Invoer en doorvoer van bepaalde hoefdieren

 

SAMENVATTING VAN:

Richtlijn 2004/68/EG — veterinairrechtelijke voorschriften voor de invoer in en de doorvoer via de EU van bepaalde levende hoefdieren

WAT IS HET DOEL VAN DE RICHTLIJN?

• In deze richtlijn worden veterinairrechtelijke voorschriften vastgesteld voor de invoer uit derde landen en de doorvoer door de EU, van bepaalde hoefdieren*, vermeld in bijlage I.
• Dieren die worden ingevoerd in of vervoerd door de EU moeten afkomstig zijn uit landen of regio’s die voorkomen op een lijst van geautoriseerde derde landen en vergezeld gaan van veterinaire certificaten. De betrokken derde landen moeten zich tevens aan bepaalde veterinairrechtelijke voorschriften houden.

KERNPUNTEN

Opstellen van de lijsten van geautoriseerde derde landen

De Europese Commissie stelt met hulp van het Permanent Comité voor planten, dieren, levensmiddelen en diervoeders een lijst op van derde landen van waaruit invoer is toegestaan. Bij het opstellen van deze lijsten houdt zij in het bijzonder rekening met de volgende punten:

• de gezondheidsstatus van de veestapel;
• de wetgeving van het derde land inzake diergezondheid en dierenwelzijn;
• de organisatie van de bevoegde veterinaire autoriteit en de inspectiediensten ervan;
• de naleving van de in de EU geldende veterinairrechtelijke voorschriften;
• het feit of het derde land lid is van het Internationaal Bureau voor besmettelijke veeziekten (OIE);
• de inkennisstelling van infectieziekten of besmettelijke ziekten binnen de daarvoor gestelde termijnen;
• de ervaringen bij vroegere invoer van levende dieren uit het derde land;
• de resultaten van de inspecties in het derde land;
• de in het derde land genomen maatregelen inzake preventie en bestrijding van infectieuze of besmettelijke dierziekten (zie bijlage II).

Specifieke veterinairrechtelijke voorschriften

De invoer in en doorvoer van dieren uit derde landen kan onderworpen zijn aan specifieke veterinairrechtelijke voorschriften, waarbij met de volgende punten rekening kan worden gehouden:

• de betrokken diersoort;
• de leeftijd en het geslacht van de dieren;
• de beoogde plaats van bestemming of het beoogde doel van de dieren;
• de noodzakelijke te treffen maatregelen na invoer van de dieren;
• eventuele bijzondere bepalingen in het kader van het handelsverkeer in de EU.

Garanties van derde landen

Geautoriseerde derde landen moeten garanderen dat de dieren door een officiële dierenarts zijn gecontroleerd en voldoen aan bepaalde veterinairrechtelijke voorwaarden.

Elke partij dieren moet vergezeld gaan van een veterinair certificaat waaruit blijkt dat de betrokken dieren vrij zijn van risico’s en dat bepaalde informatie bevat, zoals gegevens over de volksgezondheid, de gezondheid van dieren of het welzijn van dieren.

Hiervan kan worden afgeweken, afhankelijk van de bestemming van de dieren (dierentuinen, circussen, gezelschapsdieren, enz.) of afhankelijk van de maatregelen die in het derde land worden genomen om een in bijlage II vermelde ziekte te bestrijden.

Inspecties in derde landen

Deskundigen van de Commissie kunnen inspecties uitvoeren om na te gaan of de veterinairrechtelijke voorschriften van het land in overeenstemming met of gelijkwaardig zijn aan de EU-wetgeving.

Intrekking

Met Verordening (EU) nr. 2016/429 (diergezondheidswetgeving) wordt de richtlijn met ingang van 21 april 2021 ingetrokken.

VANAF WANNEER IS DE RICHTLIJN VAN TOEPASSING?

De richtlijn is sinds donderdag 20 mei 2004 van toepassing en moest voor zaterdag 19 november 2005 in de EU-landen zijn omgezet in nationale wetgeving.

ACHTERGROND

Richtlijn 2004/68/EG is vastgesteld als reactie op de uitbraken van mond- en klauwzeer en varkenspest in de EU.

KERNBEGRIPPEN

BELANGRIJKSTE DOCUMENT

Richtlijn 2004/68/EG van de Raad van 26 april 2004 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor de invoer in en de doorvoer via de Gemeenschap van bepaalde levende hoefdieren, tot wijziging van de Richtlijnen 90/426/EEG en 92/65/EEG en tot intrekking van Richtlijn 72/462/EEG (PB L 139 van 30.4.2004, blz. 319-359). Tekst opnieuw gepubliceerd in rectificatie (PB L 226 van 25.6.2004, blz. 128-143)

Achtereenvolgende wijzigingen aan Richtlijn 2004/68/EG werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Verordening (EU) 2016/429 van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 2016 betreffende overdraagbare dierziekten en tot wijziging en intrekking van bepaalde handelingen op het gebied van diergezondheid („diergezondheidswetgeving”) (PB L 84 van 31.3.2016, blz. 1-208)

Zie de geconsolideerde versie.

Verordening (EU) nr. 206/2010 van de Commissie van 12 maart 2010 tot vaststelling van lijsten van derde landen en gebieden, of delen daarvan, waaruit bepaalde dieren en vers vlees in de Europese Unie mogen worden binnengebracht, en van de voorschriften inzake veterinaire certificering (PB L 73 van 20.3.2010, blz. 1-121)

Zie geconsolideerde versie.

Laatste bijwerking 06.03.2019