EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 02017R0086-20180101

Consolidated text: Gedelegeerde Verordening (EU) 2017/86 van de Commissie van 20 oktober 2016 tot vaststelling van een teruggooiplan voor bepaalde demersale visserijen in de Middellandse Zee

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2017/86/2018-01-01

02017R0086 — NL — 01.01.2018 — 001.001


Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

►B

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2017/86 VAN DE COMMISSIE

van 20 oktober 2016

tot vaststelling van een teruggooiplan voor bepaalde demersale visserijen in de Middellandse Zee

(PB L 014 van 18.1.2017, blz. 4)

Gewijzigd bij:

 

 

Publicatieblad

  nr.

blz.

datum

►M1

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2018/153 VAN DE COMMISSIE van 23 oktober 2017

  L 29

1

1.2.2018




▼B

GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2017/86 VAN DE COMMISSIE

van 20 oktober 2016

tot vaststelling van een teruggooiplan voor bepaalde demersale visserijen in de Middellandse Zee



Artikel 1

Uitvoering van de aanlandingsverplichting

De in artikel 15, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 opgenomen aanlandingsverplichting is in de Middellandse Zee van toepassing op de in de bijlage bij de onderhavige verordening vermelde visserijen.

De aanlandingsverplichting is van toepassing op de in die bijlage vermelde soorten wanneer deze worden gevangen in het kader van visserijactiviteiten in wateren van de Unie of door vissersvaartuigen van de Unie buiten de wateren van de Unie in wateren die niet onder de soevereiniteit of jurisdictie van derde landen vallen.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

a)

„Middellandse Zee” : de maritieme wateren van de Middellandse Zee ten oosten van 5o36′ WL;

b)

„geografische deelgebieden van de GFCM” : geografische deelgebieden van de Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee (General Fisheries Commission for the Mediterranean — GFCM) zoals afgebakend in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 1343/2011 van het Europees Parlement en de Raad ( 1 );

▼M1

c)

„westelijk deel van de Middellandse Zee” : de geografische deelgebieden 1, 2, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11.1, 11.2 en 12 van de GFCM;

▼B

d)

„Adriatische Zee” : geografische deelgebieden 17 en 18 van de GFCM;

e)

„zuidoostelijk deel van de Middellandse Zee” : de geografische deelgebieden 15, 16, 19, 20, 22, 23 en 25 van de GFCM.

Artikel 3

Vrijstelling op basis van overlevingskansen

1.   ►M1  De vrijstelling van de aanlandingsverplichting op grond van artikel 15, lid 4, onder b), van Verordening (EU) nr. 1380/2013 voor soorten waarvoor wetenschappelijk vaststaat dat zij hoge overlevingskansen hebben, geldt in 2018 voor:

a) tong (Solea solea), gevangen met de rapido (boomkor) (TBB) ( 2 ) in de geografische deelgebieden 17 en 18;

b) mediterrane sint-jakobsschelpen (Pecten jacobaeus), gevangen met gemechaniseerde dreggen (HMD) in het westelijke deel van de Middellandse Zee;

c) tapijtschelpen (Venerupis spp.), gevangen met gemechaniseerde dreggen (HMD) in het westelijke deel van de Middellandse Zee;

d) venusschelpen (Venus spp.), gevangen met gemechaniseerde dreggen (HMD) in het westelijke deel van de Middellandse Zee;

e) langoustines (Nephrops norvegicus), gevangen met alle bodemtrawls (OTB, OTT, PTB, TBN, TBS, TB, OT, PT, TX) in het westelijke deel van de Middellandse Zee. ◄

2.   ►M1  Overeenkomstig lid 1 gevangen tong (Solea solea), mediterrane sint-jakobsschelpen (Pecten jacobaeus), tapijtschelpen (Venerupis spp.), venusschelpen (Venus spp.) en langoustines (Nephrops norvegicus) worden onmiddellijk vrijgelaten in het gebied waar zij zijn gevangen. ◄

3.   ►M1  Lidstaten met een rechtstreeks belang bij het beheer van de visserijen in de Middellandse Zee stellen de Commissie uiterlijk op 1 mei 2018 in kennis van teruggooigegevens ter aanvulling van die in de gezamenlijke aanbevelingen van 2 en 28 juni en 6 juli 2017, alsmede van andere ter zake relevante wetenschappelijke informatie ter ondersteuning van de in lid 1 vastgestelde vrijstelling. Voor langoustines (Nephrops norvegicus) dienen de lidstaten gegevens in die aanvullend bewijs vormen voor de overlevingspercentages in de zomermaanden. Het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij beoordeelt deze gegevens en informatie uiterlijk tegen juli 2018. ◄

Artikel 4

De-minimisvrijstelling

In afwijking van artikel 15, lid 1, van Verordening (EU) nr. 1380/2013 mogen op grond van artikel 15, lid 4, onder c), van Verordening (EU) nr. 1380/2013 de volgende hoeveelheden van de in de bijlage bij de onderhavige verordening vermelde visserijbepalende soorten worden teruggegooid:

a) in het westelijke deel van de Middellandse Zee (punt 1 van de bijlage):

▼M1

i) voor heek (Merluccius merluccius) en voor zeebarbelen (Mullus spp.), in 2017 en 2018 maximaal 7 % en in 2019 maximaal 6 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soorten door vaartuigen die bodemtrawls gebruiken, en

ii) voor heek (Merluccius merluccius) en voor zeebarbelen (Mullus spp.), maximaal 1 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soorten door vaartuigen die kieuwnetten en schakelnetten gebruiken;

b) in de Adriatische Zee (punt 2 van de bijlage):

i) voor heek (Merluccius merluccius) en voor zeebarbelen (Mullus spp.), in 2017 en 2018 maximaal 7 % en in 2019 maximaal 6 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soorten door vaartuigen die trawls gebruiken;

ii) voor heek (Merluccius merluccius) en voor zeebarbelen (Mullus spp.), maximaal 1 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soorten door vaartuigen die kieuwnetten gebruiken;

iii) voor heek (Merluccius merluccius) en voor zeebarbelen (Mullus spp.), maximaal 1 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soorten door vaartuigen die de rapido (boomkor) gebruiken;

iv) voor tong (Solea solea), in 2017 en 2018 maximaal 3 % en in 2019 maximaal 2 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soort door vaartuigen die trawls gebruiken, en

v) voor tong (Solea solea), 0 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soort door vaartuigen die kieuwnetten gebruiken;

c) in het zuidoostelijke deel van de Middellandse Zee (punt 3 van de bijlage):

i) voor heek (Merluccius merluccius) en voor zeebarbelen (Mullus spp.), in 2017 en 2018 maximaal 7 % en in 2019 maximaal 6 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soorten door vaartuigen die trawls gebruiken;

ii) voor heek (Merluccius merluccius) en voor zeebarbelen (Mullus spp.), maximaal 1 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soorten door vaartuigen die kieuwnetten gebruiken, en

iii) voor roze diepzeegarnaal (Parapenaeus longirostris), in 2017 en 2018 maximaal 7 % en in 2019 maximaal 6 % van de totale jaarlijkse vangsten van deze soort door vaartuigen die trawls gebruiken.

Artikel 5

Lijst van vaartuigen

1.  Overeenkomstig de criteria in de bijlage bij deze verordening bepalen de betrokken lidstaten voor elke specifieke visserij welke vaartuigen onder de aanlandingsverplichting vallen.

2.  Uiterlijk op 31 december 2016 dienen de betrokken lidstaten bij de Commissie en bij de andere lidstaten via de beveiligde controlewebsite van de Unie de lijst in van alle vaartuigen die gericht op heek, zeebarbelen, tong en roze diepzeegarnaal vissen. De betrokken lidstaten werken deze lijsten bij.

Artikel 6

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing van 1 januari 2017 tot en met 31 december 2019.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.




BIJLAGE

▼M1

1.    Westelijk deel van de Middellandse Zee



Visserijen

Vistuig

Aanlandingsverplichting

Heek

(Merluccius merluccius(1)

Alle bodemtrawls

(OTB, OTT, PTB, TBN, TBS, TB, OT, PT, TX)

Als de totale aanlandingen per vaartuig van alle soorten in 2015 en 2016 voor meer dan 25 % uit heek bestonden, is de aanlandingsverplichting van toepassing op alle vangsten van heek.

Alle beuglijnen

(LL, LLS, LLD, LX, LTL, LHP, LHM)

Alle schakel- en kieuwnetten

(GNS, GN, GND, GNC, GTN, GTR, GEN)

Zeebarbelen (Mullus spp.)

FAO-codes: MUT, MUR, MUX (1)

Alle bodemtrawls

(OTB, OTT, PTB, TBN, TBS, TB, OT, PT, TX)

Als de totale aanlandingen per vaartuig van alle soorten in 2015 en 2016 voor meer dan 25 % uit zeebarbelen bestonden, is de aanlandingsverplichting van toepassing op alle vangsten van zeebarbelen.

Alle beuglijnen

(LL, LLS, LLD, LX, LTL, LHP, LHM)

Alle schakel- en kieuwnetten

(GNS, GN, GND, GNC, GTN, GTR, GEN)

Mediterrane sint-jakobsschelpen (Pecten jacobaeus), tapijtschelpen (Venerupis spp.), venusschelpen (Venus spp.)

Alle gemechaniseerde dreggen

HMD

 

Langoustine (Nephrops norvegicus)

Alle bodemtrawls

(OTB, OTT, PTB, TBN, TBS, TB, OT, PT, TX)

Alle vangsten van langoustine vallen onder de aanlandingsverplichting.

(1)   Vaartuigen die overeenkomstig deze verordening onder de aanlandingsverplichting voor deze visserij vallen, blijven op de lijst ondanks de wijziging van deze verordening bij Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/153, en blijven onder de aanlandingsverplichting voor deze visserij vallen.

▼B

2.    Adriatische Zee



Visserij

Vistuig

Aanlandingsverplichting

Heek (Merluccius merluccius), zeebarbeel (Mullus barbatus), tong (Solea solea)

Alle bodemtrawls

(OTB, OTT, PTB, TBN, TBS, TB, OT, PT, TX, TBB)

Wanneer de totale aanlandingen per vaartuig van alle soorten in 2014 en 2015 voor meer dan 25 % uit ofwel heek ofwel zeebarbeel ofwel tong bestonden, is de aanlandingsverplichting van toepassing op ofwel heek ofwel zeebarbeel ofwel tong ofwel op al die soorten samen.

Alle kieuw- en schakelnetten

(GNS, GN, GND, GNC, GTN, GTR, GEN)

3.    Zuidoostelijk deel van de Middellandse Zee



Visserij

Vistuig

Aanlandingsverplichting

Heek (Merluccius merluccius), zeebarbeel (Mullus barbatus), roze diepzeegarnaal (Parapenaeus longirostris)

Alle bodemtrawls

(OTB, OTT, PTB, TBN, TBS, TB, OT, PT, TX)

Wanneer de totale aanlandingen per vaartuig van alle soorten in 2014 en 2015 voor meer dan 25 % uit ofwel heek ofwel zeebarbeel ofwel roze diepzeegarnaal bestonden, is de aanlandingsverplichting van toepassing op ofwel heek ofwel zeebarbeel ofwel roze diepzeegarnaal ofwel op al die soorten samen.

Alle kieuw- en schakelnetten

(GNS, GN, GND, GNC, GTN, GTR, GEN)



( 1 ) Verordening (EU) nr. 1343/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 13 december 2011 tot vaststelling van een aantal bepalingen voor de visserij in het GFCM-overeenkomstgebied (General Fisheries Commission for the Mediterranean — Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee) en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1967/2006 van de Raad inzake beheersmaatregelen voor de duurzame exploitatie van visbestanden in de Middellandse Zee (PB L 347 van 30.12.2011, blz. 44).

( 2 ) De in deze verordening gebruikte vistuigcodes zijn die van bijlage XI bij Uitvoeringsverordening (EU) nr. 404/2011 van de Commissie van 8 april 2011 houdende bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EG) nr. 1224/2009 van de Raad tot vaststelling van een communautaire controleregeling die de naleving van de regels van het gemeenschappelijk visserijbeleid moet garanderen (PB L 122 van 30.4.2011, blz. 1). Voor vaartuigen met een lengte over alles van minder dan 10 m wordt in deze tabel gebruikgemaakt van de codes van de vistuigindeling van de FAO.

Top