EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32014D0073

Besluit 2014/73/GBVB van de Raad van 10 februari 2014 inzake een militaire operatie van de Europese Unie in de Centraal-Afrikaanse Republiek (EUFOR RCA)

PB L 40 van 11.2.2014, p. 59–62 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 15/03/2015: This act has been changed. Current consolidated version: 07/11/2014

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2014/73(1)/oj

11.2.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 40/59


BESLUIT 2014/73/GBVB VAN DE RAAD

van 10 februari 2014

inzake een militaire operatie van de Europese Unie in de Centraal-Afrikaanse Republiek (EUFOR RCA)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name artikel 42, lid 4, en artikel 43, lid 2,

Gezien het voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties heeft in zijn op 5 december 2013 aangenomen Resolutie 2127 (2013) over de situatie in de Centraal-Afrikaanse Republiek (CAR) uiting gegeven aan zijn diepe bezorgdheid over de voortdurende verslechtering van de veiligheidssituatie en de veelvuldige en toenemende schendingen van het internationaal humanitair recht en de mensenrechten in de CAR. De Veiligheidsraad heeft bovendien toestemming gegeven voor de inzet van de „internationale ondersteuningsmissie ten behoeve van de Centraal-Afrikaanse Republiek onder Afrikaanse leiding” (MISCA) gedurende 12 maanden en voor de tijdelijke inzet van Franse troepen in de CAR om alle maatregelen te nemen die nodig zijn om MISCA te helpen bij het uitvoeren van haar mandaat.

(2)

Naar aanleiding van de conclusies van de Raad van 21 oktober 2013 en 16 december 2013 heeft de Europese Raad, in zijn conclusies van 20 december 2013, uiting gegeven aan zijn bezorgdheid over de over de steeds verergerende crisis in de CAR en de ernstige gevolgen voor de humanitaire rechten en de mensenrechten. De Europese Raad toonde zich ingenomen met de Franse militaire interventie ter ondersteuning van de Afrikaanse strijdkrachten, om het land opnieuw veilig te helpen maken, en met de constante inzet van zijn Afrikaanse partners om de situatie te stabiliseren. In het kader van een integrale aanpak bevestigde de Europese Raad dat de Unie bereid is het gebruik te bekijken van de juiste middelen om bij te dragen tot de huidige inspanningen om het land te stabiliseren, ook in het kader van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid (GVDB), zowel wat de militaire als wat de civiele dimensie daarvan betreft. De Europese Raad heeft de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid (HV) verzocht in verband hiermee in januari 2014 bij de Raad een voorstel te presenteren met het oog op een besluit.

(3)

De Raad heeft op 20 januari 2014 zijn goedkeuring gehecht aan een crisisbeheersingsconcept voor een militaire overbruggingsoperatie in de CAR (hierna „EUFOR RCA” genoemd), in het kader van het GVDB, onder voorbehoud van een overeenkomstig Hoofdstuk VII van het VN-Handvest vast te stellen resolutie van de VN-Veiligheidsraad. De Raad benadrukte het belang van nauwe samenwerking met zijn partners, in het bijzonder de VN, de Afrikaanse Unie (AU) en de autoriteiten van de CAR, alsook met de Franse operatie Sangaris.

(4)

De VN-Veiligheidsraad heeft Resolutie 2134 (2014) houdende goedkeuring voor het opzetten van een EU-operatie, EUFOR RCA, op 28 januari aangenomen.

(5)

Het secretariaat-generaal van de Economische Gemeenschap van Centraal-Afrikaanse Staten (Economic Community of Central African States, ECCAS) heeft op 23 januari 2014 het opzetten van een EU-operatie in de CAR verwelkomd.

(6)

De interim-president van de CAR heeft op 24 januari 2014 de bij Resolutie 2134 (2014) van de VN-Veiligheidsraad toegestane EU-operatie verwelkomd in een brief aan de HV.

(7)

EUFOR RCA moet zo snel mogelijk aan volledig operationeel vermogen (Full Operating Capability, FOC) ontplooid worden, teneinde bij te dragen tot het stabiliseren van de situatie. EUFOR RCA moet gemandateerde taken uitvoeren met het oog op een overdracht aan MISCA binnen een termijn van vier tot zes maanden nadat FOC bereikt werd.

(8)

Overeenkomstig artikel 38 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU) moet het Politiek en Veiligheidscomité (PVC) onder de verantwoordelijkheid van de Raad en van de HV de politieke controle over de crisisbeheersingsoperatie uitoefenen, er strategische leiding aan geven en de noodzakelijke besluiten daarover nemen.

(9)

Er moet worden onderhandeld over internationale overeenkomsten in verband met de status van eenheden en personeel van de Unie en de deelname van derde landen aan operaties van de Unie, en deze overeenkomsten moeten worden gesloten.

(10)

Ingevolge artikel 41, lid 2, VEU en overeenkomstig Besluit 2011/871/GBVB van de Raad (1) dienen de beleidsuitgaven die voortvloeien uit dit besluit, dat gevolgen heeft op militair of defensiegebied, door de lidstaten te worden gedragen.

(11)

Overeenkomstig artikel 5 van het Protocol betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en aan het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de uitwerking en uitvoering van besluiten en acties van de Unie die gevolgen hebben op defensiegebied. Denemarken neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit, dat bijgevolg niet bindend is voor, noch van toepassing is op Denemarken, en neemt het niet deel aan de financiering van deze operatie,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Opdracht

1.   De Unie voert in de CAR een militaire overbruggingsoperatie uit, „EUFOR RCA”, om bij te dragen tot het scheppen van een veilig klimaat, met een overdracht aan de internationale ondersteuningsmissie ten behoeve van de CAR onder Afrikaanse leiding (MISCA) binnen een termijn van vier tot zes maanden nadat FOC bereikt werd, overeenkomstig het mandaat in Resolutie 2134 (2014) van de VN-Veiligheidsraad, en waarbij het optreden geconcentreerd wordt in het gebied rond Bangui.

2.   EUFOR RCA zal verlopen volgens de politieke, strategische en politiek-militaire doelstellingen in het crisisbeheersingsconcept dat op 20 januari 2014 door de Raad is goedgekeurd.

Artikel 2

Benoeming van de operationeel commandant van de EU

Generaal-majoor Philippe Pontiès wordt benoemd tot operationeel commandant van de EU van EUFOR RCA.

Artikel 3

Aanwijzing van het operationeel hoofdkwartier van de EU

Het operationeel hoofdkwartier van EUFOR RCA wordt gevestigd in Larissa, Griekenland.

Artikel 4

Planning en aanvang van de operatie

1.   De voor de voorbereidende fase van EUFOR RCA nodige inzetregels worden zo spoedig mogelijk na de vaststelling van dit besluit door de Raad goedgekeurd.

2.   Het besluit over de aanvang van EUFOR RCA wordt door de Raad vastgesteld na goedkeuring van het operatieplan en van de inzetregels, die nodig zijn voor de uitvoering van het mandaat.

Artikel 5

Politieke controle en strategische leiding

1.   Het PVC oefent, onder de verantwoordelijkheid van de Raad en de HV, de politieke controle op en de strategische leiding van EUFOR RCA uit. De Raad machtigt het PVC hierbij om de noodzakelijke besluiten te nemen overeenkomstig artikel 38 VEU. Onder deze machtiging vallen de bevoegdheden om de planningsdocumenten, waaronder het operatieplan, de commandostructuur en de inzetregels, te wijzigen. Zij omvat voorts de bevoegdheden om besluiten te nemen over de benoeming van de operationeel commandant van de EU en de commandant van de troepen van de EU. De beslissingsbevoegdheden met betrekking tot de doelstellingen en de beëindiging van de militaire operatie van de EU blijven bij de Raad berusten.

2.   Het PVC brengt op gezette tijden verslag uit aan de Raad.

3.   De voorzitter van het Militair Comité van de EU (EUMC) brengt op gezette tijden verslag uit aan het PVC over het verloop van EUFOR RCA. Het PVC kan, naar gelang van het geval, de operationeel commandant van de EU of de commandant van de troepen van de EU op zijn vergaderingen uitnodigen.

4.   Het PVC beoordeelt drie maanden na de aanvang van de operatie de vorderingen van EUFOR RCA op basis van een schriftelijk verslag.

Artikel 6

Militaire leiding

1.   Het EUMC controleert of EUFOR RCA, onder verantwoordelijkheid van de operationeel commandant van de EU, correct wordt uitgevoerd.

2.   De operationeel commandant van de EU brengt op gezette tijden verslag uit aan het EUMC. Het EUMC kan, naar gelang van het geval, de operationeel commandant van de EU of de commandant van de troepen van de EU op zijn vergaderingen uitnodigen.

3.   De voorzitter van het EUMC treedt op als eerste contactpunt met de operationeel commandant van de EU.

Artikel 7

Samenhang van het optreden van de Unie en coördinatie

1.   De HV draagt zorg voor de uitvoering van dit besluit en zorgt er tevens voor dat het consistent is met het externe optreden van de Unie als geheel, met inbegrip van de ontwikkelingsprogramma's en de humanitaire van de Unie.

2.   De operationeel commandant van de EU krijgt, onder volledige eerbiediging van de commandostructuur, ter plaatse politieke aansturing van het hoofd van de EU-delegatie in Bangui.

3.   De HV, bijgestaan door de Europese dienst voor extern optreden (EDEO), treedt op als het eerste contactpunt met de Verenigde Naties, de autoriteiten van de CAR en de buurlanden, de AU, de ECCAS en andere relevante internationale en bilaterale actoren.

4.   De coördinatieregelingen tussen de operationeel commandant van de EU, -actoren van de Unie en belangrijke plaatselijke partners die relevant zijn voor de operatie, worden bepaald in het operationeel planningsdocument (OPLAN).

Artikel 8

Deelname door derde staten

1.   Onverminderd de beslissingsautonomie van de Unie en haar ene institutionele kader, en overeenkomstig de desbetreffende richtsnoeren van de Europese Raad, mogen derde landen worden uitgenodigd aan de operatie deel te nemen.

2.   Hierbij machtigt de Raad het PVC om derde staten uit te nodigen bijdragen te leveren en, op aanbeveling van de operationeel commandant van de EU en van het EUMC, de noodzakelijke besluiten betreffende de aanvaarding van de voorgestelde bijdragen te nemen.

3.   De nadere regelingen wat betreft de deelname door derde staten worden vastgelegd in overeenkomsten die overeenkomstig artikel 37 VEU en volgens de procedure van artikel 218 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) worden gesloten. Wanneer de Unie en een derde staat een overeenkomst hebben gesloten tot vaststelling van een kader voor de deelname van deze derde staat aan crisisbeheersingsmissies van de Unie, zijn de bepalingen van die overeenkomst van toepassing in het kader van EUFOR RCA.

4.   Derde staten die belangrijke militaire bijdragen aan EUFOR RCA leveren, hebben bij de dagelijkse aansturing van de operatie dezelfde rechten en verplichtingen als de deelnemende lidstaten.

5.   De Raad machtigt hierbij het PVC de noodzakelijke besluiten te nemen betreffende de instelling van een Comité van contribuanten, indien derde staten aanzienlijke militaire bijdragen leveren.

Artikel 9

Status van het personeel onder leiding van de Unie

Over de status van de eenheden en het personeel onder leiding van de Unie, inclusief de voorrechten en immuniteiten en overige waarborgen die nodig zijn voor de uitvoering en de soepele werking van hun opdracht, wordt een overeenkomst gesloten overeenkomstig artikel 37 VEU en volgens de procedure van artikel 218 VWEU.

Artikel 10

Financiële regeling

1.   De gemeenschappelijke kosten van de militaire operatie van de EU worden beheerd overeenkomstig Besluit 2011/871/GBVB.

2.   Het financiële referentiebedrag voor de gemeenschappelijke kosten van EUFOR RCA bedraagt 25,9 miljoen EUR. Het in artikel 25, lid 1, van Besluit 2011/871/GBVB bedoelde percentage van het referentiebedrag bedraagt 50 %.

Artikel 11

Vrijgeven van informatie

1.   De HV is gemachtigd de gerubriceerde gegevens van de EU die ten behoeve van de operatie zijn opgesteld, aan de bij dit besluit betrokken derde staten vrij te geven, indien dit passend is en in overeenstemming met de behoeften van EUFOR RCA, overeenkomstig Besluit 2013/488/EU van de Raad (2), en wel als volgt:

a)

tot het niveau waarin de toepasselijke overeenkomst voor de beveiliging van informatie voorziet die tussen de Unie en de betrokken derde staat gesloten is; of

b)

in andere gevallen, tot het niveau CONFIDENTIEL UE / EU CONFIDENTIAL.

2.   De HV is tevens gemachtigd, naar gelang van de operationele behoeften van EUFOR RCA, gerubriceerde gegevens van de EU tot op het niveau RESTREINT UE/EU RESTRICTED die ten behoeve van EUFOR RCA zijn opgesteld, overeenkomstig Besluit 2013/488/EU vrij te geven aan de VN en de AU. Daartoe worden regelingen tussen de HV en de bevoegde autoriteiten van de VN en de AU opgesteld.

3.   Indien er sprake is van een specifieke en onmiddellijke operationele behoefte, is de HV voorts gemachtigd gerubriceerde gegevens van de EU tot op het niveau RESTREINT UE/EU RESTRICTED die ten behoeve van EUFOR RCA zijn opgesteld, overeenkomstig Besluit 2013/488/EU vrij te geven aan het gastland. Daartoe worden regelingen tussen de HV en de bevoegde autoriteiten van het gastland opgesteld.

4.   De HV is bevoegd niet-gerubriceerde documenten van de EU betreffende de beraadslagingen van de Raad over de operatie die onder de geheimhoudingsplicht van artikel 6, lid 1, van het reglement van orde van de Raad (3) vallen, vrij te geven aan de derde landen die bij dit besluit zijn betrokken.

5.   De HV kan die bevoegdheden, alsook de bevoegdheid om de in dit artikel genoemde regelingen te sluiten, delegeren aan EDEO-ambtenaren, aan de operationeel commandant van de EU of aan de commandant van de troepen van de EU, overeenkomstig afdeling VII van bijlage VI bij Besluit 2013/488/EU.

Artikel 12

Inwerkingtreding en beëindiging

1.   Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

2.   EUFOR RCA verstrijkt binnen zes maanden nadat het zijn FOC heeft bereikt.

3.   Het besluit wordt ingetrokken op de datum van de sluiting van het operationeel hoofdkwartier van de EU overeenkomstig de plannen die zijn goedgekeurd voor de beëindiging van EUFOR RCA, onverminderd de in Besluit 2011/871/GBVB vastgestelde procedures voor de controle en het afleggen van rekening en verantwoording van EUFOR RCA.

Gedaan te Brussel, 10 februari 2014.

Voor de Raad

De voorzitter

C. ASHTON


(1)  Besluit 2011/871/GBVB van de Raad van 19 december 2011 tot instelling van een mechanisme voor het beheer van de financiering van de gemeenschappelijke kosten van de operaties van de Europese Unie die gevolgen hebben op militair of defensiegebied (Athena) (PB L 343 van 23.12.2011, blz. 35).

(2)  Besluit 2013/488/EU van de Raad van 23 september 2013 betreffende de beveiligingsvoorschriften voor de bescherming van gerubriceerde EU-informatie (PB L 274 van 15.10.2013, blz. 1).

(3)  Besluit 2009/937/EU van de Raad van 1 december 2009 houdende vaststelling van zijn reglement van orde (PB L 325 van 11.12.2009, blz. 35).


Top