EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

WTO-overeenkomst

 

SAMENVATTING VAN:

Besluit 94/800/EG van de Raad betreffende de sluiting, namens de EU, van de uit de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguay-Ronde (1986-1994) voortvloeiende overeenkomsten — aspecten met betrekking tot goederen

Multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguay-Ronde (1986-1994) — Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO)

WAT IS HET DOEL VAN HET BESLUIT EN DE OVEREENKOMST?

Het besluit regelt de goedkeuring, namens de Europese Gemeenschap (de tegenwoordige Europese Unie of EU), van de overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO).

KERNPUNTEN

Slotakte waarin de resultaten van de multilaterale handelsbesprekingen van de Uruguay-ronde zijn neergelegd

Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie

  • Deze overeenkomst schept een blijvend institutioneel kader voor de hierboven genoemde overeenkomsten.
  • De WTO is een permanente organisatie die rechtspersoonlijkheid bezit. Alle landen die lid waren van de GATT zijn sedert 1 januari 1995 oprichtend lid van het WTO. Daarna hebben de kandidaat-leden de toetredingsprocedure gevolgd zoals uiteengezet in de overeenkomst tot oprichting van de WTO.
  • De leden van de WTO hebben de volgende doelen gesteld voor de organisatie:
    • de levensstandaard verhogen;
    • de volledige werkgelegenheid en een stijging van het reële inkomen en van de feitelijke vraag bewerkstelligen;
    • de productie van en de handel in goederen en diensten stimuleren;
    • de duurzame ontwikkeling en de bescherming van het milieu bevorderen;
    • rekening houden met de behoeften van de ontwikkelingslanden.
  • De WTO heeft tot taak:
    • de tenuitvoerlegging, het beheer en het functioneren van de diverse handelsovereenkomsten te vereenvoudigen;
    • een forum voor de multilaterale handelsbesprekingen te creëren;
    • handelsgeschillen te beslechten door tussenkomst van het orgaan voor geschillenbeslechting (OGB);
    • toezicht te houden op het door de lidstaten gevoerde handelsbeleid;
    • met andere internationale organisaties samen te werken om de nodige samenhang te brengen in het economische beleid op wereldniveau.

Structuur

  • De ministeriële conferentie is het hoogste besluitvormingsorgaan van de WTO. Deze bestaat uit vertegenwoordigers van alle lidstaten en komt ten minste eens in de twee jaar bijeen.
  • Naast deze bijeenkomsten neemt de Algemene Raad, die ook bestaat uit vertegenwoordigers van alle leden, besluiten in verband met de werking van de WTO en houdt deze toezicht op de overeenkomsten en ministeriële besluiten. De Algemene Raad komt ook bijeen om de verantwoordelijkheden van het OGB en het orgaan voor de toetsing van het handelsbeleid (TPRB) uit het mechanisme voor de toetsing van het handelsbeleid (TPRM, zie hieronder) uit te voeren.
  • De Algemene Raad bestaat uit drie ondergeschikte organen: de raad voor de handel in goederen, de raad voor de handel in diensten en de raad voor de handelsaspecten van de intellectuele eigendom.
  • Voorts is er een aantal comités rechtstreeks verbonden met de algemene raad. Dit zijn onder meer het Comité handel en ontwikkeling, het Comité handel en milieu en het Comité regionale overeenkomsten. Twee comités zijn bovendien belast met het beheer van de twee plurilaterale overeenkomsten betreffende respectievelijk de handel in burgerluchtvaartuigen en overheidsopdrachten.
  • De algemene raad benoemt een directeur-generaal die de leiding heeft van het secretariaat van de WTO.
  • De WTO neemt zijn besluiten in beginsel bij consensus. Wanneer geen consensus kan worden bereikt, worden de besluiten met een meerderheid van stemmen genomen, waarbij elk lid van de WTO over één stem beschikt. De EU, die als zodanig lid is van de WTO, beschikt over een aantal stemmen dat gelijk is aan het aantal EU-lidstaten dat lid is van de WTO.
  • Elke lidstaat van de WTO kan bij de ministeriële conferentie voorstellen tot wijziging van de bepalingen van de diverse multilaterale handelsovereenkomsten van de WTO indienen.

Memorandum van overeenstemming inzake de regels en procedures betreffende de beslechting van geschillen

  • De geschillenbeslechtingsregeling van de WTO is een belangrijk instrument van het multilaterale handelssysteem. Zij is gebaseerd op de artikelen XXII en XXIII van GATT 1994 en op de later vastgestelde regels en procedures die zijn neergelegd in het in de WTO-overeenkomst opgenomen memorandum van overeenstemming inzake de regels en procedures betreffende de beslechting van geschillen.
  • De geschillenbeslechtingsregeling heeft betrekking op alle multilaterale handelsakkoorden. Deze is dus van toepassing op de handel in goederen, de handel in diensten en kwesties betreffende intellectuele eigendom die vallen onder de Overeenkomst inzake de handelsaspecten van de intellectuele eigendom (TRIPS-Overeenkomst). Zij is eveneens van toepassing op geschillen die ontstaan in het kader van de plurilaterale overeenkomst betreffende overheidsopdrachten. Sommige van deze overeenkomsten bevatten regels betreffende geschillenbeslechting die uitsluitend van toepassing zijn op geschillen in verband met de betrokken overeenkomst en die de regels van het memorandum van overeenstemming kunnen aanvullen of wijzigen.
  • De regeling voor geschillenbeslechting wordt beheerd door het OGB. Alle leden van de WTO kunnen aan de bijeenkomsten van dit orgaan deelnemen. Wanneer het OGB zich moet uitspreken over geschillen in het kader van een plurilaterale overeenkomst, kunnen enkel de partijen bij deze overeenkomst deelnemen aan de besluitvormingsprocedure van het orgaan en aan de tenuitvoerlegging van de maatregelen die worden genomen ter beslechting van uit de betrokken overeenkomst voortvloeiende geschillen.
  • De geschillenbeslechtingsprocedure wordt ingeleid wanneer een lid een ander lid om overleg betreffende een bepaalde kwestie verzoekt. Dit overleg moet worden geopend binnen dertig dagen na de datum van het verzoek. Indien door dit overleg het geschil niet wordt beslecht, kan een lid het orgaan voor geschillenbeslechting verzoeken een normaliter uit drie onafhankelijke deskundigen bestaand panel te vormen om het vraagstuk te behandelen. De partijen kunnen overigens op vrijwillige grondslag een beroep doen op andere wijzen van geschillenbeslechting, met inbegrip van goede diensten, conciliatie, bemiddeling en arbitrage.
  • Na de partijen te hebben gehoord, legt het panel het OGB een rapport voor. Het panel dient zijn werkzaamheden binnen zes maanden, of, in spoedeisende gevallen, binnen drie maanden te voltooien. Het rapport van het panel wordt door het OGB goedgekeurd binnen twintig dagen na de datum waarop het aan de leden werd toegezonden. Het wordt aangenomen binnen zestig dagen na de datum van toezending, tenzij het OGB bij consensus besluit het niet aan te nemen (negatieve consensus) of een van de partijen het voornemen te kennen geeft beroep te willen instellen.
  • Het systeem voor geschillenbeslechting van de WTO geeft elke deelnemer aan een panelprocedure de mogelijkheid beroep in te stellen. Dit beroep is evenwel beperkt tot de in het panelrapport aan de orde komende en de door het panel gegeven juridische interpretaties. Het beroep wordt behandeld door een permanente beroepsinstantie die is samengesteld uit zeven leden die door het OGB worden aangewezen voor een mandaat van vier jaar. Drie van deze leden hebben bij elke zaak zitting. Het rapport van de beroepsinstantie dient door de partijen bij het geschil onvoorwaardelijk te worden aanvaard en door het orgaan voor geschillenbeslechting te worden goedgekeurd, tenzij er een negatieve consensus is, dat wil zeggen een consensus tegen de goedkeuring van het rapport.
  • Het OGB monitort de uitvoering van aangenomen aanbevelingen of besluiten. Alle hangende problemen blijven op de agenda van de vergaderingen van dit orgaan tot er een oplossing voor gevonden is. Bovendien werden termijnen vastgesteld voor de tenuitvoerlegging van de in de panelrapporten gedane aanbevelingen. Wanneer een partij niet in staat is binnen een redelijke termijn gevolg te geven aan een aanbeveling, is zij verplicht met de klagende partij een wederzijds aanvaardbare compensatie overeen te komen. Indien dit overleg niet het gewenste resultaat oplevert, kan het OGB de klagende partij toestaan haar concessies of verplichtingen ten aanzien van de andere partij op te schorten. De compensatie en de opschorting van concessies zijn evenwel slechts voorlopige oplossingen in afwachting van het moment waarop het betrokken lid de aanbevelingen van het OGB ten uitvoer legt.
  • De leden van de WTO hebben zich in elk geval ertoe verbonden niet zelf uit te maken of in het kader van de WTO aangegane verbintenissen al dan niet worden nageleefd en concessies niet unilateraal op te schorten. Zij zijn gehouden de in het memorandum van overeenstemming neergelegde regels en procedures voor de beslechting van geschillen toe te passen.
  • In het memorandum van overeenstemming voor de beslechting van geschillen is overigens rekening gehouden met de bijzondere situatie van de ontwikkelingslanden en van de minst ontwikkelde landen die lid zijn van de WTO. De ontwikkelingslanden kunnen voor een versnelde procedure opteren danwel om langere termijnen of aanvullende rechtshulp verzoeken. De leden van de WTO worden er toe aangemoedigd bijzondere aandacht te besteden aan de situatie van de leden die ontwikkelingslanden zijn.

Regeling voor de toetsing van het handelsbeleid

  • De TPRM werd in 1989 in het kader van de GATT voorlopig ingesteld naar aanleiding van de tussentijdse evaluatie van de Uruguay-ronde. Deze regeling maakt thans integrerend deel uit van het WTO-stelsel en heeft betrekking op alle onder de WTO overeenkomst vallende onderwerpen (goederen en diensten en intellectuele eigendom).
  • De TPRM heeft ten doel het handelsbeleid en de praktijken van de WTO-leden op dit gebied transparanter te maken en te verduidelijken, de betrokken landen ertoe aan te moedigen de vigerende regels van het multilaterale handelsstelsel beter na te leven en, zodoende, de goede werking van het systeem te bevorderen.
  • In het kader van de regeling inzake toetsing van het handelsbeleid worden alle leden van de WTO op gezette tijden aan een onderzoek onderworpen. Dit onderzoek geschiedt om de twee jaar voor de vier leden die het grootste gedeelte van de wereldhandel vertegenwoordigen (momenteel zijn dit China, de EU, Japan en de Verenigde Staten), om de vier jaar voor de zestien daaropvolgende leden en om de zes jaar voor de andere leden. Voor de minst ontwikkelde landen kan een langere termijn worden vastgesteld. In de praktijk wordt bij de vaststelling van de frequentie van deze onderzoeken een zekere flexibiliteit betracht (afwijkingen van ten hoogste zes maanden). In 1996 werd overeengekomen dat het onderzoek van elk van de vier grootste handelsmogendheden om de tweede keer een tussentijds onderzoek zou zijn.
  • Deze onderzoeken worden door het TRPB uitgevoerd op basis van een door het betrokken lid afgelegde algemene beleidsverklaring en een door het secretariaat van de WTO opgesteld verslag. Hoewel dit verslag wordt opgesteld in samenwerking met het betrokken lid, draagt het secretariaat de volle verantwoordelijkheid voor de vastgestelde feiten en naar voren gebrachte standpunten. Het verslag van het secretariaat en de verklaring van het betrokken lid worden na de toetsingsvergadering gepubliceerd, samen met het proces verbaal van de vergadering en de tekst van de door de voorzitter van het orgaan voor toetsing van het handelsbeleid aan het einde van de vergadering geformuleerde slotopmerkingen.

VANAF WANNEER ZIJN HET BESLUIT EN DE OVEREENKOMST VAN TOEPASSING?

  • Het besluit is sinds 22 december 1994 van toepassing.
  • De overeenkomst is van toepassing sinds 1 januari 1995.

ACHTERGROND

Kijk voor meer informatie op:

BELANGRIJKSTE DOCUMENTEN

Besluit 94/800/EU van de Raad van 22 december 1994 betreffende de sluiting, namens de Europese Gemeenschap voor wat betreft de onder haar bevoegdheid vallende aangelegenheden, van de uit de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguay-Ronde (1986-1994) voortvloeiende overeenkomsten (PB L 336, 23.12.1994, blz. 1-2).

Multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguay-Ronde (1986-1994) — Overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) (PB L 336 van 23.12.1994, blz. 3-10).

Achtereenvolgende wijzigingen aan de overeenkomst werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Kennisgeving betreffende de inwerkingtreding van het Protocol tot wijziging van de Overeenkomst van Marrakesh tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (PB L 54, 1.3.2017, blz. 1).

Laatste bijwerking 14.07.2023

Top