EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32013R0346

Europese sociaalondernemerschapsfondsen

Europese sociaalondernemerschapsfondsen

 

SAMENVATTING VAN:

Verordening (EU) nr. 346/2013 inzake Europese sociaalondernemerschapsfondsen

WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?

  • Deze verordening introduceert het keurmerk Europees sociaalondernemerschapsfonds (EuSEF) waarmee fondsen worden aangemerkt die zich op Europese sociale ondernemingen richten. Hierdoor wordt het voor deze fondsen eenvoudiger om beleggingen aan te trekken.

KERNPUNTEN

  • Sociale ondernemingen hebben sociale doeleinden als doelstelling voor de onderneming in plaats van alleen maar winstmaximalisatie. Zij vormen een groeisector die 10 % van alle bedrijven in de Europese Unie (EU) vertegenwoordigt en aan meer dan 11 miljoen mensen werkgelegenheid biedt. Ze krijgen vaak overheidssteun, maar particuliere investeringen door fondsen die in sociale ondernemingen beleggen, zijn essentieel voor hun succes.
  • Deze fondsen hebben te maken met twee problemen:
    • de oprichting van deze fondsen kan kostbaar en moeilijk zijn, evenals het aantrekken van middelen, in het bijzonder grensoverschrijdende beleggingen;
    • het is voor beleggers niet altijd eenvoudig om zulke fondsen te vinden of de voordelen van verschillende typen te vergelijken.
  • Om deze hindernissen weg te nemen, heeft de EU wetgeving aangenomen die een keurmerk voor EuSEF’s in het leven roept. Hierdoor is voor beleggers eenvoudiger te achterhalen waarin hun geld wordt belegd.
  • Het keurmerk:
    • maakt het voor beleggers eenvoudiger om EuSEF’s te vinden en een keuze te maken;
    • helpt sociale ondernemingen omdat ze eenvoudiger toegang tot financiering hebben, en
    • stelt beheerders van beleggingsfondsen in staat om met minder kosten en complicaties middelen aan te trekken.
  • Bij fondsen die zich met dit keurmerk op de markt presenteren, moet ten minste 70 % van hun beleggingen naar sociale ondernemingen gaan.
  • Bovendien moeten zij beleggers op een gestandaardiseerde manier de belangrijkste informatie verschaffen. Deze informatie betreft gebieden zoals:
    • de sociale doelstellingen van het fonds;
    • de sociale ondernemingen waar het fonds in belegt;
    • hoe het fonds bepaalt of deze ondernemingen hun sociale doelstellingen realiseren.
  • Nadat een fonds de vereiste informatie heeft verschaft en aan enkele belangrijke voorwaarden met betrekking tot de organisatie en de bedrijfsvoering heeft voldaan, kan het zonder hoge kosten beleggingen binnenhalen uit de hele EU.
  • In aanvulling op de 70 %-regel, moet een fondsbeheerder aantonen dat er sprake is van goed beheer van het fonds en van effectieve systemen en controles. De fondsbeheerder moet belangenconflicten vermijden. De fondsen staan onder toezicht van de nationale autoriteiten van het land waar ze zijn gevestigd en het keurmerk kan worden ingetrokken indien een fonds niet aan alle essentiële voorwaarden voldoet.
  • De Europese Commissie heeft in 2014 een uitvoeringshandeling (Uitvoeringsverordening (EU) nr. 594/2014) aangenomen die betrekking heeft op het in kennis stellen van ontwikkelingen die verband houden met het paspoort van beheerders van in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen en met aspecten betreffende de schrapping van een EuSEF-beheerder uit het register.
  • Als een van de maatregelen in het kader van het initiatief voor een kapitaalmarktunie, is de EuSEF-verordening gewijzigd door Verordening (EU) 2017/1991, met als doel de markt voor in aanmerking komende sociaalondernemerschapsfondsen open te stellen om de schaalvoordelen te vergroten, de operationele en transactiekosten te verminderen, het concurrentievermogen te verbeteren en de keuzemogelijkheden van de belegger te versterken. De benaming “EuSEF” wordt opengesteld voor beheerders van instellingen voor collectieve belegging* met een vergunning op grond van Richtlijn 2011/61/EU — zie de samenvatting.
  • Gedelegeerde verordening (EU) 2019/819 vormt een aanvulling op Verordening (EU) nr. 346/2013 en bevat regels over belangenconflicten met betrekking tot:
    • de soorten belangenconflicten;
    • de verplichting om een schriftelijk beleid inzake belangenconflicten vast te stellen, inclusief de procedures en maatregelen die dit beleid in ieder geval moet bevatten;
    • het beheren van belangenconflicten;
    • strategieën voor de uitoefening van stemrechten om belangenconflicten te voorkomen;
    • de openbaarmaking van belangenconflicten.
  • De verordening omschrijft daarnaast procedures voor de meting van het positieve sociale effect en de eisen ten aanzien van precontractuele beleggersinformatie op het gebied van EuSEF’s.

VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?

De verordening is van toepassing sinds 22 juli 2013, met uitzondering van de artikelen waarin de Commissie de bevoegdheid krijgt om gedelegeerde handelingen aan te nemen, die van toepassing zijn sinds 15 mei 2013.

ACHTERGROND

Zie voor meer informatie:

KERNBEGRIPPEN

Instellingen voor collectieve belegging. Investeringsinstrumenten die het kapitaal van investeerders poolen en dat kapitaal collectief beleggen via een portfolio van financiële instrumenten zoals aandelen, obligaties en andere effecten.

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Verordening (EU) nr. 346/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 april 2013 inzake Europese sociaalondernemerschapsfondsen (PB L 115 van 25.4.2013, blz. 18-38).

Achtereenvolgende wijzigingen in Verordening (EU) nr. 346/2013 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/819 van de Commissie van 1 februari 2019 tot aanvulling van Verordening (EU) nr. 346/2013 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot belangenconflicten, de meting van sociale effecten en beleggersinformatie op het gebied van Europese sociaalondernemerschapsfondsen (PB L 134 van 22.5.2019, blz. 1-7).

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 594/2014 van de Commissie van 3 juni 2014 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen met betrekking tot de vorm van de kennisgeving als bedoeld in artikel 17, lid 1, van Verordening (EU) nr. 346/2013 van het Europees Parlement en de Raad inzake Europese sociaalondernemerschapsfondsen (PB L 165 van 4.6.2014, blz. 44-46).

Richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 en (EU) nr. 1095/2010 (PB L 174 van 1.7.2011, blz. 1-73).

Zie de geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 09.11.2021

Naar boven