EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52004DC0447

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Mobiele breedbanddiensten

/* COM/2004/0447 def. */

52004DC0447

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Mobiele breedbanddiensten /* COM/2004/0447 def. */


MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD, HET EUROPEES PARLEMENT, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S - Mobiele breedbanddiensten

1. INLEIDING

De groei op het gebied van mobiele communicatie heeft in Europa en daarbuiten ver reikende economische en sociale gevolgen. De mobiele telefoon is thans alom tegen woordig en wordt zowel in de particuliere als zakelijke en overheidssfeer gebruikt. Terwijl de penetratieniveaus verder verhogen, zal de belangrijkste toekomstige ontwikkeling de groei van mobiele breedbanddiensten zijn, naarmate het potentieel van de derde generatie (3G) van mobiele communicatiesystemen en de uitbreidingen daarvan alsook van andere draadloze technologieën, waaronder RLAN, satelliet en andere, wordt gerealiseerd. De verspreiding van deze technologieën vertegenwoor digt een paradigma verschuiving die de opkomst mogelijk zal maken van nieuwe datadiensten waarin de voordelen van breedband worden gecombineerd met mobiliteit. Deze diensten kunnen een aan zienlijk maatschappelijk effect hebben en zullen veranderingen teweeg brengen in de wijze waarop openbare diensten worden verleend, maar zij zullen tevens significante economische gevolgen hebben omdat daardoor de wijze van zakendoen een gedaanteverwisseling kan ondergaan.

Elektronische communicatiediensten hebben in de afgelopen jaren inderdaad het meest bijgedragen tot de groei van de arbeidsproductiviteit in de EU [1]. Binnen de sector zijn er twee grote trends. Ten eerste is Europa met een breedbandgroei van meer dan 80% in het afgelopen jaar goed op weg om nog grotere productiviteitswinst te boeken [2]. Ten tweede neemt het relatieve gewicht van de inkomsten uit mobiele diensten toe en overtreft het die van vaste telefonie. Gebruikersgerichte mobiele breedbanddiensten kunnen derhalve worden benut om aanzienlijke maatschappelijke voordelen en productiviteitswinst voor de gehele economie op te leveren. Beschik baarheid op elke plaats en op elk tijdstip zal een essentiële vereiste vormen in een omgeving waar de mobiliteit van personen, goederen en diensten toeneemt. Het ver mogen om klantenbestanden te actualiseren in alle gevallen waarin verkoop/onder steuningswerkzaamheden plaatsvinden en om het mobiele personeel te verbin den met het bedrijf en de databronnen ervan alsook het vermogen om grote hoe veelheden gegevens uit te wisselen zullen van invloed zijn op de werkmethoden en organisato rische aanpassingen ter verbetering van de efficiëntie van het bedrijf. Bedrijven zullen investeren in veranderende praktijken op het gebied van zakendoen en wer ken, zolang managers door de sterke concurrentie gedwongen worden te innoveren.

[1] COM(2004) 61 def.

[2] COM(2004) 369 def.

Het succes van Europa op het gebied van mobiele communicatie is opgebouwd op een solide fundament van regelgeving en beleid. Kritische factoren waren één open digitale norm voor mobiele systemen (GSM) van de tweede generatie (2G), O&O in het preconcurrentiestadium, een concurrerende markt, een strategische benadering van het spectrumbeheer en certificering van de apparatuur om de technologie te stabiliseren.

Het belang voor Europa om aan de spits te blijven op essentiële technologiegebieden zoals mobiele communicatie, werd onderschreven door de Europese Raad van Lissabon in 2000. De Europese Raad, en vooral die van Sevilla in juni 2002, heeft vervolgens de lidstaten herhaaldelijk opgeroepen de belemme ringen voor de uitrol van mobiele diensten op te heffen. Onlangs nog is er in de conclusies van het voorzitterschap van de Europese top in het voorjaar van 2004 op gewezen dat "de Unie tijdig een antwoord moet bieden op nieuwe uitdagingen: op het cruciale gebied van elektronische communicatie bijvoorbeeld moeten nieuwe EU-strategieën inzake mobiele en breedbandcommunicatie de Unie in de voorste gelederen houden." Hoewel een aantal vraagstukken reeds is opgelost, moeten er nog enkele problemen worden aangepakt, niet in het minst door de marktpartijen maar ook door de autoriteiten van de lidstaten en de Europese instellingen.

In deze mededeling wordt het bredere beleids- en regelgevingskader voor mobiele breedbanddiensten onderzocht. In de eerste plaats moet worden aangegeven hoe de resterende uitdagingen kunnen worden beantwoord om zodoende bij te dragen tot het blijvende succes op lange termijn. Bij de opstelling van deze mededeling heeft de Commissie uitvoerig overleg gepleegd met het bedrijfsleven via het Platform voor mobiele communicatie en technologie en de in juni 2004 gehouden workshop voor de mobiele sector.

Deze mededeling doet niets af aan de komende beslissingen over de volgende Financiële vooruitzichten (2007/2013) en de besluiten met betrekking tot het 7de kaderprogramma voor O&O.

2. ONTWIKKELINGEN IN DE MOBIELE COMMUNICATIESECTOR

Na enkele jaren van tragere groei vertoont de mobiele sector thans tekenen van herstel. In het afgelopen jaar hebben Europese exploitanten van mobiele 3G-systemen in tien lidstaten commerciële diensten opgezet, terwijl in de komende zes maanden nog meer netwerken worden verwacht. In een later stadium zal de convergentie van telecommunicatie, omroep en internet resulteren in een ruim aanbod van snelle multimediadiensten via mobiele netwerken. 2,5G/3G en R-LAN's zullen naast elkaar bestaan en complementaire diensten aanbieden.

Gebruikers beschikken over snelle draadloze toegang wanneer zij zich in de nabijheid van een hot-spot bevinden en kunnen in een groter gebied 3G-diensten ontvangen. Mobiele "bedrijfsoplossingen" zullen 3G-datadiensten daadwerkelijk ingang doen vinden. De voortdurende technologische innovatie zal eveneens van invloed zijn op andere platforms (bv. omroep en draadloze toegang) die dan weer van invloed kunnen zijn op de ontwikkeling van 3G door het verschaffen van een bredere technologische basis waarop zich nieuwe innovatieve diensten kunnen ontwikkelen waarvan iedereen kan profiteren. De convergentie van vaste en mobiele diensten bijvoorbeeld via vaste/mobiele diensten die in één pakket worden aangeboden, zal eveneens extra mogelijkheden voor innovatie creëren.

3. TOEKOMSTGERICHTE BELEIDSKWESTIES

Het landschap voor mobiele en draadloze communicatie is wereldwijd aan het veranderen. Verschillende ontwikkelingslanden investeren zwaar in O&O om tegen sterk concurrerende kosten hun industriële capaciteit te verbeteren. Teneinde 3G met succes in te voeren en de toekomst voor te bereiden, is evenwel een vastberaden en gecoördineerd optreden op EU-niveau vereist op alle fronten, van O&O tot beleid, regelgeving en spectrumbeheer. In dit deel wordt het bredere beleids- en regelgevingskader voor mobiele breedbanddiensten onderzocht.

3.1. Onderzoek en ontwikkeling

Sinds de vaststelling van de UMTS-norm voor 3G door het ETSI in 1998 is de situatie op onderzoekgebied spectaculair veranderd. De concurrentiepositie in de wereld is geba seerd op innovatievermogen en op kostenefficiëntie. Europa moet zich, om zijn con currentiepositie te handhaven en versterken, concentreren op innovatie als de belang rijkste drijfkracht voor het verwerven van concurrentie voordeel. Dit kan alleen wor den verwezenlijkt indien in de zeer nabije toekomst een uitgebreid programma van geïntegreerde activiteiten wordt opgezet dat op de tot dusver succesvolle bena dering is gebaseerd. Vanwege de complexiteit van toekomstige systemen en de wenselijk heid van mondiale normen is het van essentieel belang dat de belangrijkste partijen zo vroeg mogelijk in de aan concurrentie voorafgaande onderzoekfase samenwerken.

De complexiteit en omvang van de komende technologische uitdagingen maken een groot opgezette samenwerking op O&O-gebied noodzakelijk waarbij een kritische massa aan middelen is betrokken, nog meer naar het topniveau wordt gestreefd, een katalytisch effect op de nationale initiatieven wordt bereikt en de coördinatie van de activiteiten van de lidstaten in deze sector wordt verbeterd. Een en ander kan alleen op Europees niveau worden bewerkstelligd. Een verhoogde inspanning op EU-niveau zou vooral een krachtig en specifiek hefboomeffect op particuliere investerin gen in onderzoek sorteren en een antwoord vormen op de concurrerende uitdagingen van soortgelijke grootschalige O&O-initiatieven in andere regio's van de wereld.

Onderzoek in de sector mobiele en draadloze communicatie moet noodzakelijkerwijs de gehele waardeketen omvatten, van de technologische ontwikkeling (radiotoegang, netwerken, dienstenplatform, systeemarchitectuur, end-to-end herconfigureerbaar heid, enz.) tot de ontwikkeling van diensten en toepassingen alsook inhoud, rekening houdend met het feit dat de gerelateerde innovatiecyclussen (radio, netwerk en diensten) weliswaar onderling samenhangen en onderling afhankelijk zijn, maar aan verschillende tijdsbeperkingen zijn onderworpen. Mondiale normen en platforms voor de ontwikkeling van innovatieve en snelle mobiele breedbanddiensten zijn van essentieel belang voor het tot stand brengen van een "de facto" wereldmarkt en voor het verscherpen van de concurrentie. Dergelijke normen en platforms zullen op een grote schaal - Europees en vervolgens wereldwijd - moeten worden aangenomen teneinde versnippering van de markt te voorkomen.

In verband met de voorbereiding van het 7de kaderprogramma zal het initiatief van de Commissie [3] tot oprichting van een Platform voor mobiele communicatie en technologie waarschijnlijk uitmonden in een formeel technologieplatform, zoals beschreven in de mededelingen "Een Europees groei-initiatief" [4] en "Bouwen aan onze gemeenschappelijke toekomst" [5].

[3] COM(2004) 61 def.

[4] Mededeling van de Commissie - Een Europees groei-initiatief - Investeren in netwerken en kennis ten behoeve van groei en werkgelegenheid, COM(2003) 690 def.

[5] Mededeling van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement - Bouwen aan onze gemeenschappelijke toekomst - Beleidsuitdagingen en begrotingsmiddelen in de uitgebreide Unie 2007-2013, COM(2004) 101 def.

Met dit technologieplatform wordt voornamelijk het volgende beoogd:

* het opstellen van een strategische onderzoeksagenda;

* het realiseren van de benodigde kritische massa voor onderzoek en innovatie;

* het mobiliseren van voldoende openbare en particuliere middelen.

Conclusie

De opstelling van het zevende kaderprogramma biedt een gelegenheid om een technologieplatform tot stand te brengen op het gebied van mobiele en draadloze communicatie.

3.2. Interoperabiliteit

Interoperabiliteit is een kritische factor om mobiele breed banddiensten ingang te doen vinden. Het is een probleem dat meerdere facetten vertoont en dat op verschil lende niveaus speelt: van apparaat tot netwerk (radiotoegang en kernnetwerk); van apparaat tot apparaat; van netwerk tot netwerk; tussen inhoud en/of toepassingen.

Zonder voldoende interoperabiliteit tussen verschillende soorten van infrastructuur en eindapparatuur kan de 3G-markt versnipperd blijven. Verschillende soorten gebruikers moeten kunnen beschikken over verschillende diensten en eindapparatuur. De betekenis van interoperabiliteit komt tot uiting in het vermogen van netwerken en eindapparatuur om op betrouwbare wijze de functies te ondersteunen die benodigd zijn voor een gegeven dienst en/of inhoud. Interoperabiliteit van diensten, inhoud en eindapparatuur is derhalve van kritisch belang voor het doordringen tot de consumentenmarkt.

In een convergerende omgeving ontstaan nieuwe uitdagingen voor de interoperabili teit. Convergerende technologie betekent dat nieuwe systemen en diensten worden ontwikkeld met input uit diverse sectoren, waaronder telecommunicatie, omroep, internetdienstverlening, computer- en softwarebedrijven, media en uitgeve rijen, waarin het belang van normalisatie en interoperabiliteit verschilt.

In dit verband houdt een aantal fora zich bezig met de specificatie en normalisatie van diensten met het oog op de interoperabiliteit van de diensten. Er is evenwel een sterke consensus dat, hoewel veel werk wordt gemaakt van interoperabiliteit, de toe genomen complexiteit als gevolg van een convergerende omgeving een nieuwe uit daging vormt. Het overleg tussen de belanghebbenden moet worden bespoedigd en er is behoefte aan verbetering van de coördinatie.

De samenwerking tussen het 3GPP [6] en het GCF [7] vormt een goede basis voor verdere werkzaamheden. Het GCF houdt zich ook bezig met MMS in de context van de algemene OMA [8]-agenda en er zijn besprekingen gaande om deze agenda tot andere OMA-normen uit te breiden.

[6] Partnerschapsproject voor de 3de generatie.

[7] Global Certification Forum - wereldforum voor certificatie.

[8] Open Mobile Alliance.

Zonder interoperabiliteit, welke onder de verantwoordelijkheid van de industrie valt, kunnen de markten falen. Dit kan het beleid doorkruisen dat streeft naar aanmoe diging van innovatie, bevordering van concurrentie en diversiteit van de diensten. In dat geval kan regelgeving vereist zijn [9].

[9] Richtlijn 91/250/EEG bevat specifieke bepalingen om in bepaalde omstandigheden rekening te houden met interoperabiliteit. De richtlijn doet bovendien geen afbreuk aan de werking van de mededingings regels, ingeval een dominante leverancier weigert informatie beschikbaar te stellen welke noodzakelijk is voor de interoperabiliteit/compatibiliteit, zoals gedefinieerd in de richtlijn.

Conclusie

De Commissie moedigt de industrie aan dringend het nodige te doen voor de interoperabiliteit van mobiele breedbanddiensten.

3.3. Inhoud: technische uitdagingen

Uitbreiding van de inhoudsapplicaties via mobiele systemen, uit een oogpunt van zowel type als kwaliteit, zal van essentieel belang blijken om de vraag naar mobiele communicatie en de ontwikkeling van nieuwe diensten te stimuleren. Mogelijke obstakels die de spoedige introductie van geavanceerde mobiele diensten kunnen belemmeren, dienen bijgevolg te worden geïdentificeerd en in voorkomend geval te worden opgeheven. In dat verband is de Commissie onlangs een sectoronderzoek begonnen naar de verkoop van sportrechten voor gebruik via 3G-netwerken om erop toe te zien dat de ontwikkeling van dergelijke cruciale diensten niet wordt geblok keerd onder druk van sterker ontwikkelde mediamarkten. De Commissie is tevens voornemens een onderzoek te verrichten naar technische en andere mogelijke belem meringen voor de snelle invoering van mobiele diensten in Europa en naar consumentenaspecten.

De totstandbrenging van een veilige omgeving voor inhoud is cruciaal voor de ontwikkeling van rijkere diensten. Interoperabele technologieën voor het beheer van digitale rechten (Digital Rights Management - DRM) welke ongeoorloofd gebruik van beschermde inhoud voorkomen en de handhaving van de betreffende rechten waarborgen alsmede de rechthebbenden verzekeren van voldoende vergoeding voor beschermde digitale inhoud, kunnen een belangrijke kans voor de nieuwe mobiele inhoudsmarkt vormen. Deze kunnen de ontwikkeling van nieuwe bedrijfsmodellen en de doeltreffendheid van de handhaving van intellectuele eigendoms rechten onder steunen. Tegelijkertijd moeten ook de rechten van de consumenten speciaal met betrekking tot de bescherming en beveiliging van gegevens in acht worden genomen.

De door de Commissie bijeengeroepen groep op hoog niveau voor het beheer van digitale rechten moet vraagstukken in verband met de interoperabiliteit van DRM-systemen en andere behoeften van gebruikers en consumenten behandelen.

Hoewel het innen van heffingen ter compensatie van de reproductie voor privé-gebruik van beschermde inhoud door maatschappijen voor collectief beheer van auteursrechten binnen het nationale regelgevingskader blijft, moet nader worden in gegaan op het mogelijk nadelige effect van dergelijke heffingen op de ontwikke ling van inhoud voor mobiele diensten, indien deze worden uitgebreid tot mobiele appa ratuur en handsets. De beschikbaarheid van DRM-systemen en diensten voor de distributie van inhoud via mobiele communicatiesystemen dient in aanmerking te worden genomen voor het bepalen van het billijke vergoedingsniveau dat in het geval van privé-gebruik geldt in het licht van het bepaalde in de auteursrechtricht lijn [10]. Het verslag over de toepassing van de richtlijn, dat te zijner tijd zal worden uit gebracht, kan de basis vormen voor een evaluatie door de Commissie van de situatie in elke lidstaat.

[10] Richtlijn 2001/29/EG van 22 mei 2001 betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij, PB L 167 van 22.6.2001, blz. 10.

Het traditionele systeem van territoriale licenties die door nationale rechthebbenden worden verleend, wordt door de mobiele industrie ongeschikt geacht om in de behoeften van de informatiemaatschappij in een uitgebreide EU te voorzien. In het kader van het lopende raadplegingsproces met betrekking tot het beheer van auteurs rechten en naburige rechten in de interne markt dient nader te worden ingegaan op maatregelen ter bevordering van een communautaire vergunning voor mobiele inhoud, waaronder begrepen de één-loket methode. [11]

[11] Mededeling van de Commissie - Het beheer van auteursrechten en naburige rechten in de interne markt, COM(2004) 261 def.

Naar gelang van de kenmerken kunnen mobiele omroepdiensten worden beschouwd als diensten van de informatiemaatschappij [12] of als omroepdiensten [13]. In een multiplatform omgeving zullen veel service providers in toenemende mate gebruik maken van omroeptechnieken voor de distributie van hun diensten naar abonnees en afnemers. Hun diensten worden daardoor geen televisieomroepdiensten in de zin van de richtlijn inzake televisie zonder grenzen [14].

[12] Indien zij vallen onder de definitie in Richtlijn 2000/31/EG (elektronische handel), artikel 2.

[13] Indien zij vallen onder de definitie in Richtlijn 97/36/EG (televisie zonder grenzen), artikel 1.

[14] COM/2003/410 Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's betreffende belemmeringen voor een brede toegang tot de nieuwe diensten en toepassingen van de informatiemaatschappij via open platforms op het vlak van digitale televisie en mobiele communicatie van de 3e generatie.

Conclusie

Met het oog op de opheffing van mogelijke belemmeringen voor geavanceerde mobiele diensten is de Commissie voornemens, naast de lopende enquête in de sector, een onderzoek te verrichten naar technische en andere potentiële obstakels die de snelle introductie van mobiele diensten in Europa in de weg kunnen staan, en naar consumentenaspecten.

De Commissie zal toezicht blijven oefenen op de tenuitvoerlegging van Richtlijn 2001/29 en te zijner tijd verslag uitbrengen over de tenuitvoerlegging ervan. De Commissie zal in het kader van de follow-up van de op 16 april 2004 aangenomen mededeling over het beheer van auteursrechten en naburige rechten in de interne markt [15] eveneens nagaan hoe een communautaire licentie het best kan worden bevorderd, eventueel via de één-loketmethode.

[15] COM(2004) 261 def.

3.4. Spectrum

Met de invoering van het nieuwe regelgevingskader heeft zich een verschuiving in het spectrumbeleid voorgedaan die op EU-niveau, waar nodig, een grotere flexibili teit in het spectrumgebruik mogelijk moet maken, waarbij wordt uitgegaan van een consensuele en gecoördineerde EU-aanpak. Met het oog op de toekomst zal een oplossing worden gezocht voor verschillende vraagstukken van het spectrumbeleid. De groep voor het radiospectrumbeleid (Radio Spectrum Policy Group - RSPG) onderzoekt momenteel mogelijke benaderingen van het spectrumbeheer. Er zal met name op de volgende vraagstukken in verband met mobiele breedbanddiensten worden ingegaan:

* In overeenstemming met de beoogde bevordering van een gecoördineerde introductie van innovatieve middelen voor het beheer van het radiospectrum in de lidstaten als geheel, zal de noodzaak van een communautair optreden inzake de verhandeling van spectrumrechten worden beoordeeld op basis van een advies van de RSPG [16] en van een in opdracht van de Commissie uitgevoerde onafhankelijke studie [17].

[16] Document RSPG03-13 op http://rspg.groups.eu.int/documents/meeting_documents/index_en.htm

[17] Analysys, http://www.analysys.com/default_acl.asp?mode=article&iLeftArticle=1361

* De RSPG zal beleidsprioriteiten vaststellen ter voorbereiding van de Wereldradio conferentie in 2007 (WRC-07). Een van de prioriteiten zal, naar mag worden aangenomen, betrekking hebben op 3G en latere systemen.

* De Commissie zal de RSPG om advies verzoeken over een gecoördineerde benadering van de spectrumhulpbronnen voor platforms voor draadloze systemen. Zodoende zal een toekomstgerichte strategische visie voor het spectrum worden gestimuleerd. De levensvatbaarheid van een dergelijk strategisch concept zal moeten worden getest op bestaande toegangsplatforms, zoals GSM, 3G, R-LAN, satellietcommunicatie, enz.

* Behalve specifieke vraagstukken, zal de RSPG verder de mogelijke voordelen en moeilijkheden evalueren in verband met verschillende modellen voor spectrum beheer, namelijk traditionele gecentraliseerde administratieve besluiten, markt gerichte oplossingen en vrij of "licentieloos" gebruik van het spectrum en beperking van het spectrum met exclusieve gebruiksrechten. De Gemeenschap moet ervoor zorgen dat de nieuwe beleidslijnen voor spectrumbeheer worden geïntroduceerd op een wijze die de totstandkoming van een interne markt voor goederen en diensten waarborgt.

Conclusie

Voor vraagstukken in verband met het spectrumbeleid dienen verder oplossingen te worden gevonden met het oog op een gecoördineerde Europese benadering van het beschikbaar stellen van voldoende spectrumhulpbronnen en een flexibel gebruik ervan, terwijl een interne markt voor producten en diensten tot stand wordt gebracht.

3.5. Betrouwbare en veilige omgeving

Door de opkomst van mobiele breedbanddiensten zullen toepassingen voor bedrijven en consumenten ontstaan waarbij persoonlijke en vertrouwelijke gegevens worden uitgewisseld. Voor deze transacties is een betrouwbaar en veilig identificatie- en authenticatieproces vereist. Er is behoefte aan een gemeenschappelijk interoperabel authenticatiekader dat universele authenticatie in geheel Europa mogelijk maakt. Mobiele communicatiegebaseerde authenticatie is goed geplaatst om als basis te dienen, daar deze reeds wordt ondersteund door de universele beschikbaarheid van GSM-netwerken en eindapparatuur in geheel Europa.

Er moet ook worden voorzien in afdoende maatregelen met betrekking tot illegale en schadelijke inhoud en de bescherming van minderjarigen.

Conclusie

De industrie moet het in de geschikte fora eens worden over gemeenschappelijke interoperabele authenticatiemechanismen die universele authenticatie toepassingen in geheel Europa garanderen.

3.6. M-betalingen

Een proportioneel en duidelijk regelgevingskader voor elektronisch geld is van cruciaal belang voor de groei van mobiele breedbanddiensten. Wanneer betaalkaarten voor mobiele telefoons worden gebruikt als betaalmiddel voor de aankoop van producten en andere diensten dan communicatiediensten, kan deze activiteit de uitgifte van elektronisch geld vormen en exploitanten van mobiele netwerken kunnen daardoor instellingen voor elektronisch geld worden, overeenkomstig de richtlijn betreffende elektronisch geld [18]. Daarbij rijst dan weer de vraag hoe de regels voor instellingen voor elektronisch geld moeten worden toegepast op exploitanten van mobiele netwerken.

[18] Richtlijn 2000/46/EG.

Er heerst momenteel grote onzekerheid over de toepassing van de EG-voorschriften inzake elektronisch geld en het witwassen van geld op mobiele betaaldiensten. De diensten van de Commissie houden een publieke raadpleging om de toepassing van de richtlijn op exploitanten van mobiele netwerken duidelijker te maken. Voor de mobiele betaaldiensten die in de werkingssfeer van de richtlijn vallen, moet de raadpleging duidelijk maken hoe de richtlijn naar evenredigheid kan worden toegepast. Terugbetaalbaarheidsregels moeten van toepassing zijn op een wijze die de inherente risico's voor de consumenten weergeeft. Bovendien moet de regel geving voor deze diensten op evenredige wijze worden toegepast, teneinde de blijvende levensvatbaarheid van mobiele inhouddiensten te waarborgen en stimu lansen te behouden om in de toekomst nieuwe inhouddiensten te creëren. Enkele exploitanten van mobiele netwerken melden dat zij als gevolg van de juridische onzekerheid reeds de ontwikkeling van diensten hebben uitgesteld.

Een komend voorstel voor een nieuw juridisch kader voor betalingen in de EU voorziet in een enkele betaalzone binnen de EU. Dit instrument kan worden uit gebreid tot door derden geleverde diensten die de abonnee achteraf via zijn rekening betaalt. Voor dergelijke diensten moet eveneens een evenredige regelgeving gelden. Het komende voorstel voor een derde richtlijn inzake het witwassen van geld zal, net zoals de twee bestaande richtlijnen, eveneens voor exploitanten van mobiele netwerken gelden. De lidstaten zullen echter, dankzij een evenredige en risico gevoelige benadering, in staat worden gesteld van de richtlijn af te wijken voor producten en transacties waarbij het risico van witwassen gering is. In dit verband is het de bedoeling dat de lidstaten van de richtlijn kunnen afwijken als het om in kleine hoeveelheden uitgegeven of gebruikt elektronisch geld [19] gaat.

[19] Zoals gedefinieerd in Richtlijn 2000/46/EG.

Op korte termijn heeft de mobiele industrie een bruikbare voorlopige oplossing in het kader van de richtlijn betreffende elektronisch geld nodig die rechtszekerheid verschaft. De Commissie zal de vaststelling van richtsnoeren voor nationale regel gevende instanties in overweging nemen, eventueel in een reeks criteria voor de toepassing van de richtlijn, welke uit de lopende raadpleging naar voren kunnen komen. Deze criteria moeten betrekking hebben op de financiële stabiliteit, de risico's in verband met het witwassen van geld en de bescherming van de consument welke aan de activiteiten van de exploitanten van mobiele netwerken op het gebied van financiële diensten zijn verbonden. Op langere termijn zal de richtlijn betreffende elektronisch geld eventueel moeten worden gewijzigd of ingetrokken om rekening te houden met het verschil in werkwijze van de mobiele betaaldiensten. Dit kan op een technologisch neutrale manier geschieden, rekening houdend met de uitkomst van de raadpleging.

Conclusies

Een proportioneel en technologisch neutraal juridisch kader zou de volgende aspecten moeten omvatten:

* Rechtstreeks aan exploitanten van mobiele netwerken verrichte betalingen voor door deze exploitanten van mobiele netwerken verleende diensten vallen niet onder de levering van betaaldiensten.

* Alleen het als elektronisch geld beschouwde aandeel van de vooruitbetalingen voor mobiele diensten moet aan de regelgeving van de richtlijn betreffende elektronisch geld zijn onderworpen.

* De regelgevende instanties dienen zich te beperken tot het minimum aan regelgeving dat nodig is om te voorzien in financiële stabiliteit, bescherming tegen risico's en consumentenbescherming.

* Terugbetaalbaarheidsregels moeten worden toegepast op een wijze die de inherente risico's voor consumenten weergeeft.

* De voorschriften inzake het witwassen van geld moeten worden aangepast om rekening te houden met producten en transacties, waaronder begrepen in kleine hoeveelheden uitgegeven of gebruikt elektronisch geld [20], waaraan weinig witwasrisico's zijn verbonden.

[20] Zoals gedefinieerd in Richtlijn 2000/46/EG.

3.7. Belemmeringen voor de uitrol van netwerken

In de mededeling "Snelle verbindingen voor Europa" [21] wijst de Commissie erop dat een van de uitdagingen voor het beleid inzake de ontwikkeling van 3G netwerken en diensten is gelegen in de belemmeringen van de regelgeving in een aantal lidstaten voor de bouw van nieuwe basisstations en masten. Mobiele communicatiesystemen van de derde generatie hebben met name meer basisstations nodig dan de vroegere GSM-netwerken als gevolg van de hogere frequentiebanden.

[21] COM(2004) 61 def.

De Europese Raad van Sevilla van 21 en 22 juni 2002 heeft alle betrokken overheidsdiensten opgeroepen het nodige te doen om de moeilijkheden in verband met de fysieke ontplooiing van 3G netwerken te overwinnen. In sommige delen van de Gemeenschap is de tijd die nodig is om lokale vergunningen voor het installeren van basisstations te verkrijgen onvoorspelbaar wegens trage procedures, strikte planningvereisten en betwisting over mogelijke effecten op de gezondheid. Wat dit laatste aspect betreft is het standpunt van de Commissie dat de gezondheid en veiligheid van de burgers afdoende is beschermd, mits de blootstelling van de bevolking onder de EU-grenswaarden blijft. [22]

[22] Aanbeveling 1999/519/EG van de Raad.

Conclusie

De lidstaten moeten een oplossing zoeken voor de problemen die worden veroorzaakt door versnipperd lokaal beleid inzake de vestiging van basisstations en moeten ervoor zorgen dat wordt uitgegaan van de algemeen aanvaarde beoordeling van de gezondheidsrisico's. Moeilijkheden die worden ondervonden bij de fysieke ontplooiing van netwerken moeten worden overwonnen door harmonisatie van de voorwaarden en bespoediging van de procedures voor de aankoop en inrichting van terreinen voor basisstations. De lidstaten moeten bovendien de bevolking een juister inzicht verschaffen in de risico's die aan mobiele technologieën zijn verbonden en de geldende wetgeving die de bevolking tegen dergelijke risico's beschermt.

3.8. Internationale samenwerking

Aangezien mobiele communicatie een uitgesproken mondiaal karakter heeft, zowel wat de diensten als de apparatuur betreft, zijn internationale samenwerking en dialoog waarbij de mobiele sector is betrokken, van essentieel belang. Een belangrijk mechanisme in dit verband is samenwerking op het gebied van onderzoek en ontwikkeling. Gezien het, naar mag worden aangenomen, toekomstige belang van mobiele breedbanddiensten zouden met name de voordelen van open en mondiale normen moeten worden aanbevolen op internationaal niveau, teneinde tot wereldwijde interoperabiliteit en roaming alsmede grotere schaalvoordelen te komen. Bovendien moet in internationaal verband de nadruk worden gelegd op het belang van duidelijke en voorspelbare regelgevingskaders voor geavanceerde mobiele diensten.

4. CONCLUSIE

De ontwikkeling naar mobiele breedbanddiensten kan worden benut om aanzienlijke winst qua productiviteit en efficiëntie te boeken en voordelen voor de samenleving te verwerven. Er rijzen evenwel nieuwe uitdagingen naarmate andere regio's van de wereld naar voren dringen. Deze mededeling geeft manieren aan waarop deze uitdagingen door de belanghebbenden kunnen worden beantwoord.

De Commissie zal verder samen met alle belanghebbenden, met inbegrip van de lidstaten, in de desbetreffende fora streven naar vooruitgang op het gebied van de essentiële beleidsvraagstukken die in deze mededeling zijn omschreven.

Top