201711170041555422017/C 412/275732017CJC41220171204NL01NLINFO_JUDICIAL20170928181811

Zaak C-573/17: Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Rechtbank Amsterdam (Nederland) op 28 september 2017 — Openbaar Ministerie tegen Daniel Adam Popławski


C4122017NL1810120170928NL0027181181

Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door de Rechtbank Amsterdam (Nederland) op 28 september 2017 — Openbaar Ministerie tegen Daniel Adam Popławski

(Zaak C-573/17)

2017/C 412/27Procestaal: Nederlands

Verwijzende rechter

Rechtbank Amsterdam

Partijen in het hoofdgeding

Verzoeker: Openbaar Ministerie

Verweerder: Daniel Adam Popławski

Prejudiciële vragen

1)

Als de uitvoerende rechterlijke autoriteit de nationale bepalingen ter uitvoering van een kaderbesluit niet zodanig kan uitleggen dat de toepassing daarvan tot een kaderbesluitconform resultaat leidt, moet zij dan op grond van het voorrangsbeginsel die met de bepalingen van dat kaderbesluit onverenigbare nationale bepalingen buiten toepassing laten?

2)

Is een verklaring van een lidstaat als bedoeld in artikel 28, tweede lid, van kaderbesluit 2008/909/JBZ ( 1 ) die hij niet, op het tijdstip van aanneming van dit kaderbesluit’, maar op een later tijdstip heeft afgelegd, rechtsgeldig?


( 1 ) Kaderbesluit 2008/909/JBZ van de Raad van 27 november 2008 inzake de toepassing van het beginsel van wederzijdse erkenning op strafvonnissen waarbij vrijheidsstraffen of tot vrijheidsbeneming strekkende maatregelen zijn opgelegd, met het oog op de tenuitvoerlegging ervan in de Europese Unie (PB 2008, L 327, blz. 27).