EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52004PC0781

Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Beschikking 2000/819/EG van de Raad betreffende een meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf (MKB) (2001-2005)

/* COM/2004/0781 def. - COD 2004/0272 */

52004PC0781

Voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Beschikking 2000/819/EG van de Raad betreffende een meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf (MKB) (2001-2005) /* COM/2004/0781 def. - COD 2004/0272 */


Brussel, 7.12.2004

COM(2004) 781 definitief

2004/0272 (COD)

.

Voorstel voor een

BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot wijziging van Beschikking 2000/819/EG van de Raad betreffende een meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf (MKB) (2001-2005)

.

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

1. Het meerjarenprogramma (MJP) voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf (MKB) is goedgekeurd op 20 december 2000. Het loopt van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2005 en beschikt over een begroting van 450 miljoen euro.

2. Het MJP heeft de volgende doelstellingen:

- de groei en het concurrentievermogen van ondernemingen versterken in een geïnternationaliseerde kenniseconomie;

- het ondernemerschap bevorderen;

- het bestuursrechtelijke klimaat voor ondernemingen vereenvoudigen en verbeteren, met name om onderzoek, innovatie en ondernemerschap te bevorderen;

- het financiële klimaat voor ondernemingen, en met name voor het MKB, verbeteren;

- de toegang van ondernemingen tot bedrijfsondersteunende diensten en communautaire programma's en netwerken vergemakkelijken en de coördinatie daartussen verbeteren; en

- de uitvoering van het Europees Handvest voor kleine bedrijven op Gemeenschapsniveau ondersteunen.

3. Het MJP wordt met behulp van drie soorten instrumenten uitgevoerd:

- uitwisseling van ervaringen en vaststelling van goede praktijken tussen de lidstaten;

- exploitatie van een netwerk van Euro Info Centres die diensten en advies over Europese kwesties verlenen aan ondernemingen in alle Europese regio’s;

- instelling van een aantal communautaire financiële instrumenten voor het MKB met behulp van het Europees Investeringsfonds (EIF).

4. Onafhankelijke experts die een externe evaluatie van het MJP hebben uitgevoerd, hebben bevestigd dat de algemene doelstellingen van het MJP zijn verwezenlijkt en dat de instrumenten doeltreffend hebben gefunctioneerd.

- De communautaire financiële instrumenten voor het MKB bleken effectief te hebben bijgedragen tot een verbeterde toegang tot financiering voor het MKB. Zij zijn gericht op bekende lacunes in of tekortkomingen van de markt, die ondanks de integratie van de markt voor financiële dienstverlening zullen blijven bestaan. Uit evaluaties is echter gebleken dat de communautaire financiële instrumenten voor het MKB vaak minder door de markt worden geaccepteerd als zij te veel gericht zijn op specifieke sectoren of op bepaalde beleidsdoelen. Daarnaast moet worden gestreefd naar grotere zichtbaarheid van de communautaire financiële instrumenten. De rol van het EIF in het functioneren van de communautaire financiële instrumenten voor het MKB op een vraaggestuurde basis wordt beschouwd als een optimale praktijk.

- Uit de evaluaties kwam naar voren dat het netwerk van Euro Info Centres een positieve rol speelt in het verlenen van bedrijfsondersteunende diensten aan het MKB. Wel werd voorgesteld de transversale rol van dit netwerk in de uitvoering van het programma te versterken, bijvoorbeeld in de bekendmaking van de activiteiten en resultaten van het programma.

- Het voorstel was de uitwisseling van ervaringen en het vaststellen van goede praktijken tussen de lidstaten een concretere invulling te geven, zodat er een beter klimaat voor ondernemingen en ondernemerschap ontstaat. Ook zou monitoring van de follow-upactiviteiten van de lidstaten de effectiviteit vergroten.

5. De uitvoering van het MJP is regelmatig geëvalueerd. Eén van deze evaluaties ging over het Joint European Venture (JEV)-programma, een onderdeel van het Groei- en werkgelegenheidsinitiatief dat in 1998 door de Raad is goedgekeurd en eind 2000 – overigens zonder aanvullende begroting – in het MJP is opgenomen. Toen uit het evaluatieverslag over het Groei- en werkgelegenheidsinitiatief voor 2003 bleek dat het JEV-programma weinig kosteneffectief was en een zwakke marktvraag had opgeleverd, besloot de Commissie het MJP zodanig aan te passen dat het JEV kon worden stopgezet. Deze programmawijziging is op 21 juli 2004 goedgekeurd bij een beschikking van het Europees Parlement en de Raad.[1]

6. Van maart tot mei 2004 heeft de Commissie een publieke raadpleging gehouden over de mogelijke elementen die een toekomstig ondersteuningsprogramma voor ondernemerschap en het concurrentievermogen van het bedrijfsleven zou moeten bevatten om het MJP tot een succes te maken. Uit deze raadpleging kwam naar voren dat er veel voorstanders waren van een bredere basis voor beleidsanalyse, -ontwikkeling en -coördinatie en voor specifieke maatregelen om ondernemingen te helpen concurreren en innoveren.

7. Het voorgestelde vervolgprogramma zou volgens de huidige financiële vooruitzichten in 2006 van start zijn gegaan en lopen tot 2010, de streefdatum voor het verwezenlijken van de ambitieuze doelstellingen van de agenda van Lissabon. De uitdaging voor het nieuwe programma zou dan ook zijn te kiezen voor een bredere aanpak om het concurrentievermogen te stimuleren dan met het MJP het geval was. Na de evaluatie en de publieke raadpleging besloot de Commissie dat een kaderprogramma de beste mogelijkheden bood om innovatie en concurrentievermogen te stimuleren. Daarom heeft de Commissie in een mededeling van 14 juli 2004[2] voorgesteld een dergelijk programma op te zetten in het kader van de nieuwe financiële vooruitzichten (2007-2013). Dit kaderprogramma zal de nodige middelen en instrumenten bieden om beleid uit te voeren op diverse gebieden die van invloed zijn op het Europese concurrentievermogen. Dit moet de volgende elementen bevatten:

- Verbeteren van het ondernemingsklimaat (toegang tot investeringskapitaal, veilige elektronische netwerken, effectieve verlening van zakelijke diensten in de gehele EU en modernisering van de dienstverlening met behulp van ICT).

- Zorgen dat innovatie het concurrentievermogen helpt bevorderen en innovatie praktische toepassing vindt in het bedrijfsleven (synergie met het kaderprogramma inzake onderzoek “Technologische platforms”, milieutechnologie, hernieuwbare energie, samenwerking met het Europees Agentschap voor intelligente energie).

- Ondersteunen van het Europese beleid voor het concurrentie vermogen van het bedrijfsleven, innovatie, ondernemerschap en midden- en kleinbedrijf, door beleidsexpertise en bevordering van actie op EU-niveau.

8. De Commissie kan het voorstel voor een kaderprogramma voor innovatie en concurrentievermogen niet in 2004 indienen en op 1 januari 2006 van start laten gaan. Het kaderprogramma voor innovatie en concurrentievermogen moet ook aansluiten bij het zevende kaderprogramma voor onderzoek. Beide nieuwe kaderprogramma’s zouden dus op 1 januari 2007 moeten beginnen.

9. Niettemin is het van groot belang de continuïteit van de communautaire steun voor de verbetering van het ondernemingsklimaat en voor de groei en het concurrentievermogen van ondernemingen, met name het MKB, te waarborgen. De instrumenten die onder het MJP vallen moeten derhalve niet worden onderbroken. Met het oog hierop stelt de Commissie voor het huidige programma, zoals gewijzigd in 2004, te verlengen tot 31 december 2006. Dit geeft de Commissie de gelegenheid op korte termijn een voorstel voor een communautair kaderprogramma voor innovatie en concurrentievermogen in te dienen.

10. De Europese Commissie stelt derhalve voor:

- het MJP te verlengen tot 31 december 2006;

- het financiële referentiebedrag te verhogen met 81,5 miljoen euro.

- 2004/0272 (COD)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

tot wijziging van Beschikking 2000/819/EG van de Raad betreffende een meerjarenprogramma voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf (MKB) (2001-2005)

(voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 157, lid 3,

Gezien het voorstel van de Commissie[3],

Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité[4],

Gezien het advies van het Comité van de Regio's[5],

Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag[6],

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Het is van groot belang de continuïteit van de communautaire steun voor ondernemingen en ondernemerschap, met name voor het midden- en kleinbedrijf (MKB), te waarborgen.

(2) Het is daarom wenselijk Beschikking 2000/819/EG[7] met nog een jaar te verlengen tot 31 december 2006 en het financiële referentiebedrag met 81,5 miljoen euro te verhogen.

(3) Beschikking 2000/819/EG moet dienovereenkomstig worden gewijzigd,

BESLUITEN:

Artikel 1

Beschikking 2000/819/EG wordt als volgt gewijzigd:

(1) In artikel 7, lid 1, wordt het financiële referentiebedrag van 450 miljoen euro vervangen door 531,5 miljoen euro.

(2) In artikel 8 wordt de datum 31 december 2005 vervangen door 31 december 2006.

Artikel 2

Deze beschikking treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, op […]

Voor het Europees Parlement Voor de Raad

De voorzitter De voorzitter

LEGISLATIVE FINANCIAL STATEMENT

+++++ TABLE +++++

1. BUDGET LINES + HEADINGS

The following existing budget lines:

010405: Improvement of the financial environment for SMEs;

02020301: Multiannual Programme for Enterprise and Entrepreneurship, and in particular for SMEs;

02010404: Administrative support;

2. OVERALL FIGURES

2.1 Total allocation for action (Part B):

€ 81.5 million for commitment

This amount represents the budgetary impact of the proposal to prolong the existing programme, which is due to end on 31 December 2005, for the additional year to 31 December 2006.

2.2 Period of application: 1st January 2006 - 31st December 2006

Payment appropriations may extend beyond the end of the legal base until 31 December 2008.

2.3 Overall multiannual estimate of expenditure:

a) Schedule of commitment appropriations/payment appropriations (financial intervention) (see point 6.1.1)

€ million (to three decimal places)

+++++ TABLE +++++

b) Technical and administrative assistance and support expenditure (see point 6.1.2)

+++++ TABLE +++++

c) Overall financial impact of human resources and other administrative expenditure (see points 7.2 and 7.3)

+++++ TABLE +++++

2.4 Compatibility with financial programming and financial perspective

[ X ] Proposal is compatible with existing financial programming.

[..] Proposal will entail reprogramming of the relevant headings in the financial perspective.

[..] Proposal may require application of the provisions of the Interinstitutional Agreement.

2.5 Financial impact on revenue

[X] Proposal has no financial implications (involves technical aspects regarding implementation of a measure).

[..] Proposal has financial impact.

3. BUDGET CHARACTERISTICS

+++++ TABLE +++++

6.1.2 Technical and administrative assistance, support expenditure and IT expenditure (commitment appropriations)

+++++ TABLE +++++

6.2. Calculation of costs by measure envisaged in Part B (over the entire programming period)

Commitment appropriations in € million (to three decimal places)

+++++ TABLE +++++

+++++ TABLE +++++

* JEV has been phased out under Decision 593/2004/EC of 21/07/2004.

Nota bene : Open Method of Co-ordination between participating countries will normally include expert meetings, analyses, seminars and publications.

7. IMPACT ON STAFF AND ADMINISTRATIVE EXPENDITURE

The needs for human and administrative resources shall be covered within the allocation granted to the managing DG in the framework of the annual allocation procedure.

7.1. Impact on human resources

+++++ TABLE +++++

The estimates provided in the above table are based on current human resources involved in management or co-ordination of MAP actions. The figures exclude human resources from horizontal resources services.

At present 67 people (equivalent full time) are involved in implementing the multiannual programme for enterprise and entrepreneurship (2001-2005) within DG Enterprise (35 grade A, 10 grade B and 22 grade C). In addition, central support services for the Euro-Info-Centres Network (as provided for by Council Decision 2000/819/EC on the MAP) employ 52 people in benefit of the Network. 6 further staff members (3 grade A; 3 grade B) work in DG ECFIN on the execution of the Community financial instruments for SMEs by the EIF requiring monitoring during and beyond the programme duration on the Commission side.

7.2 Overall financial impact of human resources

+++++ TABLE +++++

The amounts are total expenditure for twelve months.

7.3 Other operating expenditure deriving from the action

+++++ TABLE +++++

The amounts are total expenditure for 12 months.

+++++ TABLE +++++

8. FOLLOW-UP AND EVALUATION

8.1 Follow-up arrangements

Following the adoption of this Decision, the management of the programme actions will continue to be based on an annual programming cycle. The Commission will establish, in consultation with the Enterprise Programme Management Committee (EPMC), the 2006 annual work programmes including specific, appropriate and coherent performance indicators for the deliverables (quality and quantity), implementation and effectiveness. Each action will be explicitly linked to one or more stated objectives of the programme.

The performance of the programme will be scrutinised by the Management Committee which will meet 3 or 4 times in the year. As has been the case thus far, the EPMC will receive an annual Implementation Report, covering implementation and budget execution. The Implementation Report will also be made available to the European Parliament and general public.

8.2 Arrangements and schedule for evaluation

An independent external final evaluation of the actions carried out under the MAP has been carried out in accordance with Council Decision 2000/819/EC (Article 5) and will be transmitted to the European Parliament and the Council. The recommendations of the evaluation will be taken into account in the proposed period of extension.

9. ANTI-FRAUD MEASURES

(Article 3(4) of the Financial Regulation: "In order to prevent risk of fraud or irregularity, the Commission shall record in the financial statement any information regarding existing and planned fraud prevention and protection measures.")

There are no (internal or external) audit reports giving raise to indications for fraud underthe activities undertaken in pursuance of Council Decision 2000/819/EC.

Verification before payment of subsidies or the delivery of services and studies ordered and carried out by Commission services will take place, taking into account the contractual obligations and the principles of economy and sound financial and global management. All contracts, conventions and legal undertakings concluded between the Commission and the beneficiaries under the programme foresee the possibility of an audit at the premises of the beneficiary by the Commission’s services or by the Court of Auditors, as well as the possibility of requiring the beneficiaries to provide all relevant documents and data concerning expenses relating to such contracts, conventions or legal undertakings up to 5 years after the contractual period. Beneficiaries are subject to the requirement to provide reports and financial accounts, which are analysed as to the eligibility of the costs and the content, in line with the rules on Community financing and taking account of contractual obligations, economic principles and good financial management.

[1] PB L 268 van 16.8.2004, blz. 3.

[2] COM(2004) 487 definitief.

[3] PB C […] van […], blz. […].

[4] PB C […] van […], blz. […].

[5] PB C […] van […], blz. […].

[6] PB C […] van […], blz. […].

[7] PB L 333 van 29.12.2000, blz. 84. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 593/2004/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 268 van 16.8.2004, blz. 3).

[8] OJ L268 of 16/08/2004, pp. 3-5.

[9] Flash Eurobarometer, Nov 2002.

[10] SEC(2004)1460

[11] OJ L11 of 16.1.2003, p.1

[12] Enterprise Policy Management Committee (EPMC)

Top