EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Financieringsinstrument voor de samenwerking met geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen (2007-2013)

Dit financieringsinstrument voor de periode 2007-2013 heeft tot doel de samenwerking tussen de Europese Unie (EU) en de geïndustrialiseerde landen en landen en gebieden met een hoog inkomen te stimuleren. De Europese Gemeenschap wil de bilaterale betrekkingen met de geïndustrialiseerde landen en landen met een hoog inkomen intensiveren om de rol en de positie van de EU in de wereld te versterken, de multilaterale instellingen te consolideren en bij te dragen aan het evenwicht van de wereldeconomie en het internationale systeem.

BESLUIT

Verordening (EG) nr. 1934/2006 van de Raad van 21 december 2006 tot vaststelling van een financieringsinstrument voor de samenwerking met geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen.

SAMENVATTING

Het afgelopen decennium heeft de Europese Unie (EU) haar bilaterale betrekkingen met de geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen uitgebouwd, met name in Noord-Amerika, Oost-Azië, Zuidoost-Azië en de Golfregio.

Deze verordening heeft tot doel de betrekkingen van de EU met deze landen verder te versterken om zo de multilaterale instellingen te consolideren, bij te dragen aan het evenwicht en de ontwikkeling van de wereldeconomie en het internationale systeem, en de rol en de positie van de EU in de wereld te versterken.

Deze betrekkingen bestrijken inmiddels een brede waaier van gebieden. Toch kunnen zij verder worden uitgebouwd op de gebieden waarop de EU en de geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen gemeenschappelijke belangen hebben. Zowel de EU als deze landen hebben dat onderkend. In dit verband heeft het financieringsinstrument voor samenwerking voor de periode 2007-2013 tot doel de samenwerking tussen de EU en de partnerlanden te consolideren.

Aard van het financieringsinstrument voor samenwerking

Dit instrument voorziet in steun voor iedere vorm van samenwerking tussen de geïndustrialiseerde landen en andere landen en gebieden met een hoog inkomen waarvoor de EU bevoegd is, ongeacht of deze bilateraal, regionaal of multilateraal is. Bijzondere aandacht wordt gegeven aan de samenwerking op economisch, financieel en technisch gebied. De specifieke doelstellingen van het instrument zijn:

  • de bevordering van samenwerking, partnerschappen en gezamenlijke ondernemingen tussen economische, academische en wetenschappelijke actoren van beide partijen;
  • de bevordering van bilaterale handel, investeringsstromen en economische partnerschappen;
  • de bevordering van dialoog tussen politieke, economische en sociale actoren van beide partijen;
  • de bevordering van interpersoonlijke contacten en van opleidings- en bijscholingsprogramma's;
  • de bevordering van samenwerkingsprojecten op gebieden zoals onderzoek, wetenschappen en technologie, energie, vervoer en milieu, en alle andere gebieden die van gemeenschappelijk belang zijn voor de Gemeenschap en de partnerlanden;
  • het vergroten van het bewustzijn en de kennis over de Europese Unie en van haar zichtbaarheid in de partnerlanden.

Dit instrument heeft ook tot doel om de beginselen waarop de EU gegrondvest is, namelijk vrijheid, democratie, eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, en de rechtsstaat, door middel van dialoog en samenwerking bij de partnerlanden te bevorderen.

Op deze manier moet een gunstig klimaat voor de ontwikkeling van de betrekkingen tussen de EU en de bovengenoemde landen tot stand komen en de dialoog gestimuleerd worden.

Het instrument is gericht op de geïndustrialiseerde landen en landen en gebieden met een hoog inkomen die soortgelijke politieke, economische en institutionele structuren en waarden hebben als de EU. De betrekkingen tussen de EU en deze landen zijn al intensief. Deze landen zijn ook vaak hoofdrolspelers in de multilaterale organisaties.

Het betreft Australië, Bahrein, Brunei, Canada, Chinees Taipei, Hongkong, Japan, de Republiek Korea, Koeweit, Macau, Nieuw-Zeeland, Oman, Qatar, Saudi-Arabië, Singapore, de Verenigde Arabische Emiraten en de Verenigde Staten. Deze landenlijst, die bij de verordening is gevoegd, kan worden aangepast, met name op basis van de wijzigingen die de Commissie voor ontwikkelingsbijstand (DAC) van de OESO in haar eigen lijst aanbrengt.

Om de regionale samenwerking te stimuleren, kunnen evenwel ook landen die niet op de lijst staan, in aanmerking komen voor financiering uit hoofde van de verordening, mits de maatregel in kwestie een regionaal of grensoverschrijdend karakter heeft.

De tenuitvoerlegging van dit instrument moet ook gebeuren in samenhang met het externe optreden van de EU.

Beheer en uitvoering

Het financieringsinstrument voor samenwerking is gebaseerd op meerjarenprogramma's voor samenwerking waarin de strategische belangen en prioriteiten van de Gemeenschap en de algemene doelstellingen en verwachte resultaten worden vastgelegd. Deze programma's bevatten ook de gebieden die voor communautaire financiering in aanmerking komen, en een indicatieve financiële toewijzing van de middelen voor de prioriteitengebieden en de partnerlanden. Zij worden ten hoogste voor de geldigheidsduur van deze verordening opgesteld en indien nodig herzien halverwege de looptijd of als daartoe aanleiding is.

Op basis van de meerjarenprogramma's voor samenwerking keurt de Commissie jaarlijkse actieprogramma's goed. In deze programma's worden de doelstellingen, de gebieden waarop maatregelen worden genomen, de verwachte resultaten, de beheersprocedures en het totale bedrag van de geplande financiering vastgesteld. Zij bevatten ook een beschrijving van de te financieren acties en een indicatie van de financieringsbedragen.

Voor financiering komen onder andere in aanmerking:

  • de partnerlanden en hun regio's, instellingen en gedecentraliseerde organen;
  • de internationale en regionale organisaties, voor zover zij bijdragen aan verwezenlijking van de doelstellingen van deze verordening;
  • de gemengde organen die door de partnerlanden en -regio's en de Gemeenschap zijn opgericht;
  • de agentschappen en bureaus van de Europese Unie.

De uit hoofde van dit instrument verleende steun kan de volgende vorm aannemen:

  • subsidieovereenkomsten, met inbegrip van beurzen;
  • aanbestedingscontracten;
  • arbeidsovereenkomsten;
  • financieringsovereenkomsten.

De samenwerkingsprogramma's worden integraal of in de vorm van medefinanciering uit de algemene begroting van de Europese Unie gefinancierd. Maatregelen kunnen met name worden medegefinancierd door:

  • de lidstaten, hun regionale en plaatselijke overheden en hun overheids- of semi-overheidsinstanties;
  • de partnerlanden en hun overheids- of semi-overheidsinstanties;
  • de internationale en regionale organisaties, waaronder de internationale en regionale financiële instellingen;
  • ondernemingen, bedrijven en andere particuliere organisaties en economische actoren;
  • partnerlanden die steun ontvangen en andere instanties die voor steun in aanmerking komen.

Dit instrument wordt beheerd overeenkomstig de bepalingen ter bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap. Te dien einde kunnen de Commissie en de Rekenkamer op basis van documenten of ter plaatse, zowel vooraf als achteraf, controles verrichten bij alle contractanten of subcontractanten die middelen van de Gemeenschap hebben ontvangen.

De Commissie evalueert geregeld de gefinancierde programma's en stelt aanbevelingen op voor de verbetering van toekomstige acties. Ook legt zij het Europees Parlement en de Raad jaarlijks een verslag voor waarin de resultaten van de uitvoering van de begroting alsook de gefinancierde acties en programma's en de resultaten daarvan worden gepresenteerd.

Uiterlijk op 31 december 2010 legt de Commissie een verslag voor met een evaluatie van de tenuitvoerlegging in de eerste drie jaar en, indien nodig, een voorstel om de nodige wijzigingen in de verordening aan te brengen.

De Commissie wordt in haar werkzaamheden bijgestaan door een comité.

Voor de periode 2007-2013 wordt voor dit instrument 172 miljoen euro uitgetrokken.

Met deze verordening wordt Verordening (EG) nr. 382/2001 van de Raad betreffende de tenuitvoerlegging van projecten ter bevordering van de samenwerking en de handelsbetrekkingen tussen de Europese Unie en de geïndustrialiseerde landen van Noord-Amerika, het Verre Oosten en Australazië ingetrokken.

Referenties

Besluit

Inwerkingtreding - Vervaldatum

Uiterste datum voor omzetting in nationaal recht

Publicatieblad

Verordening (EG) nr. 1934/2006 [goedkeuring: CNS/2006/0807]

31.12.2006 - 31.12.2013

-

L 405 van 30.12.2006

Laatste wijziging: 13.09.2007

Top