EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31991L0060

Richtlijn 91/60/EEG van de Raad van 4 februari 1991 tot wijziging van Richtlijn 85/3/EEG betreffende de gewichten, de afmetingen, en sommige andere technische kenmerken van bepaalde wegvoertuigen met het oog op de vaststelling van een aantal toegestane maximale afmetingen voor samenstellen

OJ L 37, 9.2.1991, p. 37–38 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)
Special edition in Finnish: Chapter 07 Volume 004 P. 10 - 11
Special edition in Swedish: Chapter 07 Volume 004 P. 10 - 11

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 17/09/1997; opgeheven door 396L0053

ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/1991/60/oj

31991L0060

Richtlijn 91/60/EEG van de Raad van 4 februari 1991 tot wijziging van Richtlijn 85/3/EEG betreffende de gewichten, de afmetingen, en sommige andere technische kenmerken van bepaalde wegvoertuigen met het oog op de vaststelling van een aantal toegestane maximale afmetingen voor samenstellen

Publicatieblad Nr. L 037 van 09/02/1991 blz. 0037 - 0038
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 7 Deel 4 blz. 0010
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 7 Deel 4 blz. 0010


RICHTLIJN VAN DE RAAD van 4 februari 1991 tot wijziging van Richtlijn 85/3/EEG betreffende de gewichten, de afmetingen, en sommige andere technische kenmerken van bepaalde wegvoertuigen met het oog op de vaststelling van een aantal toegestane maximale afmetingen voor samenstellen ( 91/60/EEG )

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 75,

Gezien het voorstel van de Commissie ( 1 ),

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 2 ),

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ( 3 ),

Overwegende dat Richtlijn 85/3/EEG van de Raad van 19 december 1984 betreffende de gewichten, de afmetingen, en sommige andere technische kenmerken van bepaalde wegvoertuigen ( 4 ), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 89/461/EEG ( 5 ), doordat daarin alleen een maximale lengte van samengestelde voertuigen wordt vastgesteld, de vervoerders en fabrikanten ertoe brengt de maximale beladingslengte van deze voertuigen steeds meer te vergroten;

Overwegende dat deze ontwikkeling ten koste van de ruimte voor de bestuurder gaat; dat dit leidt tot vermindering van het comfort van de bestuurder en de veiligheid;

Overwegende dat om tot een beter evenwicht tussen het rationele en economische gebruik van bedrijfsvoertuigen en de eisen van de verkeersveiligheid te komen, de huidige normen dienen te worden verbeterd, met name door een maximale beladingslengte vast te stellen,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD : Artikel 1

Richtlijn 85/3/EEG wordt als volgt gewijzigd :

1 . het volgende artikel wordt ingevoegd :

"Artikel 4 ter

Samenstellen waarvan het motorvoertuig vóór 31 december 1991 in het verkeer is gebracht en die niet voldoen aan de onder de punten 1.7 en 1.8 van bijlage I opgenomen voorschriften, worden voor de toepassing van artikel 3, lid 1, tot en met 31 december 1998 geacht met die voorschriften in overeenstemming te zijn, indien zij een totale lengte van niet meer dan 18,00 m hebben .";

2 . punt 1.1 van bijlage I wordt als volgt gelezen :

"1.1 . Maximumlengte

- motorvoertuig 12,00 m

- aanhangwagen 12,00 m

- geleed voertuig 16,50 m

- samenstel 18,35 m

- gelede autobus 18,00 m .";

3 . de volgende punten worden ingevoegd in bijlage I :

"1.7 . Parallel met de lengteas van het samenstel gemeten maximale afstand tussen het voorste punt van de laadruimte achter de stuurcabine en het achterste punt van de aanhangwagen van de combinatie, verminderd met de afstand tussen de achterkant van het motorvoertuig en de voorkant van de aanhangwagen : 15,65 m 1.8 . Parallel met de lengteas van het samenstel gemeten maximale afstand tussen het voorste punt van de laadruimte achter de stuurcabine en het achterste punt van de aanhangwagen van de combinatie : 16,00 m ".

Artikel 2

1 . De Lid-Staten treffen de nodige maatregelen om vóór 1 oktober 1991 aan deze richtlijn te voldoen . Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis .

2 . Wanneer de Lid-Staten de in lid 1 bedoelde bepalingen aannemen, wordt naar deze richtlijn verwezen in die bepalingen of bij de officiële bekendmaking van die bepalingen . De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de Lid-Staten .

3 . De Lid-Staten delen de Commissie de bepalingen van intern recht mede, die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen . Artikel 3

Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten . Gedaan te Brussel, 4 februari 1991 . Voor de Raad

De Voorzitter

J . F . POOS ( 1 ) PB nr . C 316 van 16 . 12 . 1989, blz . 5, en PB nr . C 268 van 24 . 10 . 1990, blz . 12 . ( 2 ) PB nr . C 149 van 18 . 6 . 1990, blz . 28 . ( 3 ) PB nr . C 182 van 23 . 7 . 1990, blz . 29 . ( 4 ) PB nr . L 2 van 3 . 1 . 1985, blz . 14 . ( 5 ) PB nr . L 226 van 3 . 8 . 1989, blz . 7 .

Top