Atlasiet eksperimentālās funkcijas, kuras vēlaties izmēģināt!

Šis dokuments ir izvilkums no tīmekļa vietnes EUR-Lex.

Dokuments 22012D0787

2012/787/: Besluit nr. 1/2012 van het OZA-EU Comité douanesamenwerking van 29 november 2012 betreffende de afwijking van de oorsprongsregels in Protocol nr. 1 bij de Tussentijdse Overeenkomst tot vaststelling van een kader voor een Economische Partnerschapsovereenkomst tussen staten in oostelijk en zuidelijk Afrika, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, in verband met de bijzondere situatie van de staten in oostelijk en zuidelijk Afrika met betrekking tot tonijnconserven en tonijnfilets ( loins )

PB L 347 van 15.12.2012., 38.–40. lpp. (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Dokumenta juridiskais statuss Spēkā

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2012/787/oj

15.12.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 347/38


BESLUIT Nr. 1/2012 VAN HET OZA-EU COMITÉ DOUANESAMENWERKING

van 29 november 2012

betreffende de afwijking van de oorsprongsregels in Protocol nr. 1 bij de Tussentijdse Overeenkomst tot vaststelling van een kader voor een Economische Partnerschapsovereenkomst tussen staten in oostelijk en zuidelijk Afrika, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, in verband met de bijzondere situatie van de staten in oostelijk en zuidelijk Afrika met betrekking tot tonijnconserven en tonijnfilets („loins”)

(2012/787/EU)

HET COMITÉ DOUANESAMENWERKING,

Gezien de Tussentijdse Overeenkomst tot vaststelling van een kader voor een Economische Partnerschapsovereenkomst tussen staten in oostelijk en zuidelijk Afrika, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, en met name artikel 41, lid 4, van Protocol nr. 1,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Tussentijdse Overeenkomst tot vaststelling van een kader voor een Economische Partnerschapsovereenkomst tussen staten in oostelijk en zuidelijk Afrika, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds (1), („de tussentijdse EPO”), wordt met ingang van 14 mei 2012 voorlopig toegepast tussen de Unie en de Republiek Madagaskar, de Republiek Mauritius, de Republiek der Seychellen en de Republiek Zimbabwe.

(2)

Bij Protocol nr. 1 bij de tussentijdse EPO betreffende de definitie van het begrip „producten van oorsprong” en methoden van administratieve samenwerking zijn de oorsprongsregels vastgelegd voor de invoer van producten van oorsprong uit OZA-staten naar de Unie.

(3)

Overeenkomstig artikel 42, lid 8, van Protocol nr. 1 bij de tussentijdse EPO, worden afwijkingen van deze oorsprongsregels automatisch toegestaan binnen een contingent van 8 000 ton per jaar voor ingeblikte tonijn en 2 000 ton per jaar voor tonijnfilets („loins”).

(4)

Om het beschikbare contingent effectief en volledig te kunnen gebruiken, verzochten Mauritius, de Seychellen en Madagaskar om een afwijking voor de hoeveelheden van 8 000 ton per jaar voor ingeblikte tonijn en 2 000 ton per jaar voor tonijnfilets („loins”) die van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2022 in de Unie worden ingevoerd.

(5)

Aangezien de gevraagde hoeveelheden binnen de grenzen van het jaarcontingent vallen dat automatisch op verzoek van de OZA-staten wordt toegestaan, dient het Comité douanesamenwerking het totale contingent aan de OZA-staten toe te wijzen. Daarom moet aan de OZA-staten voor de gevraagde hoeveelheden een afwijking worden toegestaan voor ingeblikte tonijn en tonijnfilets („loins”).

(6)

De verwijzing naar „ingeblikte tonijn” in artikel 42, lid 8, van Protocol nr. 1 bij de tussentijdse EPO heeft betrekking op tonijn geconserveerd in plantaardige olie of op andere manieren. Naar deze vormen van tonijn wordt verwezen met de term „conserven” in bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 2658/87 van de Raad van 23 juli 1987 met betrekking tot de tarief- en statistieknomenclatuur en het gemeenschappelijk douanetarief (2) („de gecombineerde nomenclatuur”). De term „tonijnconserven” slaat op ingeblikte tonijn, maar ook vacuümverpakte tonijn in plastic zakken of andere verpakkingen. Het is daarom juist om de term „tonijnconserven” te gebruiken.

(7)

Duidelijkheidshalve zij expliciet vermeld dat het enige niet van oorsprong zijnde materiaal voor de productie van tonijnconserven en tonijnfilets („loins”) van GN-code 1604 14 16 tonijn van de GS-posten 0302 of 0303 moet zijn om de tonijnconserven en tonijnfilets („loins”) voor de afwijking in aanmerking te laten komen.

(8)

Bij Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie van 2 juli 1993 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek (3) zijn voorschriften voor het beheer van tariefcontingenten vastgesteld. Met het oog op een efficiënt beheer in nauwe samenwerking tussen de autoriteiten van de OZA-staten, de douaneautoriteiten van de Unie en de Commissie, moeten deze voorschriften van overeenkomstige toepassing zijn op de hoeveelheden die in het kader van de bij dit besluit toegestane afwijking worden ingevoerd.

(9)

De afwijking moet worden toegestaan voor een periode van vijf jaar zoals bepaald in artikel 42, lid 10, onder a), van Protocol nr. 1 van de tussentijdse EPO.

(10)

Om toezicht te kunnen uitoefenen op de wijze waarop de afwijking wordt toegepast, moeten de autoriteiten van de OZA-staten regelmatig verslag uitbrengen aan de Commissie over de afgegeven certificaten inzake goederenverkeer EUR.1,

BESLUIT:

Artikel 1

In afwijking van Protocol nr. 1 bij de tussentijdse EPO en overeenkomstig artikel 42, lid 8, van dat protocol, worden tonijnconserven en tonijnfilets („loins”) van GS-post 1604, vervaardigd uit niet van oorsprong zijnde tonijn van de GS-posten 0302 of 0303, overeenkomstig de voorwaarden in de artikelen 2 tot en met 5 van dit besluit beschouwd als van oorsprong uit de OZA-staten.

Artikel 2

De in artikel 1 bedoelde afwijking geldt op jaarbasis voor de in de bijlage bij dit besluit vermelde producten en de hoeveelheden die vanaf 1 januari 2013 tot en met 31 december 2017 vanuit de OZA-staten voor het vrije verkeer in de Unie worden aangegeven.

Artikel 3

De in de bijlage vermelde hoeveelheden worden beheerd overeenkomstig de artikelen 308 bis, 308 ter en 308 quater, van Verordening (EEG) nr. 2454/93.

Artikel 4

De douaneautoriteiten van de OZA-staten verrichten kwantitatieve controles bij de uitvoer van de in artikel 1 bedoelde producten.

In alle certificaten inzake goederenverkeer EUR.1 die zij afgeven voor de producten die in artikel 1 zijn vermeld, wordt naar dit besluit verwezen.

Voor het eind van de maand die volgt op elk kwartaal doen de douaneautoriteiten van deze landen, via het secretariaat van het Comité douanesamenwerking, een overzicht toekomen van de hoeveelheden waarvoor op grond van dit besluit certificaten inzake goederenverkeer EUR.1 zijn afgegeven, en van de volgnummers van die certificaten.

Artikel 5

In vak 7 van certificaten inzake goederenverkeer EUR.1 die op grond van dit besluit worden afgegeven, wordt één van de volgende aantekeningen aangebracht:

„Derogation — Decision No 1/2012 of the ESA-EU Customs Cooperation Committee of […]”; „Dérogation — Décision no 1/2012 du comité de coopération douanière AfOA-UE du […]”;

Artikel 6

1.   De OZA-staten en de Unie nemen, elk voor zich, de nodige maatregelen ter uitvoering van dit besluit.

2.   Wanneer de Unie op basis van objectieve informatie tot de bevinding is gekomen dat er sprake is geweest van onregelmatigheden of fraude of dat de verplichtingen van artikel 4 herhaaldelijk niet zijn nagekomen, kan de Unie om een tijdelijke schorsing van de in artikel 1 bedoelde afwijking verzoeken overeenkomstig de procedure van artikel 22, leden 5 en 6, van de tussentijdse EPO.

Artikel 7

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Dit besluit is van toepassing vanaf 1 januari 2013.

Gedaan te Brussel, 29 november 2012.

Voor het OZA-EU Comité douanesamenwerking

De gezamenlijke voorzitters

Péter KOVÁCS, Vivianne FOCK TAVE


(1)   PB L 111 van 24.4.2012, blz. 2.

(2)   PB L 256 van 7.9.1987, blz. 1.

(3)   PB L 253 van 11.10.1993, blz. 1.


BIJLAGE

Volgnummer

GN-code

Omschrijving

Periode

Hoeveelheid

(in ton)

09.1618

ex 1604 14 11 , ex 1604 14 18 , ex 1604 20 70

Tonijnconserven (1)

1.1.2013-31.12.2013

8 000

1.1.2014-31.12.2014

8 000

1.1.2015-31.12.2015

8 000

1.1.2016-31.12.2016

8 000

1.1.2017-31.12.2017

8 000

09.1619

1604 14 16

Tonijnfilets („loins”)

1.1.2013-31.12.2013

2 000

1.1.2014-31.12.2014

2 000

1.1.2015-31.12.2015

2 000

1.1.2016-31.12.2016

2 000

1.1.2017-31.12.2017

2 000


(1)  In elke verpakkingsvorm waarbij het product wordt beschouwd als conserven in de zin van GS-post 1604.


Augša