EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Europol: Europese Politiedienst (tot 31.12.2009)

Deze akte van de Raad strekt tot oprichting van een Europese Politiedienst (Europol). Europol heeft tot doel de politiële samenwerking tussen de lidstaten te verbeteren met het oog op de bestrijding van terrorisme, illegale handel in drugs en andere ernstige vormen van internationale criminaliteit. De lidstaten richten nationale eenheden op die de verbinding verzorgen tussen Europol en de voor misdaadbestrijding bevoegde nationale diensten.

BESLUIT

Akte van de Raad van 26 juli 1995 tot vaststelling van de Overeenkomst tot oprichting van een Europese Politiedienst (Europol-overeenkomst) [Zie wijzigingsbesluiten].

SAMENVATTING

Bij deze akte wordt een Europese Politiedienst opgericht, “Europol” genoemd. Europol is gevestigd in Den Haag in Nederland en bezit rechtspersoonlijkheid. De dienst heeft ten doel de bevoegde diensten van de lidstaten en hun samenwerking doeltreffender te maken om de georganiseerde internationale criminaliteit te voorkomen of te bestrijden.

Een doeltreffende samenwerking tussen de lidstaten tot stand brengen: de rol van Europol

De Europese Politiedienst (Europol) heeft niet de uitvoerende bevoegdheden die de nationale politiediensten hebben. Hij kan geen personen aanhouden noch gebouwen doorzoeken. De opdracht van Europol bestaat erin de uitwisseling van informatie te bevorderen, informatie te analyseren en operaties te coördineren waarbij meerdere lidstaten betrokken zijn.

In het kader van de politiële samenwerking tussen de lidstaten heeft Europol de volgende taken:

  • de uitwisseling van informatie tussen de lidstaten vergemakkelijken;
  • informatie en inlichtingen verzamelen en analyseren;
  • de bevoegde autoriteiten van de lidstaten via de nationale eenheden in kennis stellen van informatie die voor hen van belang is en van verbanden tussen strafbare feiten die aan het licht zijn gekomen;
  • het opsporingsonderzoek in de lidstaten ondersteunen;
  • geautomatiseerde gegevensbestanden bijhouden;
  • de lidstaten bijstaan bij het opleiden van leden van de bevoegde autoriteiten;
  • de wederzijdse technische ondersteuning tussen de lidstaten vergemakkelijken;
  • het contactpunt zijn inzake de bestrijding van eurovalsemunterij.

Europol onderneemt actie als één of meerdere lidstaten het slachtoffer zijn van een ernstige vorm van georganiseerde internationale criminaliteit. Deze activiteit omvat steeds meer domeinen:

  • het voorkomen en bestrijden van terrorisme;
  • illegale drugshandel;
  • mensenhandel;
  • clandestiene immigratienetwerken;
  • illegale handel in radioactieve en nucleaire stoffen;
  • handel in motorvoertuigen;
  • de bestrijding van valsemunterij en vervalsing van betaalmiddelen;
  • het witwassen van geld (niet de eraan voorafgaande delicten).

De bevoegdheid van Europol strekt zich uit over de delicten die verband houden met de hierboven vermelde vormen van criminaliteit.

Eén contactpunt in de lidstaten: de nationale eenheden

In elke lidstaat wordt een nationale Europoleenheid (UNE) opgericht of aangesteld. De nationale eenheid vormt het enige contact tussen Europol en de bevoegde nationale autoriteiten. Zij vaardigt minstens één verbindingsofficier af naar Europol, die de belangen van de nationale eenheid bij Europol vertegenwoordigt. De hoofden van de nationale eenheden komen periodiek bijeen.

De activiteiten van de nationale eenheid omvatten onder andere:

  • het aan Europol verstrekken van de informatie en inlichtingen die de dienst nodig heeft om zijn taak te kunnen vervullen en in het bijzonder het invoeren van gegevens in het geautomatiseerde informatiesysteem van Europol;
  • het beantwoorden van verzoeken om inlichtingen van Europol en het richten van dergelijke verzoeken aan Europol;
  • het doorgeven van door Europol verstrekte inlichtingen aan de bevoegde diensten.

De UNE is het enige contactpunt voor Europol in de lidstaten. De bij het protocol van november 2003 in de Europol-overeenkomst aangebrachte wijzigingen maken echter ook directe contacten tussen de bevoegde nationale diensten en Europol mogelijk, op voorwaarde dat de UNE gelijktijdig wordt geïnformeerd.

Beheer en financiering van Europol

Europol bestaat uit en wordt beheerd door verschillende organen:

  • de raad van bestuur, die is samengesteld uit één vertegenwoordiger per lidstaat en één vertegenwoordiger van de Commissie, die als waarnemer aan de vergaderingen deelneemt. De raad bepaalt onder andere mee de prioriteiten van Europol, stelt bij consensus de rechten en verplichtingen van de verbindingsofficieren vast, bepaalt onder welke voorwaarden gegevens worden verwerkt, werkt de regels uit die op de werkbestanden van toepassing zijn en behandelt de problemen die hem door het gemeenschappelijke controleorgaan worden voorgelegd. Hij komt ten minste tweemaal per jaar bijeen. Hij keurt jaarlijks bij consensus het activiteitenverslag van Europol goed evenals een verslag over de voorgenomen activiteiten, waarin rekening wordt gehouden met de operationele behoeften van de lidstaten en de gevolgen voor de begroting van Europol. Deze verslagen worden ter goedkeuring aan de Raad van de Europese Unie (EU) voorgelegd. Het Europees Parlement wordt hiervan in kennis gesteld. De raad van bestuur wordt voorgezeten door de vertegenwoordiger van de lidstaat die het voorzitterschap van de Raad uitoefent;
  • de directeur, die na raadpleging van de raad van bestuur met eenparigheid van stemmen door de Raad wordt aangesteld voor een periode van vier jaar, die eenmaal kan worden verlengd. Hij wordt bijgestaan door drie adjunct-directeuren, die door de Raad worden aangesteld voor een periode van vier jaar, die eenmaal kan worden verlengd. Hun taak wordt nader omschreven door de directeur. De directeur is verantwoordelijk voor de uitvoering van de aan Europol toevertrouwde taken, voor het gewone beheer en voor het personeelsbeleid. Hij geeft aan de raad van bestuur rekenschap voor de uitoefening van zijn taken en vertegenwoordigt Europol in en buiten rechte;
  • de financieel controleur, die met eenparigheid van stemmen door de raad van bestuur wordt benoemd en aan hem verantwoording schuldig is;
  • het financieel comité, dat bestaat uit één vertegenwoordiger per lidstaat.

Europol wordt gefinancierd uit bijdragen van de lidstaten. De rekeningen over alle ontvangsten en uitgaven op de begroting, alsmede de balans van de activa en passiva van Europol, worden jaarlijks gecontroleerd. De begrotingsraming en de uitvoering van de begroting worden door de Raad onderzocht.

Bijeenbrengen van gegevens: het geautomatiseerde informatiesysteem

Om zijn taken te vervullen, wordt door Europol een geautomatiseerd informatiesysteem beheerd. Dit systeem mag in geen geval worden gekoppeld aan andere geautomatiseerde gegevensverwerkingssystemen, tenzij aan die van de nationale eenheden. Elke nationale eenheid is verantwoordelijk voor de beveiliging van de gegevensverwerkingssystemen alsook voor het toezicht op het opslaan en verwijderen van gegevens in bestanden. Het systeem bestaat uit drie onderdelen: het geautomatiseerd informatiesysteem, de werkbestanden en een indexsysteem.

Het informatiesysteem mag uitsluitend gebruikt worden voor het opslaan, bijwerken en gebruiken van gegevens die Europol nodig heeft om zijn taken te kunnen uitvoeren. Het systeem bevat geen inlichtingen betreffende de met die gegevens samenhangende strafbare feiten. De gegevens hebben betrekking op personen die, gelet op het nationale recht van de betrokken lidstaat, verdacht worden van het plegen van of deelnemen aan een strafbaar feit waarvoor Europol bevoegd is, of die veroordeeld zijn voor een dergelijk strafbaar feit. Voorts bevat het systeem gegevens betreffende personen ten aanzien van wie het vermoeden bestaat dat zij strafbare feiten plannen waarvoor Europol bevoegd is.

Deze persoonsgegevens mogen niet meer dan de volgende elementen omvatten:

  • naam en voornamen, en eventuele bijnamen of valse namen;
  • geboorteplaats en -datum;
  • nationaliteit;
  • geslacht;
  • voor zover nodig, andere voor identificering geschikte kenmerken, in het bijzonder niet aan verandering onderhevige objectieve lichamelijke kenmerken.

Voorts worden in het informatiesysteem de volgende gegevens opgeslagen:

  • strafbare feiten, belastende feiten, tijd en plaats van het strafbare feit;
  • middelen waarmee het strafbare feit (vermoedelijk) is begaan;
  • de diensten die het dossier hebben aangelegd en de dossiernummers;
  • de verdenking deel uit te maken van een misdaadorganisatie;
  • veroordelingen, voor zover deze betrekking hebben op strafbare feiten waarvoor Europol bevoegd is;
  • de vermelding of de gegevens door Europol of door een nationale eenheid ingevoerd zijn.

De nationale eenheden, de verbindingsofficieren, de directeur en de adjunct-directeuren en naar behoren gemachtigde personeelsleden van Europol hebben toegang tot het informatiesysteem. De door de lidstaten aangewezen bevoegde diensten hebben beperkte toegang tot het informatiesysteem. Bijkomende informatie mag alleen maar via de nationale eenheid worden verkregen. Enkel de eenheid die de gegevens heeft ingevoerd, is bevoegd deze te wijzigen, te verbeteren of te verwijderen.

Europol kan gegevens betreffende strafbare feiten waarvoor de dienst bevoegd is opslaan, wijzigen en gebruiken in andere bestanden (werkbestanden), met inbegrip van gegevens betreffende gerelateerde strafbare feiten. Deze bestanden, aangelegd voor analysedoeleinden ter ondersteuning van strafrechtelijke onderzoeken, bevatten gegevens over:

  • personen die, gelet op het nationale recht van de betrokken lidstaat, verdacht worden van het plegen van of deelnemen aan een strafbaar feit waarvoor Europol bevoegd is, of die veroordeeld zijn voor een dergelijk strafbaar feit;
  • personen ten aanzien van wie, gelet op het nationale recht van een lidstaat, het vermoeden bestaat dat zij een strafbaar feit plannen waarvoor Europol bevoegd is;
  • eventuele getuigen, in het kader van onderzoeken naar strafbare feiten of van strafvervolging;
  • slachtoffers of potentiële slachtoffers van een onderzocht strafbaar feit;
  • contact- en begeleidende personen;
  • personen die informatie kunnen verschaffen over de betrokken strafbare feiten.

Alle geautomatiseerde bestanden van persoonsgegevens moeten vergezeld gaan van onder andere de volgende vermeldingen:

  • het doel en de benaming van het bestand;
  • het soort op te slaan gegevens;
  • de controletermijnen en de duur van de opslag.

Voor elk analyseproject wordt een analysegroep samengesteld, bestaande uit analisten en andere personeelsleden van Europol alsook de verbindingsofficieren en/of deskundigen van de lidstaten. Uitsluitend de analisten zijn gemachtigd in het betrokken bestand gegevens in te voeren, maar alle leden van de analysegroep kunnen daarin opzoekingen doen. Het verzamelen, opslaan en verwerken van gegevens geschieden geheel volgens de regels inzake de bescherming van personen ten aanzien van de geautomatiseerde verwerking van persoonsgegevens.

De gegevens mogen niet langer dan drie jaar in een bestand worden bewaard. Europol controleert echter jaarlijks of de gegevens, gelet op het doel van het bestand, nog langer bewaard moeten worden. De directeur van Europol kan in voorkomend geval besluiten de gegevens gedurende een nieuwe periode van drie jaar te bewaren.

Europol stelt een indexsysteem in voor de gegevens die in de werkbestanden worden opgeslagen. De directeur, de adjunct-directeuren en de gemachtigde personeelsleden van Europol alsmede de verbindingsofficieren zijn bevoegd het indexsysteem te raadplegen.

Bescherming van de gegevens bij verwerking

Europol deelt aan de nationale eenheden alle informatie mee die betrekking heeft op hun lidstaat, alsook aan hun verbindingsofficieren indien de nationale eenheden daarom verzoeken. De lidstaten voorzien in hun nationaal recht een niveau van bescherming van de gegevens dat minstens gelijkwaardig moet zijn met dat van het Verdrag van de Raad van Europa van 28 januari 1981. Zij zijn verantwoordelijk voor de wettigheid, de juistheid en de actualiteit van de gegevens en voor het toezicht op de bewaartermijnen van de gegevens die zij aan Europol meedelen. De verantwoordelijkheid berust bij Europol wat betreft de gegevens die door derden aan Europol zijn verstrekt of die het resultaat zijn van de analysewerkzaamheden van Europol.

Eenieder die kennis wil nemen van bij Europol opgeslagen op hem betrekking hebbende gegevens, kan daartoe kosteloos een verzoek indienen in de lidstaat van zijn keuze bij de nationale autoriteit. Deze geeft het verzoek onmiddellijk door aan Europol en laat de verzoeker vervolgens weten dat Europol hem rechtstreeks zal antwoorden. Het verzoek moet door Europol volledig worden beantwoord binnen de drie maanden na de ontvangst ervan door de bevoegd nationale autoriteit. Het recht van personen om kennis te nemen van op hen betrekking hebbende gegevens of deze gegevens te laten controleren, wordt uitgeoefend met inachtneming van het recht van de lidstaat waar het verzoek is ingediend. Het meedelen van de gegevens kan worden geweigerd als dat noodzakelijk is:

  • om Europol zijn taken naar behoren te laten vervullen;
  • om de veiligheid en de openbare orde in de lidstaten te handhaven;
  • voor de bestrijding van criminaliteit;
  • om de rechten en vrijheden van derden te beschermen.

Eenieder kan Europol verzoeken onjuiste gegevens die hem betreffen, te verbeteren of te verwijderen. Wanneer gegevens foutief of in strijd met deze overeenkomst rechtstreeks door een lidstaat zijn ingevoerd, dient deze laatste ze in overleg met Europol te verbeteren of te verwijderen. Europol laat de verzoeker weten dat de hem betreffende gegevens zijn verbeterd of verwijderd. Indien de verzoeker geen genoegen neemt met het antwoord van Europol of indien hij binnen een termijn van drie maanden geen antwoord heeft gekregen, kan hij zich tot het gemeenschappelijke controleorgaan wenden. Dit onafhankelijk gemeenschappelijk controleorgaan heeft tot taak toe te zien op de werkzaamheden van Europol opdat de rechten van de personen niet geschaad worden door de opslag, de verwerking en het gebruik van de gegevens waarover Europol beschikt.

Naast het gemeenschappelijk controleorgaan wordt door elke lidstaat een nationaal controleorgaan aangewezen, dat volgens het nationale recht onafhankelijk toeziet op de toelaatbaarheid van de invoer, de opvraging en de verstrekking op welke wijze ook van persoonsgegevens aan Europol door de betrokken lidstaat, en dat dient te toetsen of de rechten van de betrokkenen hierdoor niet worden geschaad. Elke persoon heeft het recht dit nationale orgaan te verzoeken zich ervan te vergewissen dat de invoering, de opvraging en de verstrekking van hem betreffende gegevens wettig verlopen. Dit recht wordt uitgeoefend overeenkomstig het nationale recht van de lidstaat bij wiens nationale controleorgaan het verzoek is ingediend.

Iedere lidstaat is aansprakelijk voor de schade die een persoon lijdt ten gevolge van bij Europol onrechtmatig of feitelijk onjuist opgeslagen of verwerkte gegevens of onrechtmatig opgenomen gegevens. Enkel tegen de lidstaat waar het schadebrengende feit zich heeft voorgedaan, kan door de betrokken persoon een vordering tot schadevergoeding worden ingesteld. De betrokken persoon dient zich daartoe te wenden tot de rechter die volgens het nationale recht van de lidstaat in kwestie bevoegd is.

Doeltreffend werken: samenwerking met de Europese en internationale instellingen en met derde landen

Op grond van een besluit van zijn raad van bestuur heeft Europol overeenkomsten gesloten met de volgende Europese instanties middels zijn overeenkomsten in het kader van internationale betrekkingen en samenwerking:

  • de Europese Centrale Bank (ECB),
  • Eurojust,
  • de Europese Commissie,
  • het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving,
  • het Europees bureau voor fraudebestrijding (OLAF).

Krachtens de hierbij bedoelde Overeenkomst kan Europol akkoorden voor strategische of operationele samenwerking (alleen deze laatste voorzien in de doorgifte van persoonsgegevens) sluiten met derde landen en internationale organisaties.

Kader

De lidstaten ratificeren deze Overeenkomst volgens hun respectieve grondwettelijke bepalingen. Naar aanleiding van de inwerkingtreding van de Overeenkomst werden verschillende maatregelen genomen om de oprichting van de Europese Politiedienst mogelijk te maken. Deze hebben betrekking op de rechten en verplichtingen van de verbindingsofficieren, de regels voor het gebruik van de analysebestanden, het reglement van orde van het gemeenschappelijk controleorgaan, het statuut voor de personeelsleden, de regeling ter bescherming van geheime informatie, het financieel reglement, de zetelovereenkomst, het protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten en de overeenkomsten inzake de voorrechten en immuniteiten van de verbindingsofficieren. Europol heeft zijn werkzaamheden aangevat met ingang van 1 juli 1999, het tijdstip waarop de Europol Drugseenheid (EDE), die in 1995 voorlopig werd opgericht, door Europol werd vervangen.

Elke staat die lid wordt van de EU kan tot deze Overeenkomst toetreden. Ten aanzien van deze Overeenkomst is geen enkel voorbehoud toegelaten.

Respectievelijk in november 2002 en november 2003 zijn door de Raad twee protocollen bij deze Overeenkomst goedgekeurd. Zij breiden de bevoegdheden van Europol uit op het gebied van de ondersteuning van de lidstaten, met name om: de coördinatie te verzorgen van gemeenschappelijke onderzoeksteams, het instellen van onderzoeken te vragen, de deelname van derde landen (waarmee Europol een operationeel akkoord heeft gesloten) aan de analysegroepen mogelijk te maken, enz.

Vanaf 1 januari 2010 wordt de Overeenkomst vervangen door Besluit 2009/371/JBZ van de Raad tot oprichting van Europol. Bijgevolg zullen eventuele wijzigingen met betrekking tot Europol in de toekomst gemakkelijker kunnen worden doorgevoerd. Krachtens het besluit wordt Europol een orgaan van de Europese Unie. Daardoor wordt de dienst onderworpen aan de algemene regels en procedures die van toepassing zijn op gelijksoortige organen en agentschappen, wat een administratieve vereenvoudiging inhoudt. Bovendien zal Europol gefinancierd worden uit de algemene begroting van de EU, waardoor de dienst onder de begrotingscontrole van het Europees Parlement komt te staan.

Referenties

Besluit

Datum van inwerkingtreding

Uiterste datum voor omzetting in nationaal recht

Publicatieblad

Akte van de Raad van 26 juli 1995

26.7.1995

-

C 316 van 27.11.1995

Overeenkomst op grond van artikel K.3 van het Verdrag betreffende de Europese Unie tot oprichting van een Europese Politiedienst (Europol-overeenkomst)

1.10.1998

-

C 316 van 27.11.1995

Wijzigingsbesluit(en)

Datum van inwerkingtreding

Uiterste datum voor omzetting in nationaal recht

Publicatieblad

Akte van de Raad van 27 november 2003(protocol)

18.4.2007

-

C 2 van 6.1.2004

Akte van de Raad van 28 november 2002(protocol betreffende de gemeenschappelijke onderzoeksteams)

29.3.2007

-

C 312 van 16.12.2002

Akte van de Raad van 30 november 2000(protocol betreffende witwassen van geld)

29.3.2007

-

C 358 van 13.12.2000

Akte van de Raad van 3 december 1998(mensenhandel)

1.1.1999

-

C 26 van 30.1.1999

Akte van de Raad van 3 december 1998(terrorisme)

1.1.1999

-

C 26 van 30.1.1999

GERELATEERDE BESLUITEN

Besluit 2005/511/JBZ van de Raad van 12 juli 2005 over de bescherming van de euro tegen valsemunterij middels de aanwijzing van Europol als het centraal orgaan voor de bestrijding van eurovalsemunterij [Publicatieblad L 185 van 16.7.2005].

Besluit van de Raad van 6 december 2001 houdende uitbreiding van het mandaat van Europol tot de in de bijlage bij de Europol-overeenkomst vermelde ernstige vormen van internationale criminaliteit [Publicatieblad C 362 van 18.12.2001].

See also

Laatste wijziging: 10.09.2009

Top