20.4.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 127/30 |
Beroep ingesteld op 26 december 2014 — Slovak Telekom/Commissie
(Zaak T-851/14)
(2015/C 127/42)
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partij: Slovak Telekom a.s. (Bratislava, Slowaakse Republiek) (vertegenwoordigers: D. Geradin, advocaat, en R. O’Donoghue, Barrister)
Verwerende partij: Europese Commissie
Conclusies
— |
het beroep ontvankelijk verklaren; |
— |
de artikelen 1 en 2 van het bestreden besluit nietig verklaren voor zover deze betrekking hebben op verzoekster; |
— |
subsidiair, de in artikel 2 van het bestreden besluit aan verzoekster opgelegde geldboete verlagen; |
— |
de Commissie verwijzen in de kosten; |
— |
ingeval het Gerecht het beroep niet-ontvankelijk of ongegrond acht, elke partij in haar eigen kosten verwijzen. |
Middelen en voornaamste argumenten
Met haar beroep vordert verzoekster nietigverklaring van het besluit van de Commissie van 16 oktober 2014 (AT.39523 — Slovak Telecom), waarbij aan verzoekster en haar moedermaatschappij op grond van artikel 102 VWEU en artikel 54 van de EER-overeenkomst geldboetes zijn opgelegd voor misbruik op de Slovaakse breedbandmarkt.
Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster vijf middelen aan.
1. |
Eerste middel, inhoudend dat de Commissie blijk heeft gegeven van onjuiste rechtsopvattingen en een kennelijke beoordelingsfout heeft gemaakt door tot de conclusie te komen dat verzoekster zich schuldig heeft gemaakt aan een onrechtmatige weigering tot levering. |
2. |
Tweede middel, inhoudend dat de Commissie de rechten van verdediging van verzoekster heeft geschonden in verband met haar beoordeling of er sprake was van margeuitholling. Verzoekster voert het volgende aan:
|
3. |
Derde middel, inhoudend dat de Commissie blijk heeft gegeven van onjuiste feitelijke en/of rechtsopvattingen en/of een kennelijke beoordelingsfout heeft gemaakt door tot de conclusie te komen dat de gedragingen van verzoekster tot margeuitholling leidden. Verzoekster betoogt het volgende:
|
4. |
Vierde middel, inhoudend dat de Commissie blijk heeft gegeven van onjuiste rechtsopvattingen en een kennelijke beoordelingsfout heeft gemaakt door tot de conclusie te komen dat verzoekster en Deutsche Telekom deel uitmaken van dezelfde onderneming en dat zij beide aansprakelijk zijn voor de vermeende inbreuk van verzoekster. |
5. |
Vijfde middel, inhoudend dat de Commissie bij de vaststelling van de hoogte van de geldboete blijk heeft gegeven van onjuiste rechtsopvattingen en een kennelijke beoordelingsfout heeft gemaakt alsmede het beginsel van gelijke behandeling heeft geschonden. |