EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32007E0733

Gemeenschappelijk Optreden 2007/733/GBVB van de Raad van 13 november 2007 tot wijziging van Gemeenschappelijk Optreden 2007/369/GBVB inzake de totstandbrenging van de politiemissie van de Europese Unie in Afghanistan (EUPOL AFGHANISTAN)

OJ L 295, 14.11.2007, p. 31–33 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 30/05/2010

ELI: http://data.europa.eu/eli/joint_action/2007/733/oj

14.11.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 295/31


GEMEENSCHAPPELIJK OPTREDEN 2007/733/GBVB VAN DE RAAD

van 13 november 2007

tot wijziging van Gemeenschappelijk Optreden 2007/369/GBVB inzake de totstandbrenging van de politiemissie van de Europese Unie in Afghanistan (EUPOL AFGHANISTAN)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, en met name op artikel 14,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Op 30 mei 2007 heeft de Raad Gemeenschappelijk Optreden 2007/369/GBVB inzake de totstandbrenging van de politiemissie van de Europese Unie in Afghanistan vastgesteld (1).

(2)

Op 18 juni 2007 heeft de Raad zijn goedkeuring gehecht aan richtsnoeren voor de commando- en controlestructuur van de civiele crisisbeheersingsoperaties van de EU. In deze richtsnoeren is met name bepaald dat een civiele bevelhebber het commando en de controle op strategisch niveau uitoefent voor de planning en de uitvoering van alle civiele crisisbeheersingsoperaties, onder het politieke toezicht en de strategische aansturing van het Politiek en Veiligheidscomité (PVC) en onder het algemene gezag van de secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger voor het GBVB (SG/HV); in de richtsnoeren is voorts bepaald dat de directeur van het binnen het secretariaat-generaal van de Raad ingestelde civiel plannings- en uitvoeringsvermogen (CPCC) voor iedere civiele crisisbeheersingsoperatie de civiele bevelhebber is.

(3)

Bovengenoemde commando- en controlestructuur mag niet van invloed zijn op de contractuele aansprakelijkheid van het hoofd van de missie jegens de Commissie voor de uitvoering van de begroting van de missie.

(4)

Voor deze missie moet de binnen het secretariaat-generaal van de Raad opgerichte wachtdienst in werking worden gesteld.

(5)

Gemeenschappelijk Optreden 2007/369/GBVB moet dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT HET VOLGENDE GEMEENSCHAPPELIJK OPTREDEN VASTGESTELD:

Artikel 1

Gemeenschappelijk Optreden 2007/369/GBVB wordt als volgt gewijzigd:

1.

Artikel 5, lid 3, wordt vervangen door:

„3.   Daarnaast wordt een gedeelte van het personeel van de missie ingezet ter verbetering van de strategische coördinatie bij de politiehervorming in Afghanistan, indien nodig, en met name bij het secretariaat van de Internationale politiecoördinatieraad (IPCB) in Kabul. Het secretariaat van de IPCB wordt, in voorkomend geval, in het hoofdkwartier van EUPOL AFGHANISTAN gevestigd.”.

2.

Het volgende artikel wordt ingevoegd:

„Artikel 5 bis

Civiele bevelhebber

1.   De directeur van het civiele plannings- en uitvoeringsvermogen (CPCC) is de civiele bevelhebber van EUPOL AFGHANISTAN.

2.   De civiele bevelhebber oefent, onder het politieke toezicht en de strategische leiding van het PVC en onder het algemene gezag van de SG/HV, het commando en de controle op strategisch niveau uit op EUPOL AFGHANISTAN.

3.   De civiele bevelhebber zorgt voor een adequate en efficiënte uitvoering van de besluiten van de Raad, alsmede van het PVC, ook, waar nodig, door middel van instructies op strategisch niveau aan het hoofd van de missie.

4.   Alle gedetacheerde personeelsleden blijven onder het volledige gezag staan van de nationale autoriteiten van de zendstaat of de EU-instelling. De nationale autoriteiten dragen de operationele controle (OPCON) over hun personeel, teams en eenheden over aan de civiele bevelhebber.

5.   De civiele bevelhebber heeft de algehele verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat de EU zich naar behoren van haar zorgplicht kwijt.

6.   De civiele bevelhebber en de SVEU plegen indien nodig onderling overleg.”.

3.

de leden 2 tot en met 8 van artikel 6 worden vervangen door:

„2.   Het hoofd van de missie neemt de verantwoordelijkheid voor de missie op zich en oefent het commando en de controle erover uit op het terrein.

3.   Het hoofd van de missie oefent het commando en de controle uit over het personeel, de teams en de eenheden van de bijdragende staten die door de civiele bevelhebber ter beschikking zijn gesteld, en heeft de administratieve en logistieke verantwoordelijkheid over de aan de missie ter beschikking gestelde activa, middelen en informatie.

4.   Het hoofd van de missie geeft instructies aan alle personeelsleden van de missie, waaronder in dit geval ook aan het ondersteunend element in Brussel, met het oog op de effectieve uitvoering van de operatie EUPOL AFGHANISTAN op het terrein, en zorgt voor de coördinatie en de dagelijkse leiding van de operatie volgens de instructies op strategisch niveau van de civiele bevelhebber.

5.   Het hoofd van de missie is verantwoordelijk voor de uitvoering van de begroting van de missie. Daartoe ondertekent het hoofd van de missie een contract met de Commissie.

6.   Het hoofd van de missie is verantwoordelijk voor het tuchtrechtelijk toezicht op het personeel. Voor gedetacheerd personeel wordt het tuchtrecht uitgeoefend door de betrokken nationale of EU-autoriteit.

7.   Het hoofd van de missie vertegenwoordigt EUPOL AFGHANISTAN in het operatiegebied en zorgt voor passende zichtbaarheid van de missie.

8.   Het hoofd van de missie zorgt, in voorkomend geval, voor coördinatie met andere EU-actoren op het terrein. Het hoofd van de missie krijgt onder volledige eerbiediging van de commandostructuur, ter plaatse politieke richtsnoeren van de SVEU.

9.   Het hoofd van de missie ziet erop toe dat EUPOL AFGHANISTAN, in voorkomend geval, nauw samenwerkt en coördineert met de regering van Afghanistan en de betrokken internationale actoren, waaronder NAVO/ISAF, de landen die een leidende rol spelen in de provinciale wederopbouwteams, de UNAMA en de derde landen die op dit moment betrokken zijn bij de politiehervorming in Afghanistan.”.

4.

Artikel 7, lid 5, wordt vervangen door:

„5.   Alle personeelsleden vervullen hun plichten en handelen in het belang van de missie. Alle personeelsleden nemen de beveiligingsbeginselen en minimumnormen als bedoeld in Besluit 2001/264/EG van de Raad van 19 maart 2001 tot vaststelling van beveiligingsvoorschriften van de Raad in acht (2).

5.

Artikel 9 wordt vervangen door:

„Artikel 9

Commandostructuur

1.   EUPOL AFGHANISTAN heeft, als crisisbeheersingsoperatie, een gemeenschappelijke commandostructuur.

2.   Het PVC oefent, onder de verantwoordelijkheid van de Raad, het politiek toezicht op en de strategische leiding over EUPOL AFGHANISTAN uit.

3.   De civiele bevelhebber is, onder het politiek toezicht en de strategische leiding van het PVC en onder het algemene gezag van de SG/HV, de bevelhebber van de civiele EVDB-operatie op strategisch niveau en geeft, in die hoedanigheid, instructies aan het hoofd van de missie en verleent hem advies en technische ondersteuning.

4.   De civiele bevelhebber brengt via de SG/HV verslag uit aan de Raad.

5.   Het hoofd van de missie oefent het commando en de controle op het terrein uit over EUPOL AFGHANISTAN en legt rechtstreeks verantwoording af aan de civiele bevelhebber.”.

6.

Artikel 10 wordt vervangen door:

„Artikel 10

Politiek toezicht en strategische aansturing

1.   Het PVC zorgt, onder de verantwoordelijkheid van de Raad, voor het politieke toezicht op en de strategische aansturing van de missie. Hierbij machtigt de Raad het PVC de relevante besluiten te nemen overeenkomstig artikel 25 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. Deze machtiging omvat de bevoegdheid om het OPLAN te wijzigen. Zij omvat ook de bevoegdheid om, in het licht van het voorgaande, besluiten te nemen betreffende de benoeming van het hoofd van de missie. De beslissingsbevoegdheid met betrekking tot de doelstellingen en de beëindiging van de missie blijven berusten bij de Raad.

2.   Het PVC brengt op geregelde tijdstippen verslag uit aan de Raad.

3.   Het PVC ontvangt in voorkomend geval op geregelde tijdstippen door de civiele bevelhebber en het hoofd van de missie opgestelde verslagen over aangelegenheden die onder hun respectieve bevoegdheden vallen.”.

7.

Artikel 11 wordt vervangen door:

„Artikel 11

Beveiliging

1.   De civiele bevelhebber neemt de leiding over de planning van de beveiligingsmaatregelen door het hoofd van de missie op zich en zorgt voor een adequate en efficiënte uitvoering daarvan voor EUPOL AFGHANISTAN overeenkomstig de artikelen 5 bis en 9, in overleg met de Dienst beveiliging van de Raad.

2.   Het hoofd van de missie is verantwoordelijk voor de veiligheid van de operatie en voor de naleving van de minimumbeveiligingsvereisten die op de operatie van toepassing zijn, overeenkomstig het beleid van de Europese Unie inzake de veiligheid van EU-personeel dat op grond van titel V van het Verdrag betreffende de Europese Unie en de daarvan afgeleide teksten in een operationele hoedanigheid wordt ingezet buiten de EU.

3.   Het hoofd van de missie wordt bijgestaan door een speciaal voor de missie bestemde hoge veiligheidsfunctionaris, die verslag uitbrengt aan het hoofd van de missie en die voorts nauwe, met zijn functie samenhangende betrekkingen onderhoudt met de Dienst beveiliging van de Raad.

4.   Het hoofd van de missie wijst locale veiligheidsfunctionarissen aan voor de provinciale en regionale missielocaties die, onder het gezag van de hoge veiligheidsfunctionaris, verantwoordelijk zijn voor het dagelijks beheer van alle veiligheidsaspecten van de respectieve missie-onderdelen.

5.   De personeelsleden van EUPOL AFGHANISTAN krijgen, overeenkomstig het OPLAN, vóór hun indiensttreding een verplichte veiligheidsopleiding. Zij krijgen regelmatig ter plaatse herhalingscursussen, die worden georganiseerd door de hoge veiligheidsfunctionaris.”.

8.

het volgende artikel 15 bis wordt ingevoegd:

„Artikel 15 bis

Wachtdienst

Het wachtdienstvermogen wordt in werking gesteld voor EUPOL AFGHANISTAN.”.

Artikel 2

Dit gemeenschappelijk optreden treedt in werking op de dag waarop het wordt aangenomen.

Artikel 3

Dit gemeenschappelijk optreden wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel, 13 november 2007.

Voor de Raad

De voorzitter

F. TEIXEIRA DOS SANTOS


(1)  PB L 139 van 31.5.2007, blz. 33.

(2)  PB L 101 van 11.4.2001, blz. 1. Besluit laatstelijk gewijzigd bij Besluit 2007/438/EG (PB L 164 van 26.6.2007, blz. 24).”.


Top