20.11.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 392/14


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundesgerichtshof (Duitsland) op 25 augustus 2017 — Spiegel Online GmbH/Volker Beck

(Zaak C-516/17)

(2017/C 392/19)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Bundesgerichtshof

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekster tot „Revision”: Spiegel Online GmbH

Verweerder in „Revison”: Volker Beck

Prejudiciële vragen

1)

Is er discretionaire ruimte bij de omzetting in nationaal recht van de Unierechtelijke bepalingen inzake de in artikel 5, lid 3, van richtlijn 2001/29/EG (1) vervatte beperkingen of restricties op de rechten [bedoeld in de artikelen 2 en 3 van die richtlijn]?

2)

Op welke manier dienen de grondrechten van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (hierna: „Handvest”) in aanmerking te worden genomen bij de vaststelling van de omvang van de in artikel 5, lid 3, van richtlijn 2001/29/EG opgenomen beperkingen of restricties op zowel het uitsluitende reproductierecht van auteurs [artikel 2, onder a), van richtlijn 2001/29/EG] als het uitsluitende recht van mededeling van hun werken aan het publiek, met inbegrip van de beschikbaarstelling van hun werken voor het publiek (artikel 3, lid 1, van richtlijn 2001/29/EG)?

3)

Kunnen de grondrechten op informatievrijheid (artikel 11, lid 1, tweede zin, van het Handvest) of persvrijheid (artikel 11, lid 2, van het Handvest) een rechtvaardiging bieden voor niet onder artikel 5, lid 3, van richtlijn 2001/29/EG vallende beperkingen of restricties op zowel het uitsluitende reproductierecht van auteurs [artikel 2, onder a), van richtlijn 2001/29/EG] als het uitsluitende recht van mededeling van hun werken aan het publiek, met inbegrip van de beschikbaarstelling van hun werken voor het publiek (artikel 3, lid 1, van richtlijn 2001/29/EG)?

4)

Is het niet reeds op grond van het feit dat een mediaonderneming de mogelijkheid had de auteur vooraf om toestemming te verzoeken voor de beschikbaarstelling van zijn werken, en dat dit van die onderneming redelijkerwijs kon worden verwacht, uitgesloten dat de beschikbaarstelling van die door het auteursrecht beschermde werken voor het publiek op het webportaal van de mediaonderneming wordt aangemerkt als verslaggeving over actuele gebeurtenissen als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder c), tweede geval, van richtlijn 2001/29/EG, waarvoor geen toestemming vereist is?

5)

Is er van publicatie met het oog op citeren als bedoeld in artikel 5, lid 3, onder d), van richtlijn 2001/29/EG geen sprake wanneer geciteerde werken of gedeelten daarvan niet onlosmakelijk in de nieuwe tekst worden geïntegreerd — bijvoorbeeld in de vorm van inspringende tekst of voetnoten –, maar voor het publiek beschikbaar worden gesteld op het internet in de vorm van aanklikbare pdf-bestanden die los van de nieuwe tekst kunnen worden gedownload?

6)

Is het voor de beantwoording van de vraag wanneer een werk in de zin van artikel 5, lid 3, onder d), van richtlijn 2001/29/EG geacht wordt reeds op geoorloofde wijze voor het publiek beschikbaar te zijn gesteld, van doorslaggevend belang of dat werk in de betrokken specifieke vorm reeds met toestemming van de auteur is gepubliceerd?


(1)  Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad van 22 mei 2001 betreffende de harmonisatie van bepaalde aspecten van het auteursrecht en de naburige rechten in de informatiemaatschappij (PB 2001, L 167, blz. 10).