatie van het EFG overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EG) nr.
1927/2006 dekken activiteiten op het vlak van beheer en controle, alsook
voorlichting en publiciteit. 18.
De door de Nederlandse autoriteiten voorgestelde
individuele dienstverlening omvat actieve arbeidsmarktmaatregelen die op grond
van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 voor financiering in
aanmerking komen. De Nederlandse autoriteiten ramen de totale kosten van deze
dienstverlening op 3 912 589 euro en de uitgaven voor de
implementatie van het EFG op 163 024 euro (4,0% van het totale
bedrag). Van het EFG wordt in totaal een bijdrage van
2 649 148 euro (65% van de totale kosten) gevraagd. Maatregelen || Geschat aantal werknemers voor wie steun wordt aangevraagd || Geraamde kosten per betrokken werknemer (in euro's) || Totale kosten (EFG en nationale medefinanciering) (in euro's )* Individuele dienstverlening (artikel 3, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 1927/2006 ) Intake en registratie || 800 || 193 || 154 716 Voorlichting en helpdesk || 800 || 86 || 68 763 Begeleiding van werk tot werk || 280 || 3 672 || 1 028 293 Outplacement || 240 || 4 475 || 1 073 988 Sollicitatietraining || 240 || 1 418 || 340 376 Begeleiding bij het opzetten van een eigen bedrijf || 40 || 4 657 || 186 304 Opleiding || 336 || 2 492 || 837 530 Erkenning van eerder verworven competenties (APL - Algemeen Psychologisch Laboratorium B.V.): || 80 || 2 782 || 222 619 Subtotaal individuele dienstverlening || || 3 912 589 Uitgaven voor de implementatie van het EFG (artikel 3, derde alinea, van Verordening (EG) nr. 1927/2006) Beheer || || 40 756 Voorlichting en publiciteit || || 40 756 Controle || || 81 512 Subtotaal uitgaven voor de implementatie van het EFG || || 163 024 Totale geraamde kosten || || 4 075 613 EFG-bijdrage (65% van de totale kosten) || || 2 649 148 * Door het afronden kloppen de totalen niet
exact 19.
Nederland bevestigt dat de hierboven beschreven
maatregelen complementair zijn met door de structuurfondsen gefinancierde
acties. Alleen werknemers die werk hebben, komen in aanmerking voor maatregelen
van het ESF, terwijl maatregelen van het EFG tot doel hebben reeds ontslagen
werknemers aan een nieuwe baan te helpen. De beheersautoriteit voor het EFG,
die ook het ESF beheert, heeft de nodige controleprocedures ingesteld om elk
risico van dubbele financiering uit te sluiten. Datum/data waarop met individuele
dienstverlening aan de getroffen werknemers is begonnen of waarop gepland is
daarmee te beginnen 20.
Op 16 januari 2010 heeft Nederland ten behoeve van
de getroffen werknemers een begin gemaakt met de individuele dienstverlening
van het gecoördineerde pakket, waarvoor een financiële bijdrage van het EFG
wordt aangevraagd. Deze datum geldt daarom als het begin van de periode waarin
uitgaven voor een eventuele ondersteuning uit het EFG in aanmerking komen. Wijze waarop de sociale partners zijn
geraadpleegd 21.
De sociale partners zijn geraadpleegd via het
Arbeids- & Opleidingsfonds Grafimediabranche, dat met het oog op de crisis
akkoord ging met de oprichting van een mobiliteitscentrum voor de sector, C3
(Centrum Creatieve Carrières) genaamd. Dit mobiliteitscentrum heeft tot doel om
in overleg met de sociale partners de diverse arbeidsmarktmaatregelen te
coördineren. 22.
De Nederlandse autoriteiten hebben bevestigd dat
aan de voorschriften van de nationale en EU-wetgeving betreffende collectieve
ontslagen is voldaan. Informatie over acties die volgens de
nationale wet of collectieve overeenkomsten verplicht zijn 23.
In verband met de criteria van artikel 6 van
Verordening (EG) nr. 1927/2006 hebben de Nederlandse autoriteiten in de
aanvraag: · bevestigd dat de financiële bijdrage van het EFG niet in de plaats komt
van maatregelen die krachtens de nationale wetgeving of collectieve
arbeidsovereenkomsten onder de verantwoordelijkheid van de ondernemingen
vallen; · aangetoond dat de maatregelen ten doel hebben steun te verlenen aan
individuele werknemers en niet worden gebruikt om ondernemingen of sectoren te
herstructureren; · bevestigd dat voor de hierboven vermelde subsidiabele maatregelen geen
steun uit andere EU-financieringsinstrumenten wordt ontvangen. Beheers- en controlesystemen 24.
Nederland heeft de Commissie meegedeeld dat de
financiële bijdrage door dezelfde instanties wordt beheerd en gecontroleerd die
de financiering van het Europees Sociaal Fonds (ESF) in Nederland beheren en
controleren. Het Agentschap van het ministerie van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid (Agentschap SZW) zal fungeren als de bemiddelende instantie
voor de beheersautoriteit. Financiering 25.
Op grond van de aanvraag van Nederland bedraagt de
voorgestelde bijdrage uit het EFG aan het gecoördineerd pakket van individuele
dienstverlening 2 649 148 euro (65% van de totale kosten). De
Commissie heeft haar voorstel voor een bijdrage uit het fonds gebaseerd op de
informatie van Nederland. 26.
Gezien het beschikbare maximumbedrag aan bijdragen
uit het EFG ingevolge artikel 10, lid 1, van Verordening (EG) nr.
1927/2006, alsook de mogelijkheden tot herschikking van de kredieten, stelt de
Commissie voor om uit het EFG het hierboven vermelde totale bedrag beschikbaar
te stellen, dat zal worden toegewezen onder rubriek 1a van het financiële
kader. 27.
Het voorgestelde bedrag van de financiële bijdrage
laat meer dan 25% van het jaarlijkse maximumbedrag van het EFG beschikbaar voor
toewijzingen tijdens de laatste vier maanden van het jaar, zoals voorgeschreven
bij artikel 12, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1927/2006. 28.
Met haar voorstel om middelen uit het EFG
beschikbaar te stellen, leidt de Commissie de vereenvoudigde trialoogprocedure
in, zoals voorgeschreven in punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17
mei 2006, om van de twee takken van de begrotingsautoriteit de instemming te
verkrijgen betreffende de noodzaak van het fonds gebruik te maken en
betreffende het vereiste bedrag. De Commissie verzoekt de eerste tak van de
begrotingsautoriteit die op het passende politieke niveau overeenstemming
bereikt over het ontwerpvoorstel voor een beschikbaarstelling uit het fonds, de
andere tak en de Commissie van zijn voornemens op de hoogte te brengen. Indien
één van de twee takken van de begrotingsautoriteit het niet met het voorstel
eens is, wordt een formele trialoogvergadering bijeengeroepen. 29.
De Commissie zal apart een overschrijvingsverzoek
indienen teneinde specifieke betalingskredieten in de begroting voor 2011 op te
nemen, zoals voorgeschreven in punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van
17 mei 2006. Herkomst van de betalingskredieten 30.
Na goedkeuring door beide takken van de
begrotingsautoriteit van drie besluiten voor een totaal bedrag van
10 371 321 euro en rekening houdende met de zeven dossiers die
momenteel door de begrotingsautoriteit worden besproken en in totaal een bedrag
van 31 931 316 euro betreffen, blijft in EFG-begrotingsonderdeel
04.0501 nog een bedrag van 5 306 313 euro beschikbaar. Dat
beschikbare bedrag zal worden gebruikt ter dekking van deze aanvraag benodigde
bedrag van 2 649 148 euro. Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE
RAAD betreffende de beschikbaarstelling van
middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering
overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006
tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de
begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2010/029
NL/Zuid-Holland en Utrecht, afdeling 18, Nederland) HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie, Gezien het Interinstitutioneel Akkoord van
17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie
betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer[7],
en met name punt 28, Gezien Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het
Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een
Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering[8],
en met name artikel 12, lid 3, Gezien het voorstel van de Europese Commissie[9], Overwegende hetgeen volgt: (1) Het Europees fonds voor
aanpassing aan de globalisering (EFG) is opgericht om extra steun te verlenen
aan werknemers die worden ontslagen als gevolg van door de globalisering
veroorzaakte grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen en om
hen te helpen bij hun terugkeer op de arbeidsmarkt. (2) Het EFG staat sinds 1 mei
2009 ook open voor aanvragen om steun voor werknemers die worden ontslagen als
rechtstreeks gevolg van de wereldwijde financiële en economische crisis. (3) Het Interinstitutioneel
Akkoord van 17 mei 2006 staat uitgaven uit het EFG toe voor een
jaarlijks maximumbedrag van 500 miljoen euro. (4) Nederland heeft op 20
december 2010 een aanvraag ingediend om de beschikbaarstelling van middelen uit
het EFG in verband met gedwongen ontslagen in 52 bedrijven die vallen onder
afdeling 18 van de NACE Rev. 2 ("Drukkerijen, reproductie van opgenomen
media") in de NUTS II-regio's Zuid-Holland (NL33) en Utrecht (NL31); aan
de aanvraag werd aanvullende informatie tot en met 3 maart 2011 toegevoegd.
Deze aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor een financiële bijdrage
overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1927/2006. Bijgevolg stelt
de Commissie voor om een bedrag van 2 649 148 euro beschikbaar
te stellen. (5) Er moeten dan ook middelen
uit het EFG beschikbaar worden gesteld om een financiële bijdrage te leveren
voor de door Nederland ingediende aanvraag, HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT
VASTGESTELD: Artikel 1 Ten laste van de algemene begroting van de
Europese Unie voor het begrotingsjaar 2011 wordt een bedrag
van 2 649 148 euro aan vastleggings- en betalingskredieten
beschikbaar gesteld uit het Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering
(EFG). Artikel 2 Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad
van de Europese Unie. Gedaan te [Brussel/Straatsburg], Voor het Europees Parlement Voor
de Raad De
voorzitter De voorzitter [1] PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1. [2] PB L 406 van 30.12.2006, blz. 1. [3] Verordening (EG) nr. 1893/2006 van het Europees
Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot vaststelling van de statistische
classificatie van economische activiteiten NACE Rev. 2 en tot wijziging van
Verordening (EEG) nr. 3037/90 van de Raad en enkele EG-verordeningen op
specifieke statistische gebieden (PB L 393
van 30.12.2006, blz. 1). [4] Overeenkomstig artikel 3, derde alinea, van Verordening
(EG) nr. 1927/2006. [5] COM(2010)529 Voorstel voor een besluit van het Europees
Parlement en de Raad betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het
Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering […] aanvraag EGF/2009/027
NL/Noord Brabant en Zuid-Holland, afdeling 18. COM (2010) 530 Voorstel voor een
besluit van het Europees Parlement en de Raad betreffende de
beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de
globalisering […] aanvraag EGF/2009/026 NL/Noord Holland en Utrecht, afdeling
18. [6] Verordening (EG) nr. 1893/2006 van het Europees
Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot vaststelling van de statistische
classificatie van economische activiteiten NACE Rev. 2 en tot wijziging van
Verordening (EEG) nr. 3037/90 van de Raad en enkele EG-verordeningen op
specifieke statistische gebieden (PB L 393
van 30.12.2006, blz. 1). [7] PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1. [8] PB L 406 van 30.12.2006, blz. 1. [9] PB C […] van […], blz.. […].