Atlasiet eksperimentālās funkcijas, kuras vēlaties izmēģināt!

Šis dokuments ir izvilkums no tīmekļa vietnes EUR-Lex.

Dokuments 32003H0090

Aanbeveling van de Raad van 21 januari 2003 strekkende tot het geven van een vroegtijdige waarschuwing aan Frankrijk ter voorkoming van een buitensporig tekort

PB L 34 van 11.2.2003., 18.–19. lpp. (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Dokumenta juridiskais statuss Spēkā

ELI: http://data.europa.eu/eli/reco/2003/90/oj

32003H0090

Aanbeveling van de Raad van 21 januari 2003 strekkende tot het geven van een vroegtijdige waarschuwing aan Frankrijk ter voorkoming van een buitensporig tekort

Publicatieblad Nr. L 034 van 11/02/2003 blz. 0018 - 0019


Aanbeveling van de Raad

van 21 januari 2003

strekkende tot het geven van een vroegtijdige waarschuwing aan Frankrijk ter voorkoming van een buitensporig tekort

(2003/90/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 99, lid 4,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1466/97 van de Raad van 7 juli 1997 over versterking van het toezicht op begrotingssituaties en het toezicht op en de coördinatie van het economisch beleid(1), en met name op artikel 6, lid 2,

Gezien de aanbeveling van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Bij artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1466/97, die een onderdeel vormt van het stabiliteits- en groeipact, is een regeling voor het vroegtijdig signaleren van afwijkingen ingesteld teneinde een lidstaat er in een vroeg stadium op te wijzen dat corrigerende begrotingsmaatregelen moeten worden getroffen om te voorkomen dat een overheidstekort buitensporig wordt. Er wordt een vroegtijdige waarschuwing gegeven wanneer de Raad vaststelt dat de feitelijke of verwachte begrotingssituatie in een lidstaat aanzienlijk afwijkt van de middellangetermijnbegrotingsdoelstelling, of van het aanpassingstraject in de richting van die doelstelling, die in het stabiliteitsprogramma van de lidstaat voor het overheidssaldo is vastgesteld.

(2) In de op 17 juni 1997 te Amsterdam aangenomen resolutie over het stabiliteits- en groeipact(2) heeft de Europese Raad alle partijen verzocht het Verdrag en het stabiliteits- en groeipact strikt en tijdig toe te passen.

(3) In het geactualiseerde stabiliteitsprogramma van Frankrijk, waarover de Raad op 12 februari 2002 advies heeft uitgebracht(3), streven de Franse autoriteiten naar een overheidstekort van 1,4 % van het BBP in 2002 en van 1,3 % van het BBP in 2003. De prognose voor het overheidstekort in 2002 werd in februari door de Franse autoriteiten gewijzigd in 1,8 % van het BBP, toen de prognose voor de reële groei van het BBP werd bijgesteld van 2,5 % naar 1,5 %.

(4) Het algemene overheidstekort in Frankrijk wordt nu voor 2002 door de Franse autoriteiten geraamd op 2,8 % van het BBP, en door de Commissie op 2,7 % van het BBP, dus 1,4 procentpunt hoger dan het oorspronkelijke streefcijfer in het geactualiseerde stabiliteitsprogramma van 2001. Volgens de berekeningen van de diensten van de Commissie kan minder dan de helft van de ontsporing van het overheidstekort in 2002, dus 0,5 procentpunt van het BBP, worden toegeschreven aan conjunctuurfactoren. De andere helft komt neer op een verslechtering van de voor de conjunctuur gecorrigeerde begrotingssituatie.

(5) Als gevolg van deze ontsporing is in de feitelijke en in de voor de conjunctuur gecorrigeerde Franse begrotingssituatie in 2002 bij lange na geen sprake van evenwicht. Het voor de conjunctuur gecorrigeerde tekort is volgens de ramingen van de diensten van de Commissie gestegen van ongeveer 2 % van het BBP in 2001 tot net boven de 2,7 % van het BBP in 2002. Dat is duidelijk te hoog om er zeker van te zijn dat het algemene overheidstekort niet boven de referentiewaarde van 3 % van het BBP uitkomt bij normale conjunctuurschommelingen.

(6) De ontwerp-begroting voor 2003 die in september werd gepresenteerd, geeft een lichte daling van het overheidstekort te zien op 2,6 % van het BBP, in verband met een verwachte snellere reële groei van het BBP van 2,5 %. Volgens de globale richtsnoeren voor het economisch beleid voor 2002 dient Frankrijk "een voldoende grote beperking van het tekort voor 2003 na [te] streven, zodat in 2004 nagenoeg een evenwicht kan worden bereikt". Volgens de berekeningen van de Commissie zal op basis van de Franse programmabijwerking het voor de conjunctuur gecorrigeerde begrotingstekort in 2003 iets teruglopen, met 0,2 % tot 2,6 %.

(7) Mede gezien de sombere macro-economische vooruitzichten is de in de ontwerpbegroting voor 2003 verwachte begrotingssituatie van dien aard dat een buitensporig tekort kan ontstaan, indien het herstel minder uitgesproken is dan in de begroting wordt aangenomen, of indien in de begroting 2003 de zaken verder uit de hand lopen. Volgens de najaarsramingen van de Commissie zal het overheidstekort stijgen van 2,7 % van het BBP in 2002 tot 2,9 % van het BBP in 2003, terwijl de reële BBP-groei toeneemt van 1,0 % in 2002 tot 2,0 % in 2003.

(8) Gezien deze omstandigheden is het gevaar dat het overheidstekort de grens van 3 % van het BBP overschrijdt, niet weggenomen. Bovendien heeft deze afwijking een negatief effect op afspraken op middellange termijn, want het bewerkstelligen van een begroting die nagenoeg in evenwicht is, wordt nu verschoven.

(9) Op basis van de door de Franse autoriteiten verstrekte gegevens en van de beoordelingen van de Commissie, stelt de Raad vast dat er sprake is van een aanzienlijke afwijking in de zin van artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1466/97.

(10) Het is noodzakelijk een vroegtijdige waarschuwing aan Frankrijk te geven om te voorkomen dat er een buitensporig tekort ontstaat,

BEVEELT AAN:

1. De Franse regering dient alle passende maatregelen te nemen om ervoor te zorgen dat het overheidstekort in 2003 de grens van 3 % van het BBP niet overschrijdt.

2. De vaststelling van maatregelen om de voor de conjunctuur gecorrigeerde begrotingssituatie met ten minste 0,5 procentpunt van het BBP te verbeteren, zou niet alleen het gevaar dat het algemene overheidstekort de 3 %-grens overschrijdt doen afnemen, maar zou ook maken dat vanaf 2003 de weg terug kan worden ingeslagen naar een begroting die nagenoeg in evenwicht is.

3. Ook in de volgende jaren moet worden gestreefd naar een voortdurende aanpassing van de onderliggende begrotingssituatie met ten minste 0,5 % van het BBP per jaar, teneinde de middellangetermijndoelstelling van een begroting die nagenoeg in evenwicht is of een overschot vertoont, in 2006 te verwezenlijken.

Deze aanbeveling is gericht tot de Franse Republiek.

Gedaan te Brussel, 21 januari 2003.

Voor de Raad

De voorzitter

N. Christodoulakis

(1) PB L 209 van 2.8.1997, blz. 1.

(2) PB C 236 van 2.8.1997, blz. 1.

(3) PB C 51 van 26.2.2002, blz. 4.

Augša