EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32009D0490

2009/490/EG: Besluit van de Commissie van 23 juni 2009 inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen voor persoonlijke muziekspelers krachtens Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad moeten voldoen (Voor de EER relevante tekst)

OJ L 161, 24.6.2009, p. 38–39 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
Special edition in Croatian: Chapter 15 Volume 022 P. 217 - 218

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2009/490/oj

24.6.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 161/38


BESLUIT VAN DE COMMISSIE

van 23 juni 2009

inzake de veiligheidseisen waaraan Europese normen voor persoonlijke muziekspelers krachtens Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad moeten voldoen

(Voor de EER relevante tekst)

(2009/490/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 2001/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 december 2001 inzake algemene productveiligheid (1), en met name op artikel 4, lid 1, onder a),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Richtlijn 2001/95/EG bepaalt dat Europese normen door de Europese normalisatie-instellingen moeten worden opgesteld. Deze normen moeten waarborgen dat producten aan het algemene veiligheidsvereiste van de richtlijn voldoen.

(2)

Volgens Richtlijn 2001/95/EG wordt een product verondersteld veilig te zijn, wat de risico’s en risicocategorieën betreft die zijn geregeld in de nationale normen, wanneer het voldoet aan de niet-bindende nationale normen tot omzetting van Europese normen.

(3)

Afhankelijk van het type persoonlijke muziekspeler valt de veiligheid van deze toestellen hetzij onder Richtlijn 2001/95/EG, hetzij onder Richtlijn 1999/5/EG van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 1999 betreffende radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur en de wederzijdse erkenning van hun conformiteit (2), hetzij onder Richtlijn 2006/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke voorschriften der lidstaten inzake elektrisch materiaal bestemd voor gebruik binnen bepaalde spanningsgrenzen (3). Richtlijn 2001/95/EG heeft betrekking op draagbare muziekspelers zonder ingebouwde communicatiefunctie.

(4)

Richtlijn 1999/5/EG en Richtlijn 2006/95/EG verwijzen naar de Europese geharmoniseerde norm EN 60065:2002 „Audio-, video- en soortgelijke elektronische toestellen — Veiligheidseisen”. Aangezien de grens tussen consumentenelektronica en apparatuur voor informatietechniek steeds vager wordt, is het de bedoeling deze norm samen te voegen met EN 60950 „Apparatuur voor informatietechniek — Veiligheid — Deel 1: Algemene eisen” tot een nieuwe norm EN 62368.

(5)

De huidige normen schrijven geen maximumgeluidsvolume of specifieke geluidsetikettering voor, maar verlangen wel dat in de gebruikershandleiding wordt gewaarschuwd voor de schadelijke gevolgen van blootstelling aan te hoge geluidsniveaus.

(6)

De Commissie heeft het Wetenschappelijk Comité voor nieuwe gezondheidsrisico’s (WCNG) verzocht de potentiële gezondheidsrisico’s van persoonlijke muziekspelers en draagbare telefoons met een muziekafspeelfunctie te beoordelen, gezien het wijdverbreide gebruik ervan en het groeiende aantal personen dat continu is blootgesteld aan geluidsniveaus die de grenswaarden voor lawaai op de werkplek (80 decibel) te boven gaan. Het WCNG concludeerde in zijn advies (4) dat gebruikers zowel auditieve als niet-auditieve problemen riskeren. De gebruikers van persoonlijke muziekspelers riskeren met name blijvend gehoorverlies als zij ten minste vijf jaar lang meer dan 40 uur per week naar luide muziek (meer dan 89 dB(A)) luisteren. Dergelijke gebruikspatronen zijn nu heel gewoon geworden, vooral bij kinderen en jongeren.

(7)

De veiligheidseisen voor persoonlijke muziekspelers dienen te worden opgesteld op grond van artikel 4, lid 1, onder a), van Richtlijn 2001/95/EG teneinde de normalisatie-instellingen te verzoeken een norm te ontwikkelen die het risico van gehoorschade als gevolg van blootstelling aan het geluid van die toestellen voorkomt, volgens de procedure van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften (5). De referentie van de aldus vastgestelde norm dient overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Richtlijn 2001/95/EG te worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie. Teneinde een volledige en geharmoniseerde aanpak van de veiligheid van alle persoonlijke muziekspelers, met inbegrip van mobiele telefoons met een muziekafspeelfunctie, te waarborgen, dient bij de normalisatie-instellingen een verzoek te worden ingediend uit hoofde van de drie richtlijnen 2001/95/EG, 1999/5/EG en 2006/95/EG tezamen.

(8)

Zodra de norm beschikbaar is en op voorwaarde dat de Commissie besluit de referentie daarvan in het Publicatieblad bekend te maken, worden persoonlijke muziekspelers die conform die norm ontworpen en vervaardigd zijn, verondersteld te voldoen aan het algemene veiligheidsvereiste van Richtlijn 2001/95/EG, wat de veiligheidseis betreft waarop de norm betrekking heeft.

(9)

Dit besluit is in overeenstemming met het advies van het bij artikel 15 van Richtlijn 2001/95/EG ingestelde comité,

BESLUIT:

Artikel 1

Doel

Doel van dit besluit is de veiligheidseis vast te stellen op grond waarvan de Commissie de desbetreffende normalisatie-instellingen zal verzoeken normen op te stellen die moeten garanderen dat blootstelling aan het geluid van persoonlijke muziekspelers onder normale gebruiksomstandigheden geen gevaar voor het gehoor oplevert. Bij de eisen voor persoonlijke muziekspelers dient ten volle rekening te worden gehouden met het advies van het Wetenschappelijk Comité voor nieuwe gezondheidsrisico’s over „Potentiële gezondheidsrisico’s door blootstelling aan het geluid van persoonlijke muziekspelers en mobiele telefoons met een muziekafspeelfunctie”.

Artikel 2

Definitie

Voor de toepassing van dit besluit wordt onder „persoonlijke muziekspeler” verstaan een draagbaar toestel, niet vallende onder Richtlijn 1999/5/EG of Richtlijn 2006/95/EG, met hoofd- of oortelefoons, dat wordt gebruikt om naar opgenomen, voortgebracht of uitgezonden geluid te luisteren.

Artikel 3

Eisen

1.   Voor de toepassing van artikel 4, lid 1, onder a), van Richtlijn 2001/95/EG luidt de veiligheidseis voor persoonlijke muziekspelers als volgt:

persoonlijke muziekspelers dienen zodanig ontworpen en vervaardigd te zijn dat zij onder redelijkerwijze te verwachten gebruiksomstandigheden intrinsiek veilig zijn en geen gehoorschade veroorzaken.

2.   De eis in lid 1 houdt met name in dat:

1.

de blootstelling aan geluidsniveaus in de tijd wordt begrensd om gehoorschade te voorkomen. Bij een blootstelling aan 80 dB(A) wordt de blootstellingsduur beperkt tot 40 uur per week en bij een blootstelling aan 89 dB(A) tot 5 uur per week. Voor andere blootstellingsniveaus wordt lineaire intra- en extrapolatie toegepast. Er wordt rekening gehouden met het dynamische geluidsbereik en het redelijkerwijze te verwachten gebruik van de producten;

2.

persoonlijke muziekspelers vergezeld gaan van adequate waarschuwingen over de aan het gebruik van het toestel verbonden risico’s en hoe deze voorkomen kunnen worden, en van informatie over situaties waarin het risico van gehoorschade bestaat.

Gedaan te Brussel, 23 juni 2009.

Voor de Commissie

Meglena KUNEVA

Lid van de Commissie


(1)  PB L 11 van 15.1.2002, blz. 4.

(2)  PB L 91 van 7.4.1999, blz. 10.

(3)  PB L 374 van 27.12.2006, blz. 10.

(4)  Advies van 13 oktober 2008, gepubliceerd op: http://ec.europa.eu/health/ph_risk/committees/04_scenihr/docs/scenihr_o_018.pdf

(5)  PB L 204 van 21.7.1998, blz. 37.


Top