EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52003DC0065

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Elektronische communicatie: De weg naar de kenniseconomie (Voor de EER relevante tekst)

/* COM/2003/0065 def. */

52003DC0065

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Elektronische communicatie: De weg naar de kenniseconomie (Voor de EER relevante tekst) /* COM/2003/0065 def. */


MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD, HET EUROPEES PARLEMENT, HET ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S - Elektronische communicatie: De weg naar de kenniseconomie (Voor de EER relevante tekst)

INHOUDSOPGAVE

1. Inleiding

2. Tenuitvoerlegging van het nieuwe regelgevingskader voor elektronische communicatie

3. Stimuleren van het aanbod van elektronische communicatiediensten

3.1 Ontwikkeling van breedbanddiensten

3.2 Mobiele sector

3.3 Interoperabiliteit

3.4 Overheidsdiensten

3.5 Beveiliging

4. Onderzoek en Ontwikkeling

5. Conclusies

1. Inleiding

Na de snelle groei in de periode 1998-2000 maakt de sector elektronische communicatie momenteel een ingrijpend aanpassingsproces door. Deze aanpassing was misschien wel onvermijdelijk na de zeer snelle groei in voorgaande jaren. Vanwege de implicaties en mogelijke resultaten ervan dringen zich belangrijke vragen op over de toekomst van de sector zelf en de economisch groei in Europa.

De snelle expansie heeft onevenwichtigheden meegebracht waarvoor in de komende vijf jaar een oplossing moet worden gevonden. De sector heeft zwaar geïnvesteerd en vele exploitanten hebben torenhoge schulden gemaakt. Toen de economische groei in het slop raakte, bleken de winstverwachtingen niet te kunnen worden waargemaakt. Dit heeft geleid tot een daling van de beursnoteringen en tot uitstel van investeringen in een zowel voor de sector zelf, als voor de economie over de gehele linie kritieke periode.

De hoge uitgaven voor vergunningen voor derde generatie mobiele communicatie ("3G") droegen bij tot een verdere verslechtering van de financiële situatie van de exploitanten, ofschoon niet overal in de EU in gelijke mate. De ervaring met de vergunningverlening voor 3G maakt duidelijk dat het beleid en de regelgevingsbenadering in Europa beter gecoördineerd moeten worden, iets waarin het nieuwe regelgevingskader voor elektronische communicatie overigens ook voorziet, om te voorkomen dat er vertraging optreedt bij de introductie van nieuwe draadloze mobiele diensten als gevolg van versnippering en divergerende voorwaarden op nationaal niveau.

De teruglopende investeringen hebben negatieve gevolgen voor de introductie van nieuwe, geavanceerde diensten, met name breedband en 3G. Dit leidt tot een inzinking van de vraag naar investeringsgoederen, waardoor de verkopen van de leveranciers sterk afnemen. Het heeft ook geleid tot lagere uitgaven voor O&O waardoor de concurrentiepositie van Europa wordt uitgehold.

Het belang van de communicatiesector schuilt in de uitstraling ervan op de overige sectoren van de economie. Deze sector stelt organisaties in staat door optimaal gebruik van investeringen in informatietechnologie de productiviteit te verhogen, de kwaliteit te verbeteren en de sociale insluiting te bevorderen. Hij is daarom van fundamenteel belang voor de volledige ontplooiing van de kenniseconomie. Een hogere productiviteit die op haar beurt tot een hogere groei leidt met meer werkgelegenheid en een sterkere sociale samenhang, is een van de doelstellingen van de strategie van Lissabon, die de prestaties van de Europese Unie op economisch, sociaal en milieugebied tegen het einde van het decennium moet hebben getransformeerd.

De sector is ook op zichzelf van grote betekenis. Hij biedt werk aan ongeveer een kwart miljoen mensen, had in 2002 een omzet van 236 miljard euro en vertegenwoordigt meer dan 2,5% van het BBP van de Europese Unie. De directe bijdrage ervan aan de economie groeit nog steeds omdat de procentuele groei hoger ligt dan de toename van het BBP.

Gezien zijn betekenis voor de economie in het algemeen, is het belangrijker dan ooit dat de overheden voor een klimaat zorgen waarin deze sector kan gedijen ten voordele van de gebruikers. De komst van breedbandcommunicatie heeft radicale gevolgen voor internet en daarom is het essentieel dat de investeringen doorgaan, wil Europa de aansluiting op de rest van de wereld niet verliezen. Hetzelfde geldt voor de investeringen in 3G, die op peil moeten blijven om ervoor te zorgen dat de Europese Unie haar leiderschapsrol op het gebied van mobiele telefonie niet verliest.

Europa is sterk in elektronische communicatie, maar het is nu zaak deze positie te consolideren en de doelstellingen van Lissabon te bereiken. Daarom moet in de eerste plaats worden gezorgd voor voldoende rechtszekerheid om langetermijninvesteringen mogelijk te maken, voor een overheidsbeleid dat vraag en aanbod stimuleert, en voor het op peil houden van het concurrentievermogen en de innovatie op lange termijn door middel van O&O. Zoals in de conclusies van de Telecomraad van december 2002 al is opgemerkt, is staatssteun niet de daartoe aangewezen weg.

In deze mededeling wordt geen nieuw beleid ontvouwd. Wel worden de lidstaten nog eens herinnerd aan hun taak om de uitwerking en uitvoering van de al geplande maatregelen op korte termijn af te ronden en deze waar nodig aan te vullen. In concreto betekent dit dat de overheden dienen te streven naar:

(i) volledige, doeltreffende en tijdige implementatie van het nieuwe regelgevingskader voor elektronische communicatie teneinde een voor concurrentie bevorderlijk klimaat in stand te houden dat stimulerend werkt voor innovatie, investering en verbetering van de kwaliteit van de geboden diensten;

(ii) bevordering van het gebruik van elektronische communicatietechnologieën via breedband- en multiplatformtoegang, zoals beschreven in het actieplan eEurope 2005, verbetering van de openbare dienstverlening, en ten slotte reorganisatie van bedrijfs- en bestuursprocessen met het oog op productiviteitsverhoging en groei;

(iii) ondersteuning en versterking van de lopende onderzoekactiviteiten op nationaal en EU-niveau teneinde Europa's concurrentievermogen op lange termijn te waarborgen.

Met deze mededeling wordt voldaan aan het verzoek van de Telecomraad van 5 december 2002 aan de Commissie om nog vóór de Europese Raad van dit voorjaar te rapporteren over de situatie in deze sector en zo nodig passende voorstellen te doen. Er wordt een beschrijving gegeven van de lopende activiteiten in Europa, met name in EU-verband, evenals een planning voor de belangrijkste initiatieven. In deze mededeling wordt de nadruk gelegd op die activiteiten die in de komende 12 tot 18 maanden naar verwachting de grootste impact op de sector zullen hebben.

2. Tenuitvoerlegging van het nieuwe regelgevingskader voor elektronische communicatie

Het nieuwe regelgevingskader biedt voordelen voor de consumenten want het leidt tot meer concurrentie bij het verlenen van elektronische communicatiediensten en stimuleert de innovatie waardoor er ruimte voor prijsverlagingen wordt gecreëerd en het aanbod voor de consument wordt verruimd. Het biedt duidelijke en stabiele voorschriften, waardoor de investeerders meer zekerheid krijgen omtrent hun investeringen. Voorspelbaarheid bevordert de innovatie en de langetermijninvesteringen.

De snelle ontwikkeling in deze sector en de recente technologische vooruitgang hebben de regelgevers voor nieuwe uitdagingen geplaatst. Dankzij de veranderingen kunnen gegevens via verschillende netwerken worden getransporteerd en met uiteenlopende eindapparatuur worden opgevraagd. Dit proces staat bekend als "convergentie". Hiermee is in het regelgevingskader rekening gehouden door te vermijden dat aan een bepaalde technologie de voorkeur wordt gegeven. Deze benadering wordt "technologische neutraliteit" genoemd.

Een technologisch neutrale regelgeving maakt nieuwe diensten mogelijk en leidt tot concurrentie tussen de verschillende toegangssystemen, ook wel systeemconcurrentie genoemd. Op middellange en lange termijn is dit de beste manier om de prijzen laag te houden en het dienstenaanbod te verruimen. Het stimuleert ook de innovatie en verhoogt de veerkracht van de communicatie-infrastructuur in haar totaliteit.

Begin 2002 werd door de EU een nieuw regelgevingskader vastgesteld. De lidstaten staan nu voor de uitdaging om dit nieuwe regelgevingskader volledig, op doeltreffende wijze en op tijd ten uitvoer te leggen door dit voor 24 juli 2003 in hun nationale wetgeving te verwerken. Bovendien moeten de nationale regelgevingsinstanties de middelen krijgen om hun nieuwe taken te kunnen verrichten. Uitstel kan leiden tot ongewenste onduidelijkheid met negatieve gevolgen voor de sector.

24 juli 2003: Uiterste datum voor de omzetting van het nieuwe regelgevingskader voor elektronische communicatie van maart 2002

Om ervoor te zorgen dat de nationale regelgevingsinstanties de nieuwe voorschriften op samenhangende en uniforme wijze in de diverse lidstaten toepassen, heeft de Commissie richtsnoeren opgesteld voor de wijze waarop de marktanalyse moet worden uitgevoerd en hoe "aanmerkelijke marktmacht" moet worden geïnterpreteerd. Het desbetreffende document is op 11 juli 2002 gepubliceerd.

Voorts diende de Commissie een aanbeveling te doen inzake relevante markten (d.w.z. markten die door de nationale regelgevingsinstanties moeten worden geanalyseerd om te bepalen of ondermeningen met aanmerkelijke marktmacht regulerende verplichtingen moeten worden opgelegd). Deze aanbeveling werd op 11 februari 2003 vastgesteld.

Er is voorzien in een aantal comités en procedures om de uniforme toepassing van het regelgevingskader te vergemakkelijken. Momenteel werken de Commissie en de nationale regelgevingsinstanties de procedures uit voor de kennisgeving en het onderzoek van de door nationale regelgevingsinstanties getroffen specifieke maatregelen (de zogenaamde "artikel 7-procedures"). De Commissie past voorts haar eigen interne structuur aan om het verwachte hoge aantal individuele kennisgevingen te kunnen opvangen.

Tweede helft 2003: De comités moeten operationeel zijn en de kennisgevingsprocedure moet snel en doeltreffend functioneren.

3. Stimuleren van het aanbod van elektronische communicatiediensten

Om de introductie van informatie- en communicatietechnologieën te stimuleren heeft de Europese Unie in 2000 het eEurope-initiatief gelanceerd. De doelstelling ervan was ambitieus: elke burger, elke school en elk bedrijf on line brengen en ten volle profiteren van de mogelijkheden van de nieuwe economie ten aanzien van groei, werkgelegenheid en maatschappelijke insluiting. Ook in de "Globale richtsnoeren voor het economisch beleid 2002" werd het belang van de toegang tot en het gebruik van informatie- en communicatietechnologieën onderkend.

Het recente actieplan eEurope 2005 (goedgekeurd voor de periode 2003-2005 op de Europese Raad van Sevilla in 2002) gaat nog een stapje verder in de richting van de ontwikkeling en het gebruik van een infrastructuur van wereldklasse voor gemoderniseerde overheidsdiensten. De nadruk ligt daarbij op de benutting van informatie- en communicatietechnologie om overheidsdiensten productiever en toegankelijker te maken, een gunstig klimaat voor elektronisch zakendoen te scheppen en een breedbandige informatie-infrastructuur veilig te stellen.

Aan aanbodzijde moeten activiteiten op het vlak van breedbandtechnologie en beveiliging de realisatie van de infrastructuur en de ontwikkeling van innovatieve inhoud en toepassingen bevorderen. Aan vraagzijde wordt met activiteiten op het gebied van e-overheid, e-gezondheidszorg, e-leren en e-business getracht de ontwikkeling van nieuwe diensten te bevorderen en de vraag te stimuleren zodat er ook behoefte aan de aanleg van netwerken ontstaat.

Vooruitblikkend kan worden gesteld dat eEurope 2005 een multiplatformbenadering van breedbandintroductie bevordert die gestuurd wordt door een krachtige concurrentie tussen diensten en netwerken. Het nieuwe regelgevingskader bepaalt dat zodra er daadwerkelijk systeemconcurrentie bestaat, de regulerende ex ante-verplichtingen moeten worden ingetrokken. Dankzij investeringen in nieuwe en concurrerende infrastructuren komt het moment dat deze verplichtingen kunnen worden versoepeld dichterbij.

3.1 Ontwikkeling van breedbanddiensten

Snelle internetverbindingen vormen de basis voor een infrastructuur van wereldklasse voor de kennismaatschappij. Uit het eindrapport voor eEurope 2002 blijkt dat de internetpenetratie in Europa in de afgelopen twee jaar snel gestegen is. Omdat internet zich aan het einde van het decennium tot het belangrijkste middel voor informatieoverdracht en communicatie in Europa zal hebben ontwikkeld, is het essentieel dat Europa nog efficiënter daarvan gebruik gaat maken.

De meeste internetgebruikers leggen via de telefoonlijn steeds een tijdelijke verbinding met hun provider (inbelverbinding) waarvan de dataoverdrachtssnelheid laag is. Inbelverbindingen volstaan voor e-mails en het downloaden van kleine documenten, maar zijn niet snel genoeg voor grote audio- en videobestanden. Met snelle en permanente verbindingen ("breedbandverbindingen") kunnen in één keer grote datavolumes worden overgedragen, waardoor het totaalbeeld van internet verandert.

Breedbandaansluitingen bieden nieuwe mogelijkheden in termen van kwaliteit van de geleverde diensten. Afstandsonderwijs (met behulp van e-leren), toegang tot overheidsdiensten (e-overheid), gezondheidszorg (e-gezondheidszorg), amusement, videoconferenties, elektronische handel, e.d. zijn in de praktijk gemakkelijker en soms zelfs alleen mogelijk bij de hoge snelheden van breedbandaansluitingen. Om optimaal te kunnen profiteren van de voordelen is ook een aanpassing van bedrijfs- en bestuursprocessen noodzakelijk, evenals een verhoging van de vaardigheden. Mits deze diensten in het dagelijks leven geïntegreerd worden en de markten geliberaliseerd worden, kan de kwaliteit van het bestaan worden verbeterd, de productiviteit worden verhoogd en de innovatie worden gestimuleerd.

De beschikbare breedbandaansluitingen zijn voornamelijk gebaseerd op bestaande infrastructuur, in het bijzonder het draadnetwerk voor telefonie in het geval van ADSL [1]-technologie en het kabelnet voor tv bij kabelmodems. Maar breedbandtoegang is ook via nieuwe infrastructuur mogelijk, zoals glasvezelnetwerken, vaste draadloze toegang (FWA), derde generatie mobiele systemen, R-LAN [2], satellietcommunicatiesystemen en optische straalverbindingen (FSO), of via het elektriciteitsnet.

[1] Asymmetrische digitale abonneelijn.

[2] Radio Local Area Networks.

In oktober 2002 waren er in de Europese Unie 10,8 miljoen breedbandaansluitingen (zie 8ste tenuitvoerleggingsverslag). Drie maanden later was dit aantal naar schatting al gestegen tot meer dan 12 miljoen. Het besef van de mogelijkheden van breedband groeit, de belangstelling neemt toe en er tekent zich een nieuwe markt af. Nu de grote bedrijven inmiddels allemaal op breedband zijn overgeschakeld, dient de aandacht te verschuiven naar de massamarkt om ervoor te zorgen dat breedband ook op grote schaal binnen het bereikt van het MKB en de particulier komt. Concurrentie blijft daarbij een essentieel instrument om die grootschaligheid te bereiken.

Op het platteland en in de buitengebieden is het vanwege het geografische isolement en de lage bevolkingsdichtheid financieel vaak niet verantwoord om de telefoonlijnen op te waarderen tot breedbandkwaliteit. In zulke gevallen kan een beroep worden gedaan op de Structuurfondsen om de toegang tot de infrastructuur te verbeteren. De tussentijdse herziening van de Structuurfondsen in 2003 biedt de lidstaten de gelegenheid meer nadruk te leggen op deze prioriteit op basis van een analyse van de regionale behoeften.

Voorjaar 2003: De Commissie stelt richtsnoeren op voor de lidstaten met betrekking tot de toepassingscriteria en -modaliteiten voor de Structuurfondsen ter ondersteuning van de sector elektronische communicatie, met name de vaste breedband- en de draadloze infrastructuur.

De ontwikkeling van breedbanddiensten is in belangrijke mate verantwoordelijk voor de groei van de inkomsten van zowel de exploitanten van vaste telefoonverbindingen als de kabelexploitanten, die voor de overige diensten met een stagnerende vraag hebben te kampen. Door het stijgende aantal breedbandaansluitingen neemt ook de vraag naar speciale apparatuur toe, hetgeen gunstig is voor de fabrikanten.

De combinatie van economische en maatschappelijke belangen bij de ontwikkeling van snelle verbindingen heeft diverse overheden ertoe gebracht specifieke maatregelen te treffen om de introductie ervan te stimuleren. Een groot aantal lidstaten heeft een specifieke "breedbandstrategie" uitgewerkt.

Ervoor zorgen dat breedband op grote schaal beschikbaar is en gebruikt wordt, is één van de voor de aanbodzijde specifieke doelstellingen van het actieplan eEurope 2005. In het kader van dit initiatief heeft de Europese Commissie eind januari in Brussel een workshop gehouden, waarop de lidstaten verzocht werd een presentatie te geven van hun nationale strategie ten aanzien van universele toegang.

Ook wordt de dialoog voortgezet over zaken zoals de relatie tussen leveranciers van inhoud en infrastructuurexploitanten (ter bevordering van de dialoog tussen de betrokkenen), regionale en lokale ervaringen en de bijdrage die de overheden kunnen leveren door het bundelen van hun koopkracht (vraagaggregatie [3]). De Commissie organiseert een reeks ad hoc-workshops als bijdrage aan de huidige discussie.

[3] Bijvoorbeeld door alle overheidsdiensten op breedbandnetwerken aan te sluiten.

Het is wenselijk in de tweede helft van 2003 een dialoog te houden op ministersniveau over nieuwe technologieën, breedband en 3G. Door middel van een "breedbandportaal" zal verslag worden uitgebracht over de dialoog tussen de betrokkenen.

De Commissie heeft samen met de lidstaten en andere belanghebbenden een begin gemaakt met het vaststellen van gemeenschappelijke doelstellingen en het verder uitwerken van nationale breedbandstrategieën.

* Alle lidstaten dienen uiterlijk eind 2003 een complete breedbandstrategie gereed te hebben;

* Alle overheidsdiensten moeten uiterlijk eind 2005 beschikken over een breedbandaansluiting;

* In Europa dienen breedbandaansluitingen op grote schaal beschikbaar te worden gemaakt en moet in 2005 de helft van alle internetaansluitingen breedbandig zijn.

De voortgang bij introductie van breedband zal in het kader van de lopende eEurope-benchmarking operatie worden afgemeten aan de hand van de op de Telecomraad van december 2002 afgesproken indicatoren.

Eind 2003: Presentatie van een document van de Commissie waarin de nationale breedbandstrategieën van alle lidstaten worden ontvouwd.

.

Voorjaar 2004: Eerste benchmarking-verslag voor eEurope 2005

.

3.2 Mobiele sector

Voor 3G-netwerken moeten enorme investeringen worden gedaan. Met de aanleg van deze netwerken kunnen belangrijke inkomstenbronnen voor exploitanten, dienstverleners en apparatuurfabrikanten worden gegenereerd. Deze inkomsten zullen een belangrijke bijdrage leveren tot een voorspoedige toekomst van deze sector, maar het is nodig de uitrol ervan te stimuleren.

Sommige overheden hebben verzoeken ontvangen om de vergunningsvoorwaarden of de introductietermijnen aan te passen. In sommige gevallen is aan dergelijke verzoeken al gehoorgegeven. Bij een eventuele aanpassing van de uiterste termijnen dienen de voordelen van doorgaan met de aanleg van de netwerken evenwel te worden afgewogen tegen het gevaar van een verdere verslechtering van de positie van de apparatuurleveranciers. Overheden en nationale regelgevingsinstanties zijn ervan overtuigd dat er nauw overleg nodig is om in geheel Europa tot uniforme besluiten te komen.

Eind 2003: De Commissie en de lidstaten moeten in de aangewezen fora een samenhangende benadering uitwerken voor de uitroltermijnen binnen het nieuwe regelgevingskader.

Het delen van netwerkinfrastructuur door mobiele exploitanten is een kwestie waarop nader moet worden ingegaan. Wanneer infrastructuur met andere exploitanten wordt gedeeld, kunnen de kosten worden verlaagd [4] maar ontstaan er concurrentieproblemen. De Commissie heeft haar standpunt inzake 3G uiteengezet in een mededeling van juni 2002 en in twee voorlopige adviezen over individuele gevallen. In sommige lidstaten is gedeeld gebruik van infrastructuur al een realiteit. De Commissie verwelkomt het feit dat sommige nationale bevoegde instanties al instructies hebben gegeven over deze materie. Voor de industrie is het van belang om met zo groot mogelijke zekerheid te weten in hoeverre gedeeld gebruik mogelijk is zodat zij daar bij toekomstige investeringen rekening mee kunnen houden.

[4] Daarom is het delen van netwerkinfrastructuur een bijzonder interessante oplossing om concurrentie en toegankelijkheid met elkaar in evenwicht te brengen in dunbevolkte gebieden.

Eind 2003: De Commissie en de lidstaten verschaffen meer duidelijkheid over gedeeld gebruik van netwerkinfrastructuur.

Het nieuwe EU-regelgevingskader voor elektronische communicatie biedt de ruimte om voor een samenhangend beleid inzake draadloze communicatie in de EU te zorgen. Het Comité voor communicatie en de Groep van Europese regelgevers fungeren als platform om relevante zaken zowel op beleids- als op technisch niveau met de lidstaten te bespreken, terwijl de transparantie- en coördinatiemechanismen (de artikel 7-procedures) een belangrijke rol zullen spelen bij de onderlinge afstemming van de regelgevingsbeslissingen.

Bovendien zullen spectrumaangelegenheden voortaan in het kader van de radiospectrumbeschikking worden besproken en zal het mogelijk zijn al in een vroeg stadium de benadering van de verschillende lidstaten te coördineren via de twee nieuwe instanties die in het kader van de radiospectrumbeschikking zijn opgericht (de Radiospectrumbeleidsgroep en het Radiospectrumcomité).

Een flexibelere aanpak voor de handel in en het gebruik van radiospectrum in de mobiele sector zal bijdragen tot een verhoging van de efficiëntie op de mobiele markt. Het nieuwe regelgevingskader geeft de lidstaten in dit opzicht meer armslag. De Commissie heeft het initiatief genomen voor een studie inzake secundaire handel in spectrum en zal medio 2003 een workshop organiseren waaraan alle betrokkenen (exploitanten en overige gebruikers, lidstaten en regelgevingsinstanties) zullen deelnemen.

Medio 2003: De Commissie organiseert een workshop over de secundaire spectrumhandel en spectrumgebruik.

Een andere moeilijkheid waarmee de telecommunicatie-exploitanten worden geconfronteerd is de geringe bereidheid van sommige lokale overheden om vergunningen te verlenen voor het plaatsen van antennemasten en basisstations. In de conclusies van de Europese Raad van Sevilla roept de Raad "alle betrokken overheidsdiensten op maatregelen te treffen om de problemen op te lossen die zich voordoen bij de materiële totstandbrenging van de netwerken". De lidstaten moeten dringend aandacht besteden aan deze problematiek en besprekingen met de lokale overheden gaan voeren.

De lidstaten dienen dringend overleg te gaan voeren met de lokale autoriteiten over de eventuele moeilijkheden bij de materiële uitrol van 3G-netwerken.

De Commissie beschouwt het als een prioriteit om bij te dragen tot het algemeen besef en inzicht in de objectieve risico's van het gebruik van mobiele eindapparatuur en basisstations. Er is al veel onderzoek gedaan naar de mogelijke gezondheidseffecten. Uit de informatie die hieruit naar voren is gekomen blijkt niet dat radiogolven die bijvoorbeeld door mobiele telefoonapparatuur worden gebruikt, bij blootstellingen die onder de in de Aanbeveling van de Raad van 12 juli 1999 gegeven grenswaarden liggen, kankerverwekkende eigenschappen hebben of andere niet-thermische gezondheidseffecten veroorzaken. Dit werd nog eens duidelijk naar voren gebracht van 30 oktober 2001 in het advies van het Wetenschappelijk Comité inzake toxicologie, ecotoxicologie en milieu van de Commissie, evenals door andere internationale en nationale wetenschappelijke commissies en de Wereldgezondheidsorganisatie. De aanbevolen grenswaarden voor radiofrequente elektromagnetische velden worden regelmatig door het Wetenschappelijke Comité van de Commissie herzien. De problematiek van de blootstelling van het publiek aan elektromagnetische velden en de strikte naleving van de aanbevolen grenswaarden voor radiofrequente elektromagnetische velden moet prioriteit blijven krijgen. Het onderzoek moet worden voortgezet, onder meer in het kader van de grootschalige studies van de Wereldgezondheidsorganisatie, waaraan financieel wordt bijgedragen door het O&O-budget van de EU, en alle wetenschappelijk gefundeerde informatie moet beschikbaar worden gemaakt.

Voorjaar 2003: De noodzakelijke informatie over de gezondheidsproblematiek van elektromagnetische velden zal op de website van de Commissie beschikbaar worden gemaakt.

De Commissie heeft het CENELEC de opdracht gegeven ontwerpnormen op te stellen inzake de gezondheidsaspecten van mobiele telefonie, die door de Gemeenschapswetgeving zullen worden erkend. Deze normen moeten ervoor zorgen dat het publiek niet wordt blootgesteld aan sterkere elektromagnetische velden dan wordt aanbevolen door de Raad. De normen voor mobiele telefoons zijn inmiddels gereed; voor basisstations zijn zij ten dele beschikbaar en zal er in 2003 de laatste hand aan worden gelegd.

Eind 2003: De lidstaten moeten actieve steun bieden aan de normalisatie op het gebied van de bescherming van de volksgezondheid in de mobiele sector.

Om het doeltreffend gebruik van geavanceerde mobiele communicatie te stimuleren, moet er aandacht worden besteed aan de nieuwe problematiek van mobiele betalingen. De industrie werkt aan een document waarin de (juridische en andere) obstakels voor een veelvuldiger gebruik van mobiele betalingen worden geïnventariseerd en waarin voorstellen worden gedaan om daar iets aan te doen. De Commissie helpt daarbij een oplossing te vinden voor de meningsverschillen binnen de industrie. Met dat document moet uiteindelijk de weg worden vrijgemaakt voor een standaardisatie.

Daarnaast:

Eind 2003: Verslag van de Commissie over de stand van zaken bij de introductie van 3G-netwerken.

Satellietnavigatie, ten slotte, wordt beschouwd als een belangrijk middel om nieuwe mobiele toepassingen mogelijk te maken. De omvang van de markt voor satellietnavigatie ten behoeve van telecommunicatietoepassingen in 2005 is geraamd op circa 6 miljard euro. De Europese infrastructuur Galileo, waarvoor in 2002 het groene licht is gegeven, zal een pakket diensten bieden dat het mogelijk maakt locatiegebonden diensten te ontwikkelen.

3.3 Interoperabiliteit

Een van de doelstellingen van de EU is te bereiken dat alle burgers op grote schaal toegang krijgen tot de nieuwe diensten en toepassingen van de informatiemaatschappij. De mogelijkheid om toegang te krijgen tot dergelijke diensten en toepassingen met andere eindapparatuur dan de pc, bijvoorbeeld via uiteenlopende netwerkplatforms zoals kabeltelevisie, digitale tv, 3G of R-LAN, biedt grote economische en maatschappelijke kansen.

Een keuze uit verschillende platforms biedt de burger de mogelijkheid om op handigere of interactievere wijze toegang te krijgen tot e-overheid, e-gezondheidszorg, e-leren, e-handel e.d., vergemakkelijkt een snelle introductie ervan, bevordert de maatschappelijke insluiting, stimuleert de innovatie, verhoogt de keuzevrijheid en bevordert de concurrentie.

Die interoperabiliteitseis vormt een uitdaging die zich op verschillende niveaus manifesteert, zoals dat van eindapparatuur, netwerkinfrastructuur, inhoud en via verschillende platforms verstrekte diensten en toepassingen. Interoperabiliteit is alleen mogelijk als op al deze niveaus maatregelen worden getroffen (bijv. door de ontwikkelaars van toepassingen, dienstverleners, samenstellers van inhoud, netwerkexploitanten en fabrikanten van eindapparatuur). De Commissie levert een krachtige impuls aan de ontwikkeling van interoperabele diensten, toepassingen en platforms, evenals aan de ontwikkeling van multiplatforminhoud [5]. Het normalisatie-actieplan van eEurope, dat deels door de Europese Commissie wordt gefinancierd, is in dit verband een nuttig instrument.

[5] Inhoud die via verschillende platforms toegankelijk is.

Juni 2003: Mededeling aan het Europees Parlement en de Raad inzake interoperabiliteit ter ondersteuning van pan-Europese e-overheidsdiensten.

Deze actieve steun wordt aangevuld met initiatieven van de industrie in de communicatiesector, zoals de Open Mobile Alliance, met behulp waarvan de industrie maatregelen heeft getroffen om de interoperabiliteit van via uiteenlopende eindapparatuur en netwerken verstrekte diensten te garanderen. Wellicht is het evenwel noodzakelijk om, zodra 3G-systemen op commerciële schaal worden geïntroduceerd, meer te doen om de beschikbaarheid en het gebruiksgemak van mobiele diensten en toepassingen te verbeteren, met name door middel van een plan voor versnelde interoperabiliteitsbeproeving.

De Commissie heeft onlangs een openbare raadpleging gehouden over een verslag over de "nog resterende belemmeringen voor brede toegang tot nieuwe diensten en toepassingen van de informatiemaatschappij dankzij open platforms voor digitale televisie en mobiele communicatiesystemen van de derde generatie".

Voorjaar 2003: De Commissie zal met een mededeling komen over de belemmeringen voor brede toegang tot de informatiemaatschappij door middel van open platforms.

3.4 Overheidsdiensten

Het succes van breedband en 3G hangt voor een groot deel af van de beschikbaarheid van aantrekkelijke inhoud, toepassingen en diensten. De vraag naar breedband zal toenemen naarmate nieuwe internettoepassingen worden ontwikkeld waarvoor snellere verbindingen nodig zijn. Omgekeerd zal de ontwikkeling van nieuwe inhoud, toepassingen en diensten worden gestimuleerd door de beschikbaarheid van breedbandaansluitingen.

Een groot aantal interessante en aantrekkelijke diensten kan worden aangeboden door de publieke sector, die de wijze waarop deze met de burgers en het bedrijfsleven communiceert aanmerkelijk kan verbeteren. De ontwikkeling van "e-overheid", "e-gezondheidszorg" en "e-leren" zal de levensstandaard ten goede komen en mogelijk ook de kwaliteit, de productiviteit en de maatschappelijke insluiting. De Commissie heeft kortelings een programma voor e-leren vastgesteld.

Dit zijn de belangrijkste thema's van het eEurope-initiatief. De Commissie werkt met de lidstaten samen bij de uitwisseling van goede praktijken en de uitvoering van benchmarking-operaties.

22-23 mei 2003: Toekenning van de prijzen voor e-gezondheidszorg op de door de Commissie en het Griekse voorzitterschap georganiseerde ministersconferentie daarover in Brussel

.

3-4 juli 2003: Toekenning van de prijzen voor e-overheid op de door de Commissie en het Italiaanse voorzitterschap georganiseerde ministersconferentie in Como

De publieke sector kan ook bijdragen aan de ontwikkeling van breedbanddiensten en inhoud. Als grote eigenaars van informatie kunnen de overheden een positieve invloed uitoefenen door de toegang tot inhoud en informatie van de overheid onder voorspelbare en billijke voorwaarden te bevorderen. Een goed voorbeeld hiervan zijn toeristische diensten die particuliere bedrijven kunnen aanbieden door van de overheid afkomstige geografische, culturele, meteorologische, verkeersgegevens, enz. met elkaar te koppelen. De Commissie heeft een voorstel ingediend voor een richtlijn met betrekking tot deze voorspelbare en billijke voorwaarden, dat momenteel bij het Parlement en de Raad ligt [6].

[6] COM(2002) 207 def. - 2002/0123 (COD).

Eind 2003: Definitieve vaststelling van de richtlijn inzake het hergebruik en de commerciële exploitatie van overheidsdocumenten.

Ten slotte stimuleert de Europese Unie ook rechtstreeks de productie van inhoud via het eContent-programma (in december 2002 werd een uitnodiging tot het indienen van voorstellen gepubliceerd). De ontwikkeling van nieuwe inhoud, diensten en toepassingen zal tevens worden voortgezet in het kader van andere lopende programma's, zoals eTEN, IDA en IST.

3.5 Beveiliging

De invoering van innoverende technologieën zoals breedband en 3G, alsmede de ontwikkeling van nieuwe inhoud, toepassingen en diensten brengen nieuwe uitdagingen op het gebied van beveiliging mee. De aanpak van de beveiligingsproblematiek is ook bepalend voor het stimuleren van de vraag naar nieuwe communicatiediensten.

Aan de beveiliging van netwerken en communicatie wordt bij de ontwikkeling van de digitale economie veel aandacht besteed. Via netwerken en informatiesystemen worden inmiddels diensten en gegevens getransporteerd die van vitaal belang kunnen zijn voor andere kritische infrastructuren. Netwerken en informatiesystemen moeten daarom beter worden beschermd tegen allerlei pogingen om hun beschikbaarheid, authenticiteit, integriteit en betrouwbaarheid in gevaar te brengen.

Met behulp van mobiele telefoons met smart card-functies kunnen de huidige voorzieningen voor de controle van de rechten op toegang tot bepaalde diensten of sites aanmerkelijk worden verbeterd. Het zou nuttig zijn zoveel mogelijk te profiteren van deze mogelijkheden om een klimaat te scheppen waarin personen, bedrijven en overheden met meer vertrouwen gebruik kunnen maken van de communicatiemiddelen. De Commissie zal binnenkort een workshop organiseren om de vooruitgang op dit gebied te evalueren.

De netwerkveiligheid wordt ook verbeterd door de lidstaten toereikende middelen te verschaffen om alle vormen van tegen netwerken gerichte criminele activiteiten te voorkomen en bestrijden. De Commissie heeft een voorstel ingediend voor een kaderbesluit van de Raad [7] dat het nationale strafrecht op het stuk van aanvallen op informatiesystemen moet harmoniseren teneinde de politionele en justitiële samenwerking op dit gebied verder te bevorderen. Het is van essentieel belang dat dit voorstel zo snel mogelijk wordt goedgekeurd.

[7] COM(2002) 173 van 19.4.2002.

Juni 2003: Definitieve vaststelling van het kaderbesluit van de Raad over aanvallen op informatiesystemen

De spectaculaire groei van de tegen elektronische communicatiesystemen gerichte aanvallen en fraudepogingen in de afgelopen jaren dreigt het vertrouwen van de consumenten in on line-diensten en de goede werking van de elektronische markten te ondermijnen. De overheden doen steeds meer moeite om de gebruikers door middel van grensoverschrijdende samenwerking te beschermen. Om de veiligheid van netwerken en informatiesystemen in de EU te verbeteren heeft de Commissie onlangs een voorstel gedaan voor de oprichting van een Europees Agentschap voor netwerk- en informatiebeveiliging, dat als expertisecentrum voor computerbeveiligingskwesties moet dienen. Het is van cruciaal belang dat dit agentschap zo snel mogelijk met zijn werkzaamheden kan beginnen.

Eind 2003: Definitieve vaststelling van de verordening tot oprichting van het Europees Agentschap voor informatie- en netwerkbeveiliging

Communicatienetwerken omspannen de gehele wereld en de beveiligingsproblematiek maakt duidelijk dat er behoefte is aan hechtere internationale samenwerking en een gemeenschappelijke benadering. Ofschoon een groot aantal initiatieven enigszins aan de locale situatie moet worden aangepast, is het duidelijk dat er meer internationale samenwerking moet komen.

4. Onderzoek en Ontwikkeling

De sector elektronische communicatie is een dynamische en innovatieve sector, waarin onderzoek en ontwikkeling (O&O) een fundamentele rol speelt en doorslaggevend is voor het concurrentievermogen. Vooral daarom baart de teruggang van de investeringen in O&O als gevolg van de financiële situatie in de sector grote zorgen, omdat deze niet alleen de slagkracht van de sector zelf dreigt uit te hollen, maar op lange termijn ook de algehele concurrentiepositie van Europa.

De Europese Unie heeft veel profijt getrokken van haar verbondenheid met het onderzoek en plukt nog steeds de vruchten van haar vorige kaderprogramma's. Een uitstekend voorbeeld hiervan is haar bijdrage tot de ontwikkeling van het GSM-systeem.

Recentelijk werd besloten onder het zesde kaderprogramma 3,6 miljard euro uit te trekken voor technologieën van de informatiemaatschappij (IST), waarbij de nadruk duidelijk moest komen te liggen op technologieën en -diensten voor mobiele, draadloze, optische en breedbandcommunicatie. Deze investering is van kritiek belang om de slagvaardigheid van Europa op het gebied van communicatietechnologieën niet te verliezen en levert een bijdrage tot de ontwikkeling van de volgende generatie van producten en diensten.

Juni 2003: Tweede uitnodiging tot het indienen van voorstellen in het kader van het Werkprogramma voor 2003 voor de IST-prioriteit van het zesde kaderprogramma met de nadruk op diensten en toepassingen van de informatiemaatschappij.

Bovendien zijn de twee nieuwe instrumenten, topnetwerken en geïntegreerde projecten, uitermate geschikt voor het soort onderzoek in samenwerkingsverband dat nodig is om strategische oplossingen te ontwikkelen voor de nog resterende technische en implementatievraagstukken binnen de doelstellingen van eEurope.

Maar er moet nog meer worden gedaan. Vanwege de sterke daling van de particuliere investeringen in O&O dient de steun van de lidstaten op peil te worden gehouden via alternatieve regelingen, maar binnen de huidige budgettaire beperkingen, met name voor kwesties die op korte tot middellange termijn spelen (zoals het CELTIC-initiatief in het kader van EUREKA).

5. Conclusies

De sector elektronische communicatie blijft van cruciale betekenis voor de Europese economie en voor het bereiken van de doelstellingen van Lissabon. Door de huidige moeilijkheden te overwinnen kunnen de groei en de verruiming van de werkgelegenheid weer op gang worden gebracht. Bovendien kan de innovatie worden versneld door de introductie van aantrekkelijkere diensten "van de volgende generatie", met name voor overheidsdiensten, het bedrijfsleven en op het werk.

Er is op Europees niveau een stabiel regelgevingsklimaat ingevoerd dat noodzakelijk is om de sector een krachtigere impuls te geven. Het is nu aan de lidstaten ervoor te zorgen dat dit nieuwe regelgevingskader volledig, tijdig en doeltreffend geïmplementeerd wordt.

De introductie van breedband en derde generatie mobiele communicatie zal worden bevorderd door vraag- en aanbodstimulerende voorwaarden te scheppen, bijv. door aantrekkelijke inhoud, diensten en toepassingen te ontwikkelen en door in veilige multiplatformbreedbandinfrastructuur te investeren. Volledige tenuitvoerlegging van het actieplan eEurope 2005 is voorts een noodzakelijk stap om de inkomstengroei te stimuleren. Door nationale breedbandstrategieën met duidelijke doelstellingen te ontwikkelen kunnen e-overheidsdiensten en -toepassingen sneller beschikbaar worden gesteld, hetgeen grote voordelen voor het publiek biedt. Dankzij interoperabele en open platforms kan de algemene toegang tot deze diensten worden bevorderd en kunnen meer mensen bij de informatiemaatschappij worden betrokken.

De instandhouding van een Europese kennisbasis is voorts essentieel. Ondanks dat de overheidsuitgaven momenteel onder druk staan, dienen de lidstaten en de Europese Unie de voorwaarden te scheppen voor meer openbare en particuliere investeringen in het onderwijs, het onderzoek en de kenniseconomie, in het bijzonder met het oog op een optimaal gebruik van de moderne communicatietechnologie en de handhaving van het innovatievermogen.

De Raad en het Europees Parlement wordt verzocht steun te verlenen aan deze activiteiten, die essentieel zijn voor de verwezenlijking van de agenda van Lissabon.

Voorjaar 2003 // De Commissie stelt richtsnoeren op voor de lidstaten met betrekking tot de toepassingscriteria en -modaliteiten voor de Structuurfondsen ter ondersteuning van de sector elektronische communicatie, met name de vaste breedband- en de draadloze infrastructuur.

Voorjaar 2003 // De Commissie zal met een mededeling komen over de belemmeringen voor brede toegang tot de informatiemaatschappij door middel van open platforms.

Voorjaar 2003 // De noodzakelijke informatie over de gezondheidsproblematiek van elektromagnetische velden zal op de website van de Commissie beschikbaar worden gemaakt.

22-23 mei 2003 // Toekenning van de prijzen voor e-gezondheidszorg op de door de Commissie en het Griekse voorzitterschap georganiseerde ministersconferentie daarover in Brussel

Juni 2003 // Definitieve vaststelling van het kaderbesluit van de Raad over aanvallen op informatiesystemen

Juni 2003 // Tweede uitnodiging tot het indienen van voorstellen in het kader van het Werkprogramma voor 2003 voor de IST-prioriteit van het zesde kaderprogramma met de nadruk op diensten en toepassingen van de informatiemaatschappij

Juni 2003 // Toekenning van de prijzen voor e-overheid op de door de Commissie en het Italiaanse voorzitterschap georganiseerde ministersconferentie in Como

Medio 2003 // De Commissie organiseert een workshop over de secundaire spectrumhandel en spectrumgebruik.

3-4 juli 2003 // Toekenning van de prijzen voor e-overheid op de door de Commissie en het Italiaanse voorzitterschap georganiseerde ministersconferentie in Como

24 juli 2003 // Omzetting van het nieuwe regelgevingskader voor elektronische communicatie van maart 2002

2e helft 2003 // De comités moeten operationeel zijn en de kennisgevingsprocedure moet snel en doeltreffend functioneren.

Eind 2003 // Alle lidstaten dienen een complete breedbandstrategie gereed te hebben.

Eind 2003 // Presentatie van een document van de Commissie waarin de nationale breedbandstrategieën van alle lidstaten worden ontvouwd.

Eind 2003 // De lidstaten moeten actieve steun bieden aan de normalisatie op het gebied van de bescherming van de volksgezondheid in de mobiele sector.

Eind 2003 // Verslag van de Commissie over de stand van zaken bij de introductie van 3G-netwerken

Eind 2003 // Definitieve vaststelling van de richtlijn inzake het hergebruik en de commerciële exploitatie van overheidsdocumenten

Eind 2003 // Definitieve vaststelling van de verordening tot oprichting van het Europees Agentschap voor informatie- en netwerkbeveiliging

Eind 2003 // De Commissie en de lidstaten moeten in de aangewezen fora een samenhangende benadering uitwerken voor de uitroltermijnen binnen het nieuwe regelgevingskader

Eind 2003 // De Commissie en de lidstaten verschaffen meer duidelijkheid over gedeeld gebruik van netwerkinfrastructuur

Voorjaar 2004 // Eerste benchmarking-verslag voor eEurope 2005

Eind 2005 // Alle overheidsdiensten moeten over een breedbandaansluiting beschikken.

Eind 2005 // In Europa dienen breedbandaansluitingen op grote schaal beschikbaar te worden gemaakt en moet in 2005 de helft van alle internetaansluitingen breedbandig zijn.

Top