EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31985D0385

85/385/EEG: Besluit van de Raad van 10 juni 1985 houdende instelling van een Raadgevend Comité voor de opleiding op het gebied van de architectuur

OJ L 223, 21.8.1985, p. 26–27 (DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL)
Spanish special edition: Chapter 06 Volume 003 P. 20 - 21
Portuguese special edition: Chapter 06 Volume 003 P. 20 - 21
Special edition in Finnish: Chapter 06 Volume 002 P. 109 - 110
Special edition in Swedish: Chapter 06 Volume 002 P. 109 - 110
Special edition in Czech: Chapter 01 Volume 001 P. 143 - 144
Special edition in Estonian: Chapter 01 Volume 001 P. 143 - 144
Special edition in Latvian: Chapter 01 Volume 001 P. 143 - 144
Special edition in Lithuanian: Chapter 01 Volume 001 P. 143 - 144
Special edition in Hungarian Chapter 01 Volume 001 P. 143 - 144
Special edition in Maltese: Chapter 01 Volume 001 P. 143 - 144
Special edition in Polish: Chapter 01 Volume 001 P. 143 - 144
Special edition in Slovak: Chapter 01 Volume 001 P. 143 - 144
Special edition in Slovene: Chapter 01 Volume 001 P. 143 - 144
Special edition in Bulgarian: Chapter 01 Volume 001 P. 51 - 52
Special edition in Romanian: Chapter 01 Volume 001 P. 51 - 52
Special edition in Croatian: Chapter 01 Volume 017 P. 18 - 19

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1985/385/oj

31985D0385

85/385/EEG: Besluit van de Raad van 10 juni 1985 houdende instelling van een Raadgevend Comité voor de opleiding op het gebied van de architectuur

Publicatieblad Nr. L 223 van 21/08/1985 blz. 0026 - 0027
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 6 Deel 2 blz. 0109
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 06 Deel 3 blz. 0020
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 6 Deel 2 blz. 0109
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 06 Deel 3 blz. 0020


*****

BESLUIT VAN DE RAAD

van 10 juni 1985

houdende instelling van een Raadgevend Comité voor de opleiding op het gebied van de architectuur

(85/385/EEG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gezien het ontwerp-besluit ingediend door de Commissie,

Overwegende dat de Raad zich in zijn resolutie van 6 juni 1974 betreffende de onderlinge erkenning van diploma's, certificaten en andere titels (1) heeft uitgesproken voor instelling van Raadgevende Comités;

Overwegende dat het in het kader van de onderlinge erkenning van diploma's, certificaten en andere titels op het gebied van de architectuur van belang is ervoor te zorgen dat de opleiding van vergelijkbaar hoog niveau is;

Overwegende dat het, ten einde aan de verwezenlijking van dit doel bij te dragen, wenselijk is dat een Raadgevend Comité wordt ingesteld voor het verstrekken van adviezen aan de Commissie,

BESLUIT:

Artikel 1

Bij de Commissie wordt een Raadgevend Comité voor de opleiding op het gebied van de architectuur ingesteld, hierna genoemd het »Comité".

Artikel 2

1. Het Comité heeft tot taak er mede voor te zorgen dat de opleiding op het gebied van de architectuur in de Gemeenschap op een vergelijkbaar hoog niveau ligt.

2. Met name maakt het Comité daartoe gebruik van de volgende middelen:

- uitwisseling van volledige informatie over de opleidingsmethoden en de inhoud, het niveau en de structuur van het theoretische en praktische onderwijs dat in de Lid-Staten wordt gegeven;

- discussie en overleg om te komen tot een gemeenschappelijke conceptie ten aanzien van het te bereiken niveau van de opleiding op het gebied van de architectuur en, eventueel, ten aanzien van de structuur en inhoud van een dergelijke opleiding, met inbegrip van de criteria betreffende de praktijkervaring;

- aandacht voor de aanpassing van de opleiding op het gebied van de architectuur aan de vooruitgang van de onderwijsmethoden en aan de nieuwe problemen waarmee architecten worden geconfronteerd als gevolg van de sociale, wetenschappelijke en technische ontwikkeling, alsmede aan de milieubescherming.

3. Het Comité vervult de raadgevende taken die bij Richtlijn 85/384/EEG van de Raad van 10 juni 1985 inzake de onderlinge erkenning van de diploma's, certificaten en andere titels op het gebied van de architectuur, tevens houdende maatregelen tot vergemakkelijking van de daadwerkelijke uitoefening van het recht van vestiging en vrij verrichten van dien- sten (2) aan het Comité zijn opgedragen.

4. Het Comité verstrekt aan de Commissie en de Lid-Staten adviezen en doet hun aanbevelingen alsmede, wanneer het zulks dienstig oordeelt, voorstellen ter zake van wijzigingen in de artikelen met betrekking tot de opleiding op het gebied van de architectuur in Richtlijn 85/384/EEG.

5. Het Comité adviseert de Commissie eveneens over elke andere aangelegenheid die de Commissie aan het Comité zou kunnen voorleggen in verband met de opleiding op het gebied van de architectuur.

Artikel 3

1. Het Comité omvat drie deskundigen per Lid-Staat, te weten:

- een deskundige uit de beroepspraktijk,

- een deskundige van de instellingen voor onderwijs op universitair of gelijkwaardig niveau op het gebied van de architectuur,

- een deskundige van de bevoegde autoriteiten van de Lid-Staat.

2. Elk lid heeft een plaatsvervanger. Deze plaatsvervanger is bevoegd de vergaderingen van het Comité bij te wonen.

3. De in de leden 1 en 2 bedoelde leden en plaatsvervangers worden door de Lid-Staten aangewezen. De in lid 1, eerste en tweede streepje, bedoelde leden en hun plaatsvervangers worden aangewezen op voordracht of na adequate raadpleging van de actieve beroepsbeoefenaars en van de instellingen voor onderwijs op universitair of gelijkwaardig niveau op het gebied van architectuur. De aldus aangewezen leden en plaatsvervangers worden benoemd door de Raad.

Artikel 4

1. De leden van het Comité worden benoemd voor een periode van drie jaar. Na het verstrijken van deze periode blijven de leden van het Comité in functie totdat in hun vervanging is voorzien of hun mandaat wordt verlengd.

2. Aan het mandaat van een lid kan vóór het verstrijken van de periode van drie jaar een einde komen ingevolge uittreding, overlijden of vervanging door een ander lid overeenkomstig de procedure van artikel 3. De benoeming van een nieuw lid geldt voor de resterende duur van het mandaat.

Artikel 5

Het Comité kiest uit zijn midden een voorzitter en twee vice-voorzitters. Het stelt zijn reglement van orde vast. De agenda van de vergaderingen wordt in overleg met de Commissie vastgesteld door de voorzitter van het Comité.

Artikel 6

Het Comité kan werkgroepen instellen en waarnemers of deskundigen uitnodigen of toelaten om het bij te staan bij alle bijzondere aspecten van zijn werkzaamheden.

Artikel 7

De Commissie voert het secretariaat van het Comité.

Gedaan te Luxemburg, 10 juni 1985.

Voor de Raad

De Voorzitter

M. FIORET

(1) PB nr. C 98 van 28. 8. 1974, blz. 1.

(2) Zie bladzijde 15 van dit Publikatieblad.

Top