Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot intrekking van richtlijn 87/372/EEG van de Raad inzake de voor een gecoördineerde invoering van openbare paneuropese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de Gemeenschap beschikbaar te stellen frequentiebanden /* COM/2007/0367 def. - COD 2007/0126 */
[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN | Brussel, 25.7.2007 COM(2007) 367 definitief 2007/0126 (COD) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Richtlijn 87/372/EEG van de Raad inzake de voor een gecoördineerde invoering van openbare paneuropese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de Gemeenschap beschikbaar te stellen frequentiebanden (door de Commissie ingediend) TOELICHTING CONTEXT VAN HET VOORSTEL | 110 | Motivering en doelstellingen van het voorstel Dit voorstel beoogt Richtlijn 87/372/EEG van de Raad van 25 juni 1987 inzake de voor een gecoördineerde invoering van openbare paneuropese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de Gemeenschap beschikbaar te stellen frequentiebanden (hierna de GSM-richtlijn genoemd) in te trekken teneinde het gebruik van dergelijke frequenties toe te staan voor systemen die elektronische communicatiediensten kunnen verschaffen die niet beperkt zijn tot GSM. Gestreefd wordt naar meer keuzemogelijkheden wat betreft diensten en technologieën met het oog op optimale concurrentie bij het gebruik van de tot dusverre door de GSM-richtlijn bestreken frequenties, terwijl er tegelijkertijd voor wordt gezorgd dat de diensten gecoördineerd blijven en de voortzetting van GSM-diensten wordt gewaarborgd. Dit betekent dat het gebruik van dit spectrum niet alleen moet worden toegestaan voor GSM maar ook voor andere paneuropese elektronische communicatiediensten. Om te beginnen zou UMTS kunnen worden toegelaten. Dit vergt nieuwe geharmoniseerde technische voorwaarden voor de spectrumband in kwestie, die vastgesteld moeten worden in overeenstemming met een besluit van de Commissie dat op basis van Beschikking nr. 676/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een regelgevingskader voor het radiospectrumbeleid in de Europese Gemeenschap (hierna de radiospectrumbeschikking genoemd) moet worden vastgesteld. | 120 | Algemene context Op grond van de GSM-richtlijn zijn de lidstaten momenteel verplicht de volledige 890-915 MHz en 935-960 MHz-frequentiebanden uitsluitend beschikbaar te stellen voor GSM. Deze beperking betekent dat de frequenties niet gebruikt kunnen worden door andere paneuropese systemen dan GSM, die geavanceerde interoperabele stem-, gegevens- en multimediadiensten met hoge bandbreedte kunnen verschaffen. Deze nieuwe paneuropese systemen zoals het UMTS-systeem, bieden meer mogelijkheden dan het GSM-systeem en kunnen sinds de vaststelling van de GSM-richtlijn twintig jaar geleden ook daadwerkelijk gebruikt worden dankzij technologische ontwikkelingen. Voorts is er een duidelijke markt voor verwante diensten. Aangezien de 900 MHz-band die onder de GSM-richtlijn ressorteert propagatie kenmerken heeft die het mogelijk maken om tegen lagere kosten grotere gebieden te bestrijken is deze beter geschikt om minder dichtbevolkte en plattelandsgebieden te bedienen dan hogere frequentiebanden. Door de GSM-richtlijn in te trekken zou de huidige beperking van spectrumgebruik tot GSM worden opgeheven maar dit zou wel moeten worden aangevuld met passende technische harmonisatiemaatregelen om de bestaande geharmoniseerde status van deze band in stand te houden en de bescherming van GSM-diensten die momenteel via deze frequenties worden aangeboden te waarborgen. Dit betekent dat technische voorwaarden die het mogelijk moeten maken dat nieuwe systemen waarvoor de 900 MHz-band moet worden geopend naast elkaar kunnen bestaan, samen met de GSM-systemen, wettelijk moeten worden vastgelegd. In overeenstemming met het beleid voor een betere regelgeving biedt de radiospectrumbeschikking de juridische instrumenten om dergelijke harmonisatiemaatregelen te kunnen goedkeuren. De beschikking voorziet in een mechanisme om verhoudingsgewijs snel te kunnen reageren op technische ontwikkelingen en in de vaststelling op EU-niveau van bindende technische harmonisatiemaatregelen in de vorm van besluiten van de Commissie die juridische zekerheid bieden voor het geharmoniseerd gebruik van de frequentieband. Zoals bepaald bij artikel 4, lid 2, van de radiospectrumbeschikking heeft de Commissie de Europese Conferentie van post- en telecommunicatieadministraties (hierna CEPT genoemd) op 5 juli 2006 een mandaat verleend in deze kwestie met betrekking tot de 900MHz (evenals de 1800 MHz-band). Om te beginnen onderzocht de CEPT of UMTS overal in de EG in de 900 en de 1800 MHz-band naast de GSM-netwerken kon worden ingevoerd in stedelijke, voorstedelijke en plattelandsgebieden en werden technische voorwaarden gedefinieerd die moeten zorgen voor een toereikende scheiding van draaggolffrequenties. Verdere technische voorwaarden voor het naast elkaar bestaan van GSM en andere systemen met paneuropese dekkingsmogelijkheden in deze band zullen in een later stadium worden gedefinieerd wanneer dergelijke systemen technisch worden omschreven. Hoewel de 900 MHz-band wordt opengesteld voor extra systemen moet het huidige gebruik van GSM in die frequentie in de gehele Gemeenschap beschermd blijven zo lang er nog een redelijke vraag naar deze dienst bestaat, gezien het grote belang van GSM-diensten voor het elektronische communicatiebeleid in de Gemeenschap. De Commissie vindt het tevens van fundamenteel belang dat bestaande gebruikers in aangrenzende frequentiebanden naar behoren beschermd worden en dat rekening wordt gehouden met toekomstige systemen voor luchtvaartcommunicatie boven de 960 MHz; deze systemen spelen namelijk een rol bij de verwezenlijking van de EU-beleidsdoelstellingen in deze sector. In de context van dit mandaat heeft de CEPT technisch adviezen verleend. Om te zorgen voor een maximale flexibiliteit bij het gebruik van de frequenties zouden de lidstaten tevens aanvullende systemen kunnen invoeren in de 900 MHz (en 1800 MHz)-band op nationaal niveau, naast GSM en andere terrestrische systemen die paneuropese elektronische communicatiediensten kunnen verschaffen mits dergelijke systemen naast deze paneuropese systemen kunnen bestaan. | 130 | Bestaande bepalingen op het gebied van het voorstel Het gebruik van de desbetreffende frequentiebanden valt onder de GSM-richtlijn die wordt ingetrokken; de Commissie gaat een besluit vaststellen dat overeenkomstig de radiospectrumbeschikking is voorbereid en vaststelling inhoudt van nieuwe geharmoniseerde voorwaarden voor spectrumgebruik die in werking moet treden wanneer de GSM-richtlijn daadwerkelijk wordt ingetrokken. | 140 | Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de EU Bij het radiospectrumbeleid moet rekening worden gehouden met de toenemende diversiteit van platforms voor radiotoegang voor openbare draadloze communicatiediensten en moet ervoor worden gezorgd dat de algemene beleidsdoelstelling om de interne EU-markt en het Europese concurrentievermogen te ontwikkelen wordt nageleefd door een gunstig regelgevingskader te scheppen zodat een uitgebreid gamma van mobiele diensten en toepassingen kan worden aangeboden. Het zal makkelijker zijn deze doelstelling te verwezenlijken wanneer men meer flexibiliteit introduceert bij het beheer van spectrum voor draadloze elektronische communicatie met behoud van harmonisering waar nodig. Overeenkomstig de WAPECS-aanpak (Wireless Access Policy for Electronic Communications Services), die werd toegelicht door de Beleidsgroep Radiospectrum (hierna BRS genoemd) in zijn advies van 23 november 2005, waarin neutraliteit van technologie en diensten als beleidsdoelen worden vastgesteld om een meer flexibel en doelmatig spectrumgebruik te kunnen verwezenlijken moeten, over het algemeen, minder beperkende technische voorwaarden gelden voor het gebruik van frequenties. Deze doelstellingen kunnen geleidelijk worden ingevoerd om verstoring van de markt te voorkomen. In haar mededeling "Snelle toegang tot het spectrum voor draadloze elektronische communicatiediensten door meer flexibiliteit"[1] drong de Commissie tevens aan op een meer flexibel spectrumgebruik en wees zij op de noodzaak van een samenhangende en aangepaste oplossing voor de invoering van een meer flexibel spectrumgebruik voor elektronische communicatiediensten wat betreft tweede (GSM) en derde generatie (UMTS bijv.) communicatiediensten. | RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELING | Raadpleging van belanghebbende partijen | 211 | Wijze van raadpleging, belangrijkste geraadpleegde sectoren en algemeen profiel van de respondenten De Commissie heeft het gebruik van de 900 MHz-frequentieband, de ontwikkeling van IMT-2000 systemen, met inbegrip van UMTS, en de ontwikkeling van spectrumgebruik naar meer flexibiliteit op de voet gevolgd. Op 21 februari 2006 werd in Brussel een workshop georganiseerd over WAPECS. Op grond van een mandaat van 5 juli 2006 van de Commissie hebben de CEPT en haar Comité voor elektronische communicatie (ECC) verschillende studies uitgevoerd die vervolgens werden ingediend bij de Radiospectrumcomité (hierna RSC) en de Commissie; deze omvatten ECC-verslag nr. 82 inzake de compatibiliteit van UMTS in de GSM 900- en de GSM 1800-frequentieband (mei 2006), en ECC-verslag nr. 96 inzake de compatibiliteit tussen UMTS 900/1800 en systemen in aangrenzende frequentiebanden (maart 2007). Deze verslagen werden onderworpen aan een openbare raadpleging onder auspiciën van de ECC. De ECC heeft sedert 1997 studies uitgevoerd en een reeks verslagen opgesteld met betrekking tot de tenuitvoerlegging van UMTS en onderzoek gedaan naar het huidige en toekomstige gebruik van de 900 MHz-frequentieband. De CEPT onderhoudt banden met normalisatie-instanties die zich bezighouden met de reeks IMT-2000 normen (met inbegrip van UMTS), zoals het derdegeneratie-partnerschapsproject (3GPP) waarin instanties voor telecommunicatienormen van de verschillende regio's zijn vertegenwoordigd (ARIB, CCSA, ETSI, ATIS, TTA, en TTC) en waarbij het bedrijfsleven betrokken werd om systeemspecificaties uit te werken. Op basis van deze informatie onderzocht de ECC de mogelijkheid om UMTS-kanalen in te voeren in frequenties die door GSM worden gebruikt zonder dat de aangrenzende GSM-kanalen hierdoor storing zouden ondervinden. Daarnaast wordt onderzoek gedaan met betrekking tot andere systemen die ook onder de IMT-2000 normen van de ITU vallen. Voorts zijn er studies uitgevoerd over de potentiële impact op diensten en systemen in aangrenzende frequentiebanden. Nationale autoriteiten, het Europese normalisatie-instituut voor telecommunicatie (ETSI), het bedrijfsleven, gebruikersgroeperingen en andere belanghebbenden hebben deel genomen aan een specifiek projectteam (PT1) van de ECC, waar informatie over systemen in de aangrenzende frequentiebanden werd verzameld en onderzocht. In 2006 organiseerde de ECC een openbare raadpleging alvorens besluit ECC/DEC/(06)13 vast te stellen waarin wordt aanbevolen de 900-MHz en de 1800-MHz frequentiebanden open te stellen voor andere systemen dan GSM. | 212 | Samenvatting van de reacties en hoe daarmee rekening is gehouden Uit de ECC-verslagen blijkt dat UMTS-netwerken kunnen worden ingevoerd naast GSM900/1800-netwerken in stedelijke, voorstedelijke en plattelandsgebieden wanneer een passende afstand wordt gehanteerd tussen de draaggolffrequenties. Het eerste systeem dat in de 900 MHz-band moet worden ingevoerd is dan ook UMTS dat van belang is zowel uit technisch oogpunt als voor het EG-beleid omdat hiermee de verdere invoering van paneuropese elektronische communicatiediensten mogelijk zou worden zodat alle consumenten in de Gemeenschap toegang krijgen tot dezelfde of wat functionaliteit betreft gelijkwaardige diensten. Uit de openbare raadpleging die door de ECC voor de Commissie werd uitgevoerd met betrekking tot verslagen nr. 82 en 96 kwam naar voren dat er uitgebreide steun bestaat bij de mobiele industrie voor openstelling van de voorheen voor GSM ter beschikking gestelde frequentiebanden omdat dit duidelijke voordelen zou hebben voor zowel industrie als consumenten. Een aantal gebruikers in aangrenzende frequentiebanden toonde zich aanvankelijk ongerust omdat openstelling wellicht storing tot gevolg zou hebben, maar in het desbetreffende CEPT-verslag nr. 96 een oplossing hiervoor voorgesteld en in artikel 3 van het toekomstig besluit van de Commissie, dat in de plaats komt van de GSM-richtlijn, wordt hiervoor uitdrukkelijk bescherming geboden. | Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid | 221 | Betrokken wetenschaps- en kennisgebieden Spectrumbeheer, elektronische communicatie; technische expertise van de CEPT en van de normalisatie-instanties. | 222 | Gebruikte instrumenten Zoals bepaald in de radiospectrumbeschikking heeft de Commissie de CEPT een mandaat verleend dat een verslag opleverde dat de Commissie, hierin bijgestaan door het Radiospectrumcomité, heeft onderzocht. Ook werd rekening gehouden met de mening van gebruikers van aangrenzende frequentiebanden. Voorts achtte de Commissie het overeenkomstig artikel 4, lid 4, van de radiospectrumbeschikking noodzakelijk ervoor te zorgen dat nieuwe systemen passende bescherming bieden voor bestaande systemen in aangrenzende frequentiebanden en eventueel rekening moeten houden met toekomstige luchtvaartcommunicatiesystemen boven de 960MHz die een ondersteuning vormen van het Europees vervoerbeleid. | 223 | Belangrijkste geraadpleegde organisaties en deskundigen Nationale autoriteiten, het ETSI, GSM- en derdegeneratie-gebruikers, exploitanten van communicatiediensten, fabrikanten en andere belanghebbende partijen. | 2249 | Samenvatting van de ingewonnen en benutte adviezen Er wordt geen melding gemaakt van potentiële ernstige risico’s met onomkeerbare gevolgen. | 225 | Uit de ECC-verslagen maakte de Commissie op dat het gebruik van de frequentieband voor GSM gedeeld zou kunnen worden met UMTS als alternatief pan-Europees communicatiesysteem om zo de beleidsdoelstellingen van de EG op het gebied van elektronische communicatie te kunnen verwezenlijken. Om doelmatiger gebruik te kunnen maken van de 900 MHz-band zou de GSM-richtlijn moeten worden ingetrokken en een nieuw geharmoniseerd plan moeten worden ingevoerd door middel van een besluit van de Commissie. | 226 | Wijze waarop het deskundigenadvies beschikbaar is gemaakt voor het publiek De CEPT-verslagen kunnen worden geraadpleegd op: http://www.ero.dk/documentation/docs/docfiles.asp?docid=2168&wd=N http://www.ero.dk/documentation/docs/docfiles.asp?docid=2201&wd=N. en de verslagen aan het RSC op: http://ec.europa.eu/information_society/policy/radio_spectrum/docs/ref_docs/rsc18_public_docs/rsc06_99_ecc_int_rep_wapecs.pdf. | 230 | Effectbeoordeling Omdat via zelfregulering, coregulering of regulering door de nationale autoriteiten de GSM-richtlijn niet kon worden ingetrokken zodat kon worden gezorgd voor een tijdige en geharmoniseerde invoering van een nieuw plan om de EG-beleidsdoelstellingen te verwezenlijken, is een richtlijn van de Raad en het Europees Parlement nodig om de GSM-richtlijn in te trekken. Wanneer de richtlijn eenmaal is ingetrokken wordt een overeenkomstig de radiospectrumbeschikking opgesteld besluit van de Commissie vastgesteld dat een nieuwe harmoniseringsmaatregel moet invoeren die is voorbereid door de Commissie, hierin technisch bijgestaan door de CEPT en het RSC. Het nieuwe plan zou ten goede komen aan de gehele elektronische-communicatiesector en de consument. Het is belangrijk voor de interne markt dat de voorwaarden voor het gebruik van de 900 MHz-band zowel open als geharmoniseerd zijn op EU-niveau zodat de invoering van paneuropese diensten kan worden vergemakkelijkt en consumenten zoveel mogelijk vrijheid krijgen bij de keuze van diensten en spectrumgebruikers bij de keuze van technologie. Beschikbaarheid van radiospectrum zal bijdragen tot de verwezenlijking van de Lissabonagenda en het i2010 initiatief– Een Europese informatiemaatschappij voor groei en werkgelegenheid[2] om het potentieel te benutten van de digitale economie om groei, banen en wijdverspreide beschikbaarheid van moderne diensten te verschaffen. Met name de Europese burger zou profiteren van de nieuwe maatregel omdat er minder obstakels zouden zijn voor de invoering van geavanceerde mobiele communicatiediensten en de geografische digitale kloof zou worden gedicht. Andere systemen dan GSM zullen zich waarschijnlijk sneller ontwikkelen en geografisch in Europa verspreiden, met name in plattelandsgebieden. Voor nieuwe hoogwaardige draadloze gegevens- en multimediadiensten (bijv. internetbrowsing en mobiele televisie) is toegang tot netwerken nodig zoals 3G mobiele netwerken die gebruik maken van UMTS technologie die hogere datasnelheden kan bieden dan GSM. De maatregel zou tevens een verbetering inhouden van de diensten en de kosten verlagen voor de consument. 3G mobiele netwerken zijn momenteel beperkt tot de hogere frequenties die minder gunstige verspreidingskenmerken bieden dan de 900 MHz-band en dan ook hogere kosten met zich brengen voor de invoering van het netwerk. Het gebruik van hogere frequenties is bovendien minder geschikt om door te dringen in gebouwen zodat dit ten koste zal gaan van de kwaliteit van de dienstverlening en de prijzen voor de consument. Tot slot zou de maatregel bijdragen aan de economische ontwikkeling van de sector door de invoering van geavanceerde mobiele communicatiediensten te vergemakkelijken. Ze zal nieuwe inkomstenstromen genereren voor exploitanten en de vraag naar apparatuur (netwerkinfrastructuur, nieuwegeneratie-terminals) verhogen. De maatregel zou een positief effect hebben op het milieu omdat het aantal basisstations door het gebruik van lagere frequenties zou kunnen worden teruggebracht; ook het risico van geschillen over geschikte locaties voor deze basisstations zou hierdoor afnemen. De voorgestelde maatregelen doen niets af aan de noodzaak te blijven zorgen voor de bescherming van de gezondheid tegen elektromagnetische emissies. Deze kwestie valt onder Richtlijn 2004/40/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de minimumvoorschriften inzake gezondheid en veiligheid met betrekking tot de blootstelling van werknemers aan de risico’s van fysische agentia (elektromagnetische velden) en Aanbeveling 1999/519/EG van de Raad van 12 juli 1999 betreffende de beperking van blootstelling van de bevolking aan elektromagnetische velden (0 Hz-300 GHz). Om ervoor te zorgen dat radioapparatuur de gezondheid niet schaadt moet dergelijke apparatuur voldoen aan de minimumeisen van Richtlijn 1999/5/EG van het Europees Parlement en de Raad van 9 maart 1999 betreffende radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur en de wederzijdse erkenning van hun conformiteit (de R&TTE Richtlijn). De Commissie houdt nauw toezicht op de gevolgen voor de gezondheid van elektromagnetische velden; haar Wetenschappelijk Comité over nieuwe en recent vastgestelde gezondheidsrisico’s (SCENIHR) heeft onlangs een uitgebreid overzicht opgesteld van nieuwe wetenschappelijke gegevens afkomstig van recente studies. | JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL | 305 | Samenvatting van de voorgestelde maatregel Om het gebruik van de 900 MHZ- en 1800 MHz-band te kunnen toestaan overeenkomstig de EG-beleidsdoelstellingen en de vraag van de markt naar mobiele communicatie, wordt voorgesteld Richtlijn 87/372/EEG in te trekken en een besluit van de Commissie vast te stellen overeenkomstig de radiospectrumbeschikking, waarmee de nieuwe gebruiksvoorwaarden voor de frequenties in kwestie worden geharmoniseerd en aanvullende meer geavanceerde paneuropese mobiele communicatiediensten mogelijk worden gemaakt. | 310 | Rechtsgrond Artikel 95 van het EG-Verdrag. | 320 | Subsidiariteitsbeginsel Het subsidiariteitsbeginsel is van toepassing voor zover het voorstel niet onder de exclusieve bevoegdheid van de EG valt. | De doelstellingen van het voorstel kunnen om de volgende redenen niet in voldoende mate op het niveau van de afzonderlijke lidstaten worden verwezenlijkt. | 321 | De lidstaten kunnen ieder afzonderlijk niet naar behoren zorg dragen voor een geharmoniseerd gebruik van de 900 MHz-band; dit kan beter worden bereikt op EG-niveau door maatregelen op het gebied van de interne markt, die worden vastgesteld in het kader van de radiospectrumbeschikking. De vaststelling van een nieuw plan vraagt echter intrekking van de GSM-richtlijn. | 323 | Intrekking van de GSM-richtlijn kan alleen gebeuren op EG-niveau middels een richtlijn. De nieuwe geharmoniseerde technische voorwaarden voor het gebruik van de 900 MHz-band moeten worden vastgesteld op EG-niveau om ervoor te zorgen dat de EG-beleidsdoelstellingen tijdig en op geharmoniseerde wijze worden verwezenlijkt. | Met EG-maatregelen zullen de doelstellingen van het voorstel beter kunnen worden verwezenlijkt en wel om de volgende redenen. | 324 | Intrekking van de GSM-richtlijn en goedkeuring van voorwaarden voor het naast elkaar bestaan van GSM en UMTS door middel van een bindende EG-harmonisatiemaatregel is noodzakelijk om te zorgen voor een tijdige en geharmoniseerde invoering van de nieuwe voorwaarden voor spectrumgebruik in de lidstaten. Zonder een dergelijke EG-maatregel kan een tijdige en geharmoniseerde oplossing niet worden gewaarborgd. | 325 | De GSM-richtlijn houdt in dat andere paneuropese systemen zoals UMTS geen gebruik kunnen maken van de 900 MHz-band en vormt derhalve een obstakel voor de ontwikkeling van de informatiemaatschappij in de EU. Een geharmoniseerd gebruik van de 900 MHz-band kan aanvullende toepassingen bevorderen die voldoen aan de huidige EG-beleidsdoelstellingen. | Het voorstel is derhalve conform het subsidiariteitsbeginsel. | Evenredigheidsbeginsel Het voorstel is om de volgende reden(en) in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel. | 331 | De GSM-richtlijn zal worden ingetrokken en de Commissie zal, hierin bijgestaan door het RSC, nieuwe technische voorwaarden invoeren voor de 900 MHz-band maar tegelijkertijd de GSM-dienstverlening in stand houden. De voorgestelde maatregelen zijn beperkt tot spectrumbanden die van belang zijn voor elektronische communicatiediensten voor paneuropese toepassingen. Met het oog op de ontwikkeling van technologie en consumentenbehoeften, zou toezicht moeten worden gehouden op deze frequenties zodat aanvullende paneuropese systemen eveneens kunnen worden ingevoerd en naast GSM en UMTS kunnen bestaan. De maatregel heeft geen betrekking op de afgifte door de lidstaten van rechten om gebruik te mogen maken van spectrum. Waar mogelijk kunnen de lidstaten ook aanvullende systemen invoeren in deze frequentieband mits deze kunnen samengaan met GSM-systemen en andere paneuropese systemen die zijn opgenomen in de bijlage – te beginnen met UMTS – op hun eigen grondgebied en in aangrenzende lidstaten. | 332 | De nieuwe technische voorwaarden werden uitgewerkt met technische bijstand van de CEPT en nationale deskundigen zonder dat dit een nieuwe onnodige financiële of administratieve belasting op EG, nationaal of regionaal niveau inhield. Met deze voorwaarden zullen nieuwe schaalvoordelen kunnen worden geboden, plattelandsgebieden beter worden bestreken en exploitanten en gebruikers aanvullende en meer doelmatige diensten kunnen worden verleend in de EG. | Instrumenten | 341 | Voorgestelde instrumenten: richtlijn overeenkomstig artikel 95 EG. | 342 | Andere instrumenten zouden om de volgende reden(en) ongeschikt zijn. Alleen met een richtlijn kan de GSM-richtlijn worden ingetrokken die werd vastgesteld op basis van (oud) artikel 100 van het EG-Verdrag. Het gebruik van GSM dat bij deze richtlijn mogelijk werd, blijft beschermd maar met dit besluit kunnen ook andere paneuropese systemen, om te beginnen UMTS, naast GSM blijven bestaan in de 900 MHz-band. | GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING | 409 | Het voorstel heeft geen gevolgen voor de communautaire begroting. | AANVULLENDE INFORMATIE | 510 | Vereenvoudiging | 511 | Het voorstel voorziet in een betere regelgeving en vereenvoudiging van de wetgeving en de administratieve procedures van (EU- of nationale) overheidsinstanties alsmede de administratieve procedures voor particulieren. De in te trekken GSM-richtlijn vormt een obstakel voor de technologische vooruitgang en maakt dat industrie en consumenten geen passend spectrum krijgen voor nieuwe geavanceerde diensten. | 512 | Het intrekken van de richtlijn en de vaststelling van een harmonisatiemaatregel waarin nieuwe gebruiksvoorwaarden worden vastgesteld, houden een verandering in van de regelgevingsaanpak die in overeenstemming is met de intentie van de radiospectrumbeschikking om de technische aspecten van het spectrumbeheer te handhaven op het niveau van de uitvoeringsmaatregelen zodat het Europees Parlement en de Raad niet langer belast worden met de gedetailleerde technische aspecten. | 513 | Spectrumharmonisatie zal de taak van de nationale autoriteiten vergemakkelijken en aan hun verwachtingen beantwoorden. | 514 | De voorwaarden voor geharmoniseerd spectrumgebruik zullen nieuwe mogelijkheden openen voor exploitanten en gebruikers van mobiele communicatie, met name in plattelandsgebieden. | 516 | Het voorstel is opgenomen in het doorlopende programma van de Commissie voor bijwerking en vereenvoudiging van het acquis communautaire. | 520 | Intrekking van bestaande wetgeving De goedkeuring van het voorstel houdt de intrekking van bestaande wetgeving in. | 560 | Europese Economische Ruimte De voorgestelde richtlijn is relevant voor de EER en dient derhalve ook voor de EER te gelden. | 1. 2007/0126 (COD) Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot intrekking van Richtlijn 87/372/EEG van de Raad inzake de voor een gecoördineerde invoering van openbare paneuropese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de Gemeenschap beschikbaar te stellen frequentiebanden (voor de EER relevante tekst) HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name op artikel 95, Gezien het voorstel van de Commissie[3], Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité[4], Gezien het advies van het Comité van de Regio's[5], Handelend volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap[6], Overwegende hetgeen volgt: (1) De 890-915 en 935-960 MHz-frequentiebanden (de 900 MHz-band) werden beschikbaar werden gesteld voor en ingenomen door de openbare paneuropese cellulaire digitale mobiele communicatiedienst, die in elke lidstaat wordt aangeboden volgens gemeenschappelijke specificaties welke zijn vastgesteld bij Richtlijn 87/372/EEG van de Raad van 25 juni 1987 inzake de voor een gecoördineerde invoering van openbare paneuropese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de Gemeenschap beschikbaar te stellen frequentiebanden[7], aangevuld bij de Aanbeveling van de Raad van 25 juni 1987 inzake de gecoördineerde invoering van openbare paneuropese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de Gemeenschap[8] en bij de Resolutie van de Raad van 14 december 1990 betreffende de eindfase van de tenuitvoerlegging van de gecoördineerde invoering van openbare paneuropese digitale cellulaire mobiele communicatie te land in de Gemeenschap (GSM)[9]. (2) Om een bijdrage te leveren aan de doelstellingen van het i2010-initiatief "Een Europese informatiemaatschappij voor groei en werkgelegenheid"[10] en met het oog op de interne markt en optimale concurrentie, zou het gebruik van de 900 MHz-band zoveel mogelijk moeten worden geopend voor aanvullende technologieën mits dit gecoördineerd wordt om compatibele paneuropese diensten kunnen invoeren en de gebruikers tegelijkertijd zoveel mogelijk vrijheid te geven bij de keuze van diensten en technologieën. (3) Marktontwikkelingen hebben ertoe geleid dat het bedrijfsleven positief staat tegenover het opheffen van de reservering van de 900 MHz-band voor GSM, zodat nieuwe digitale technologieën die innoverende paneuropese diensten kunnen verschaffen en naast GSM kunnen bestaan, kunnen worden ingevoerd in de 890-915 en 935-960 MHz-frequentiebanden. Dankzij hun verspreidingsmogelijkheden kunnen met deze frequenties grotere afstanden worden bestreken dan met hogere frequenties zodat moderne stem-, gegevens- en multimediadiensten beschikbaar kunnen worden gesteld in minder dichtbevolkte en plattelandsgebieden. (4) Bij Beschikking nr. 676/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een regelgevingskader voor het radiospectrumbeleid in de Europese Gemeenschap (radiospectrumbeschikking)[11] werd een communautair beleids- en wetgevingskader vastgesteld met het oog op het garanderen van de coördinatie van de beleidsaanpak en in voorkomend geval de harmonisatie van de voorwaarden inzake beschikbaarheid en efficiënt gebruik van het radiospectrum die vereist zijn voor het tot stand brengen en het functioneren van de interne markt. Deze beschikking biedt de Commissie voorts de mogelijkheid technische uitvoeringsmaatregelen te nemen om te zorgen voor geharmoniseerde voorwaarden voor beschikbaarheid en efficiënt gebruik van het radiospectrum. (5) Overeenkomstig de beginselen en doelstellingen van de radiospectrumbeschikking heeft de Commissie de Europese Conferentie van post- en telecommunicatieadministraties (CEPT) een aanvankelijk mandaat verleend om de minst beperkende technische voorwaarden te ontwikkelen voor frequentiebanden, met inbegrip van de 900 MHz-band. (6) Overeenkomstig het mandaat formuleerde de CEPT technische voorwaarden die het mogelijk moeten maken dat UMTS en GSM naast elkaar in de 900 MHz-band kunnen functioneren, uitgaande van het beginsel dat aangezien de 900 MHz-band was toegewezen aan en het meest gebruikt werd voor GSM-systemen in de Gemeenschap, dit wel moet betekenen dat GSM en UMTS volledig compatibel zijn zodat het huidige gebruik van de 900 MHz-band door GSM in de gehele Gemeenschap beschermd blijft zo lang hier vraag naar is. (7) Om de beperking op het gebruik van de 900 MHz-band tot GSM op te heffen zodat daar naast GSM-systemen nieuwe digitale technologieën kunnen worden ontwikkeld, moet Richtlijn 87/372/EEG worden ingetrokken. HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD: Artikel 1 Richtlijn 87/372/EEG van de Raad wordt ingetrokken met ingang van ... Artikel 2 Deze richtlijn treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie. Artikel 3 Deze richtlijn is gericht tot de lidstaten. Gedaan te Brussel, Voor het Europees Parlement Voor de Raad De Voorzitter De Voorzitter [pic][pic][pic][pic][pic][pic] [1] COM(2007) 50. [2] Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s, COM(2005) 229 def. [3] PB C van , blz. [4] PB C van , blz. . [5] PB C van , blz. . [6] PB C van , blz. . [7] PB L 196 van 17.7.1987, blz. 85. [8] PB L 196 van 17.7.1987, blz. 81. [9] PB 329 van 31.12.1990, blz. 5. [10] Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s, COM(2005) 229 def. [11] PB L 108 van 24.4.2002, blz. 1.