EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32004R0838

Verordening (EG) nr. 838/2004 van de Commissie van 28 april 2004 betreffende overgangsmaatregelen voor de invoer van bananen in de Gemeenschap in verband met de toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije

OJ L 127, 29.4.2004, p. 52–56 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)
Special edition in Czech: Chapter 03 Volume 044 P. 199 - 203
Special edition in Estonian: Chapter 03 Volume 044 P. 199 - 203
Special edition in Latvian: Chapter 03 Volume 044 P. 199 - 203
Special edition in Lithuanian: Chapter 03 Volume 044 P. 199 - 203
Special edition in Hungarian Chapter 03 Volume 044 P. 199 - 203
Special edition in Maltese: Chapter 03 Volume 044 P. 199 - 203
Special edition in Polish: Chapter 03 Volume 044 P. 199 - 203
Special edition in Slovak: Chapter 03 Volume 044 P. 199 - 203
Special edition in Slovene: Chapter 03 Volume 044 P. 199 - 203

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 11/12/2010: This act has been changed. Current consolidated version: 09/07/2004

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2004/838/oj

29.4.2004   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 127/52


VERORDENING (EG) Nr. 838/2004 VAN DE COMMISSIE

van 28 april 2004

betreffende overgangsmaatregelen voor de invoer van bananen in de Gemeenschap in verband met de toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op het Verdrag betreffende de toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije, en met name op artikel 2, lid 3,

Gelet op de Akte van toetreding van Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije, en met name op artikel 41, eerste alinea, en artikel 57,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 404/93 van de Raad van 13 februari 1993 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector bananen (1),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EG) nr. 896/2001 van de Commissie (2) zijn de toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 404/93 ten aanzien van de regeling voor de invoer van bananen in de Gemeenschap vastgesteld.

(2)

Bij Verordening (EG) nr. 414/2004 van de Commissie tot vaststelling van specifieke maatregelen om de wijze van beheer van de tariefcontingenten voor de invoer van bananen aan te passen in verband met de toetreding van nieuwe lidstaten op 1 mei 2004 (3) zijn de eerste maatregelen vastgesteld met het oog op de toetreding van de tien nieuwe lidstaten van de Gemeenschap. Het doel van die maatregelen was dat de inventaris werd opgemaakt van de in de Gemeenschap in haar samenstelling op 30 april 2004 gevestigde marktdeelnemers die de markten van die landen hebben voorzien van bananen en die voldoen aan de voorwaarden zoals vastgesteld in de artikelen 3 en 4 van Verordening (EG) nr. 896/2001 wat de traditionele marktdeelnemers betreft en in de artikelen 6 tot en met 12 van die verordening wat de niet-traditionele marktdeelnemers betreft. De nieuwe lidstaten hebben parallel daarmee soortgelijke bepalingen vastgesteld overeenkomstig hun nationale procedures.

(3)

Met het oog op een vlotte overschakeling van de vóór de toetreding in de nieuwe lidstaten bestaande regelingen, naar de invoerregeling die voortvloeit uit de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector bananen, dienen overgangsmaatregelen te worden vastgesteld.

(4)

Om de bevoorrading van de markt met name in de nieuwe lidstaten te garanderen, moet in aanvulling op de contingenten die op grond van artikel 18, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 404/93 worden geopend voor de invoer van producten uit alle derde landen, een extra hoeveelheid worden vastgesteld waarvoor dezelfde tariefvoorwaarden gelden. Die vaststelling dient van voorlopige aard te zijn en mag niet vooruitlopen op het resultaat van de lopende onderhandelingen in de Wereldhandelsorganisatie (WTO) na de toetreding van de nieuwe lidstaten. Bovendien mag bij het vaststellen van de extra hoeveelheid de mogelijkheid niet worden uitgesloten om deze, in voorkomend geval, te verhogen indien de vraag dat rechtvaardigt.

(5)

Voor het beheer van deze extra hoeveelheid moet gebruik worden gemaakt van de bij Verordening (EG) nr. 896/2001 ingestelde mechanismen en instrumenten voor het beheer van de tariefcontingenten. Deze extra hoeveelheid moet, vanwege het voorlopige karakter ervan, evenwel apart van de hoeveelheid van de tariefcontingenten worden beheerd.

(6)

In het kader van de bij Verordening (EG) nr. 896/2001 ingestelde mechanismen moet voor de extra hoeveelheid de in artikel 2 van die verordening vastgestelde verdeling tussen de twee categorieën marktdeelnemers worden gerespecteerd en dient te worden voorzien in bepalingen voor de vaststelling van een specifieke referentiehoeveelheid voor elke traditionele marktdeelnemer en van een specifieke toewijzing voor elke niet-traditionele marktdeelnemer. Er zij op gewezen dat de hierboven vermelde verdeling, alsmede de vaststelling van de referentiehoeveelheden en van de toewijzingen betrekking heeft op de marktdeelnemers die in de aan de toetreding voorafgaande jaren de markt van de nieuwe lidstaten hebben bevoorraad.

(7)

Aangezien het met name voor primaire invoer van bananen tijdens de referentieperiode 2000-2002 problematisch is gebleken om overeenkomstig artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 414/2004 het bewijs te leveren dat deze producten daadwerkelijk in de nieuwe lidstaten in het vrije verkeer zijn gebracht, en gezien de wijziging van die bepalingen bij Verordening (EG) nr. 689/2004 (4), moet voor elke marktdeelnemer, naar gelang van het geval, een voorlopige referentiehoeveelheid of een voorlopige toewijzing worden vastgesteld met het oog op de afgifte van invoercertificaten voor een eerste tranche begin mei 2004. Die voorlopige vaststelling moet de bevoegde nationale autoriteiten in staat stellen de door de marktdeelnemers overgelegde documenten en bewijsstukken te controleren en te verifiëren, de in het kader van de artikelen 4 en 5 van Verordening (EG) nr. 414/2004 afgelegde verklaringen te corrigeren en, in voorkomend geval, de in artikel 7, lid 3, van die verordening bedoelde mededelingen op tijd te verbeteren vóór een nieuwe tranche van de extra hoeveelheid wordt geopend.

(8)

Om deze beschikbare hoeveelheid te beheren, dienen aanpassingscoëfficiënten te worden vastgesteld voor toepassing op de door de lidstaten meegedeelde hoeveelheden.

(9)

Om een toereikende bevoorrading van de markt en vooral de continuïteit van de invoer in de nieuwe lidstaten te garanderen, moet in de overgangsmaatregelen worden vastgesteld dat de certificaten worden afgegeven met het oog op het in het vrije verkeer brengen van de producten in een nieuwe lidstaat. De gestelde zekerheden worden vervolgens vrijgegeven naar rato van de hoeveelheden die in een nieuwe lidstaat in het vrije verkeer zijn gebracht.

(10)

In hetzelfde verband verdient het aanbeveling om begin mei 2004, dus vóór de indieningsperiode voor het derde kwartaal, een eerste periode te openen voor indiening van de aanvragen voor invoercertificaten.

(11)

Om het aparte beheer van de extra hoeveelheid en de opvolging van het gebruik van de invoercertificaten conform de regels te garanderen, moeten de op de documenten aan te brengen vermeldingen worden gespecificeerd. Voorts moeten de bepalingen inzake het certificaat van hertoewijzing en de bepalingen voor de overdracht van de certificaten tussen marktdeelnemers worden aangepast.

(12)

De benamingen van de voor het beheer van de regeling bevoegde autoriteiten van de nieuwe lidstaten moeten worden opgenomen in de bijlage bij Verordening (EG) nr. 896/2001.

(13)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor bananen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

a)

„Gemeenschap van de Vijftien” : de Gemeenschap in haar samenstelling op 30 april 2004,

b)

„nieuwe lidstaten” : Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije,

c)

„verruimde Gemeenschap” : de Gemeenschap in haar samenstelling op 1 mei 2004,

d)

„primaire invoer” : de economische activiteit als gedefinieerd in artikel 3, punt 1, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 896/2001, die wordt verricht met het oog op de verkoop in één of meer nieuwe lidstaten,

e)

„minimumhoeveelheid” : de minimumhoeveelheid als gedefinieerd in artikel 3, punt 1, derde alinea, van Verordening (EG) nr. 896/2001, die is vastgesteld met inachtneming van de totale hoeveelheden die in het kader van primaire invoer zijn geïmporteerd voor de bevoorrading van de markt in de nieuwe lidstaten;

f)

„bevoegde autoriteiten” : de bevoegde autoriteiten die worden genoemd in de bij de onderhavige verordening gewijzigde bijlage bij Verordening (EG) nr. 896/2001.

Artikel 2

Doel van deze verordening

Deze verordening heeft tot doel de overgangsbepalingen vast te stellen die nodig zijn voor een vlotte overschakeling van de in de nieuwe lidstaten vóór hun toetreding tot de Gemeenschap van de Vijftien bestaande regelingen, naar de invoerregeling met tariefcontingenten die is vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 404/93 en Verordening (EG) nr. 896/2001.

De bepalingen van Verordening (EG) nr. 896/2001 zijn van toepassing onder voorbehoud van het bepaalde in de onderhavige verordening.

Artikel 3

De extra hoeveelheid

1.   Voor de periode van 1 mei tot en met 31 december 2004 is voor de invoer in de nieuwe lidstaten een hoeveelheid van 300 000 ton nettogewicht beschikbaar.

Deze hoeveelheid is beschikbaar voor de invoer van producten van oorsprong uit de in artikel 18, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 404/93 bedoelde landen.

Op de invoer in het kader van die hoeveelheid worden de in artikel 18, lid 2, van de hierboven genoemde verordening vastgestelde rechten geheven.

2.   De in lid 1 vastgestelde hoeveelheid kan worden verhoogd, indien de in de nieuwe lidstaten geconstateerde vraag toeneemt.

Artikel 4

Toegang tot de extra hoeveelheid

1.   De in de verruimde Gemeenschap gevestigde traditionele en niet-traditionele marktdeelnemers die, naar gelang van het geval, voldoen aan de in artikel 3 of artikel 4 van Verordening (EG) nr. 414/2004 gestelde voorwaarden, krijgen toegang tot de in artikel 3 vastgestelde extra hoeveelheid.

2.   De traditionele en de niet-traditionele marktdeelnemers krijgen toegang tot respectievelijk 249 000 en 51 000 ton van de hoeveelheid.

Artikel 5

Beschikbare hoeveelheid waarvoor in mei 2004 certificaten kunnen worden afgegeven

Met het oog op de invoer van bananen in de nieuwe lidstaten kunnen in mei 2004 voor een beschikbare hoeveelheid van 87 000 ton certificaten worden afgegeven. De traditionele en de niet-traditionele marktdeelnemers krijgen toegang tot respectievelijk 72 210 en 14 790 ton van die hoeveelheid.

Artikel 6

Voorlopige specifieke referentiehoeveelheid voor de traditionele marktdeelnemers

1.   Voor elke traditionele marktdeelnemer die in het kader van primaire invoer in één van de jaren 2000, 2001 en 2002 de minimumhoeveelheid bananen heeft geïmporteerd om deze in één of meer nieuwe lidstaten te verkopen, stellen de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de marktdeelnemer is geregistreerd, met het oog op de afgifte van certificaten in mei 2004, een voorlopige specifieke referentiehoeveelheid vast op basis van het gemiddelde van de primaire invoer in de hierboven vermelde periode.

Deze voorlopige specifieke referentiehoeveelheid wordt berekend door op het in de vorige alinea bedoelde gemiddelde van de primaire invoer de coëfficiënt 0,1875 toe te passen.

2.   Rekening houdend met de door de lidstaten verrichte mededelingen en afhankelijk van de in artikel 5 vastgestelde beschikbare hoeveelheid, stelt de Commissie zo nodig een aanpassingscoëfficiënt vast die moet worden toegepast op de voorlopige specifieke referentiehoeveelheid van elke traditionele marktdeelnemer.

3.   De bevoegde autoriteiten delen elke traditionele marktdeelnemer uiterlijk op 4 mei 2004 zijn voorlopige specifieke referentiehoeveelheid mee, zo nodig aangepast aan de hand van de in lid 2 bedoelde aanpassingscoëfficiënt.

Artikel 7

Voorlopige specifieke toewijzing van de niet-traditionele marktdeelnemers

1.   De bevoegde autoriteiten stellen met het oog op de afgifte van certificaten in mei 2004 een voorlopige specifieke toewijzing vast voor elke bij hen geregistreerde niet-traditionele marktdeelnemer, door op het door de marktdeelnemer ingediende verzoek de coëfficiënt 0,29 toe te passen.

2.   Rekening houdend met de door de lidstaten verrichte mededelingen en afhankelijk van de in artikel 5 vastgestelde beschikbare hoeveelheid, stelt de Commissie zo nodig een aanpassingscoëfficiënt vast die moet worden toegepast op het verzoek om een voorlopige specifieke toewijzing van elke niet-traditionele marktdeelnemer.

3.   De bevoegde autoriteiten delen elke niet-traditionele marktdeelnemer uiterlijk op 4 mei 2004 zijn voorlopige toewijzing mee.

Artikel 8

Indiening van certificaataanvragen en afgifte van certificaten, in mei 2004

1.   De aanvragen voor invoercertificaten worden ingediend bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de marktdeelnemer is geregistreerd.

2.   De invoercertificaten (hierna „toetredingscertificaten” genoemd) worden uitsluitend afgegeven voor het in het vrije verkeer brengen in een nieuwe lidstaat.

3.   In de certificaataanvragen wordt de vermelding „Toetredingscertificaat” aangebracht, alsmede, naar gelang van het geval, „Traditionele marktdeelnemer” of „Niet-traditionele marktdeelnemer”„Verordening (EG) nr. 838/2004. Certificaat uitsluitend geldig in een nieuwe lidstaat”.

Deze vermeldingen worden aangebracht in vak 20 van het certificaat.

4.   De certificaataanvragen worden voor het eerst ingediend op 4, 5 en 6 mei 2004.

Om in aanmerking te worden genomen, moet/moeten de door een marktdeelnemer ingediende certificaataanvraag/certificaataanvragen betrekking hebben op een totale hoeveelheid die niet groter is dan:

a)

de overeenkomstig artikel 6, lid 3, meegedeelde voorlopige referentiehoeveelheid, in het geval van een traditionele marktdeelnemer,

b)

de overeenkomstig artikel 7, lid 3, meegedeelde voorlopige toewijzing, in het geval van een niet-traditionele marktdeelnemer.

De bevoegde nationale autoriteiten geven uiterlijk op 7 mei 2004 de invoercertificaten af.

5.   De op grond van het onderhavige artikel afgegeven invoercertificaten zijn geldig vanaf de dag van afgifte tot en met 7 augustus 2004.

Artikel 9

Vrijgeven van de zekerheden

1.   De in artikel 24 van Verordening (EG) nr. 896/2001 bedoelde zekerheid met betrekking tot het invoercertificaat voor de traditionele marktdeelnemers wordt vrijgegeven naar rato van de hoeveelheden die in een nieuwe lidstaat in het vrije verkeer zijn gebracht.

2.   De in artikel 8, lid 2, van Verordening (EG) nr. 896/2001 bedoelde zekerheid met betrekking tot de toewijzing van de niet-traditionele marktdeelnemers wordt vrijgegeven naar rato van de hoeveelheden die in een nieuwe lidstaat in het vrije verkeer zijn gebracht overeenkomstig de in dat artikel gestelde voorwaarden.

Artikel 10

Certificaat van hertoewijzing

In afwijking van artikel 19 van Verordening (EG) nr. 896/2001 geldt het volgende:

1.

De niet-gebruikte hoeveelheden van een toetredingscertificaat worden op verzoek van een marktdeelnemer voor een latere periode toegewezen aan dezelfde marktdeelnemer, naar gelang van het geval de titularis of cessionaris van dat certificaat. Deze hertoewijzing vindt plaats voor invoer van bananen in het kader van de extra hoeveelheid.

2.

In vak 20 van de aanvraag om en van het certificaat van hertoewijzing wordt de vermelding „Certificaat van hertoewijzing” aangebracht, alsmede, naar gelang van het geval, „Traditionele marktdeelnemer” of „Niet-traditionele marktdeelnemer”-„Verordening (EG) nr. 838/2004 — artikel 10. Certificaat uitsluitend geldig in een nieuwe lidstaat”.

Artikel 11

Overdracht van toetredingscertificaten

De uit de toetredingscertificaten voortvloeiende rechten kunnen uitsluitend aan één enkele marktdeelnemer-cessionaris worden overgedragen in het kader van de extra hoeveelheid.

De rechten kunnen uitsluitend worden overgedragen:

tussen in artikel 5 bedoelde traditionele marktdeelnemers,

van in artikel 5 bedoelde traditionele marktdeelnemers naar in artikel 6 bedoelde niet-traditionele marktdeelnemers,

tussen in artikel 6 bedoelde niet-traditionele marktdeelnemers.

Artikel 12

Aanpassing van de bijlage bij Verordening (EG) nr. 896/2001

De bijlage bij de onderhavige verordening wordt toegevoegd aan de bijlage bij Verordening (EG) nr. 896/2001.

Artikel 13

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking onder voorbehoud en op de datum van inwerkingtreding van het Toetredingsverdrag van de Tsjechische Republiek, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 28 april 2004.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie


(1)  PB L 47 van 25.2.1993, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2587/2001 (PB L 345 van 29.12.2001, blz. 13).

(2)  PB L 126 van 8.5.2001, blz. 6. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1439/2003 (PB L 204 van 13.8.2003, blz. 30).

(3)  PB L 68 van 6.3.2004, blz. 6. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 689/2004 (PB L 106 van 15.4.2004, blz. 17).

(4)  PB L 106 van 15.4.2004, blz. 17.


BIJLAGE

Bevoegde autoriteiten van de nieuwe lidstaten

— TSJECHIË

State Agriculture Intervention Fund

Ve Smečkách 33

CZ-11000 Praha 1

— ESTLAND

Estonian Agricultural Registers and Information Board

Trade measures Unit

Narva road, 3

EE-51009 Tartu

— CYPRUS

Ministry of Commerce, Industry and Tourism

Import & Export Licensing Unit

CY-1421 Cyprus

— LETLAND

Ministry of Agriculture

Rural Support Services

Trade Mechanisms

Department/Licence Division

Republikas laukums, 2

LV-1981 Riga

— LITOUWEN

National Paying Agency

Foreign Trade Department

Gedimino av. 19

LT — 01103 Vilnius-25

— HONGARIJE

Ministry of Economy and Transport

Licensing and Administration Office

Margit krt. 85

HU-1024 Budapest

— MALTA

Ministry of Rural Affairs and the Environment

Agricultural Services & Rural Development Division

Ngiered road

MT-CMR02 Marsa

— POLEN

Agricultural Market Agency

Foreign Trade Regulation Department

6/12 Nowy Swiat Str.

PL — 00-400 Warsaw

— SLOVENIË

Agency for Agricultural markets and rural development

External Trade Department

Dunajska Cesta 160

SI-1000 Ljubljana

— SLOWAKIJE

Agricultural Paying Agency

Dobrovicova 12

SK — 81526 Bratislava


Top