EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31997R2457

Verordening (EG) nr. 2457/97 van de Commissie van 10 december 1997 betreffende het nemen van monsters in het kader van een fysieke controle op delen van rundvlees zonder been waarvoor uitvoerrestituties worden verleend

OJ L 340, 11.12.1997, p. 29–30 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 30/06/2002; opgeheven door 32002R0765

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1997/2457/oj

31997R2457

Verordening (EG) nr. 2457/97 van de Commissie van 10 december 1997 betreffende het nemen van monsters in het kader van een fysieke controle op delen van rundvlees zonder been waarvoor uitvoerrestituties worden verleend

Publicatieblad Nr. L 340 van 11/12/1997 blz. 0029 - 0030


VERORDENING (EG) Nr. 2457/97 VAN DE COMMISSIE van 10 december 1997 betreffende het nemen van monsters in het kader van een fysieke controle op delen van rundvlees zonder been waarvoor uitvoerrestituties worden verleend

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 805/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2321/97 (2), en met name op artikel 13, lid 12,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 386/90 van de Raad van 12 februari 1990 inzake de controle bij de uitvoer van landbouwproducten die in aanmerking komen voor restituties of andere bedragen (3), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 163/94 (4), en met name op artikel 6,

Overwegende dat het verschil tussen de wereldmarktprijzen en de communautaire prijzen voor de in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 805/68 bedoelde producten krachtens artikel 13 van die verordening kan worden overbrugd met een restitutie bij de uitvoer;

Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 3665/87 van de Commissie (5), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2114/97 (6), de gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen voor het stelsel van uitvoerrestituties voor landbouwproducten zijn vastgesteld;

Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (7), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2333/97 (8), de landbouwproductennomenclatuur voor de uitvoerrestituties is vastgesteld;

Overwegende dat in sector 5 van de bijlage bij Verordening (EEG) nr. 3846/87 betreffende de nomenclatuur voor rundvlees is bepaald dat restitutie wordt verleend voor o.m. bepaalde delen zonder been, op voorwaarde dat die afzonderlijk zijn verpakt en een minimumgehalte aan mager rundvlees hebben;

Overwegende dat de monsterneming niet op dezelfde manier gebeurt in de verschillende lidstaten en dat de gevolgen die ana niet-nakoming van de verplichtingen moeten worden verbonden, beter in overeenstemming moeten worden gebracht met de ernst van de geconstateerde feiten;

Overwegende dat de controlemonsters in principe worden genomen op het ogenblik dat de uitvoeraangifte wordt geverifieerd of dat het vlees onder het stelsel van douane-entrepots wordt geplaatst;

Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 2221/95 van de Commissie (9), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1167/97 (10), uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EEG) nr. 386/90 zijn vastgesteld; dat in deze verordening aanvullende uitvoeringsbepalingen worden vastgesteld; dat de in deze verordening voor de betrokken producten omschreven fysieke controle moet worden beschouwd als een fysieke controle wat de aard en de kenmerken van de producten betreft, in de zin van artikel 3 van Verordening (EEG) nr. 386/90;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor rundvlees,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1. Deze verordening geldt voor controles betreffende:

a) de verplichting om elk deel zonder been van de volgende productcodes afzonderlijk te verpakken:

- 0201 30 00 9100,

- 0201 30 00 9120,

- 0201 30 00 9150,

- 0202 30 90 9400;

b) de inachtneming van de minimumwaarde voor het gemiddelde gehalte aan mager vlees voor delen zonder been die onder de volgende productcodes vallen:

- 0201 30 00 9100,

- 0201 30 00 9120,

- 0201 30 00 9150,

- 0201 30 00 9190,

- 0202 30 90 9400,

- 0202 30 90 9500.

2. De omschrijving van de in lid 1 bedoelde producten is vermeld in sector 5 van de bijlage bij Verordening (EEG) nr. 3846/87.

Artikel 2

1. Het monster voor de fysieke controle bestaat uit twee volledige dozen die op twee verschillende plaatsen uit de partij worden genomen. De eerste doos is bestemd voor de instanties die met de controle zijn belast, de tweede wordt als reserve onder douanetoezicht geplaatst.

2. Onder partij wordt verstaan de hoeveelheid producten waarvoor de verklaring als bedoeld in artikel 3, lid 1, of, alleen wat de opslag betreft, artikel 25, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 3665/87, wordt aanvaard.

3. Overeenkomstig artikel 68 en onverminderd artikel 78 van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (11), worden de monsterneming en de controle verricht op het ogenblik dat de in lid 2 bedoelde verklaringen die zijn aanvaard, worden geverifieerd.

Artikel 3

1. Om te controleren of aan de in artikel 1, onder a), bedoelde voorwaarden wordt voldaan, onderzoeken de douaneautoriteiten of alle delen in de eerste doos ook afzonderlijk zijn verpakt en of elke verpakking ten hoogste één deel bevat. Als niet aan deze voorwaarden is voldaan, wordt het reservemonster op dezelfde manier onderzocht.

Als in beide dozen samen slechts één deel wordt aangetroffen dat niet ook afzonderlijk is verpakt of als slechts één verpakking meer dan één deel bevat, wordt dit niet als een onregelmatigheid beschouwd en wordt de restitutie toegekend op voorwaarde dat aan alle andere vereisten is voldaan.

Als niet aan de in de vorige alinea bedoelde voorwaarden is voldaan, wordt de voor de partij verschuldigde restitutie berekend op basis van een gecorrigeerd gewicht. Dit gecorrigeerde gewicht wordt verkregen door het aangegeven nettogewicht te verminderen met een percentage dat de verhouding weergeeft tussen het gewicht van de niet-conforme delen en het totale nettogewicht van het monster.

2. Om te controleren of aan de in artikel 1, onder b), bedoelde voorwaarden wordt voldaan, wordt de volledige inhoud van de eerste doos fijngehakt en gemengd tot een homogeen monster waarvan het gehalte kan worden onderzocht. Als dit gehalte niet het voorgeschreven percentage bereikt, wordt de inhoud van de tweede doos op dezelfde manier onderzocht. Als het gemiddelde van de twee dozen samen lager is dan de voorgeschreven minimumwaarde voor het gemiddelde gehalte aan mager vlees, wordt geen restitutie toegekend.

Artikel 4

Deze verordening geldt voor de fysieke controles wat de aard en de kenmerken van de producten betreft, als bedoeld in artikel 5 van Verordening (EG) nr. 2221/95.

Artikel 5

Deze verordening treedt in werking op 19 januari 1998.

Zij is van toepassing op transacties waarvoor een verklaring als bedoeld in artikel 3, lid 1, of, alleen wat de opslag betreft, artikel 25, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 3665/87, is aanvaard en waarvoor een uitvoercertificaat is afgegeven op of na de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 10 december 1997.

Voor de Commissie

Franz FISCHLER

Lid van de Commissie

(1) PB L 148 van 28. 6. 1968, blz. 24.

(2) PB L 322 van 25. 11. 1997, blz. 25.

(3) PB L 42 van 16. 2. 1990, blz. 6.

(4) PB L 24 van 29. 1. 1994, blz. 2.

(5) PB L 351 van 14. 12. 1987, blz. 1.

(6) PB L 295 van 29. 10. 1997, blz. 3.

(7) PB L 366 van 24. 12. 1987, blz. 1.

(8) PB L 323 van 26. 11. 1997, blz. 25.

(9) PB L 224 van 21. 9. 1995, blz. 13.

(10) PB L 169 van 27. 6. 1997, blz. 12.

(11) PB L 302 van 19. 10. 1992, blz. 1.

Top