EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52006DC0491

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Jaarverslag Tempus 2005

/* COM/2006/0491 def. */

52006DC0491

Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's - Jaarverslag Tempus 2005 /* COM/2006/0491 def. */


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 25.8.2006

COM(2006) 491 definitief

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD, HET EUROPEES PARLEMENT, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO’S

Jaarverslag Tempus 2005

MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD, HET EUROPEES PARLEMENT, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO’S

Jaarverslag Tempus 2005

1. VOORWOORD

Het Tempus III-programma (2000-2006) is gericht op de ontwikkeling en de modernisering van het hoger onderwijs in de 27 partnerlanden via samenwerking met instellingen uit de lidstaten van de Europese Unie. De hogeronderwijsinstellingen zijn van bijzonder belang voor het sociale en economische overgangsproces en voor de interculturele dialoog; zij zijn polen van expertise en menselijke hulpbronnen en zorgen voor de opleiding van nieuwe generaties leiders.

Een gedetailleerde beschrijving van het Tempus-programma is te vinden op:

http://europa.eu.int/comm/education/programmes/tempus/index_en.html

Dit jaarverslag wordt ingediend overeenkomstig artikel 11 van het besluit van de Raad tot vaststelling van het Tempus-programma (PB L 120 van 8 mei 1999).

2. UITVOERING VAN TEMPUS IN 2005: DE HOOFDACTIEPUNTEN

Bij de uitvoering van het programma in 2005 stonden de volgende prioriteiten centraal:

1. Versterking van de betrokkenheid van de nationale autoriteiten bij de uitvoering van het programma;

2. Versterking van de rol van de nationale Tempus-bureaus;

3. Consolidatie van het programmabeheer;

4. Verbetering van de verspreiding van de resultaten van het programma;

5. Voortzetting van de voorbereiding van het toekomstige Tempus-programma.

Deze prioriteiten zijn in lijn met de conclusies en aanbevelingen van de tussentijdse evaluatie van Tempus III, die in november 2003 is gepubliceerd. De evaluatie heeft de relevantie van het programma voor de ondersteuning van de hervorming en de ontwikkeling van het hoger onderwijs, alsook de deugdelijkheid van de steunverleningslogica en het programmabeheer bevestigd.

3. VERSTERKING VAN DE BETROKKENHEID VAN DE NATIONALE AUTORITEITEN

Gezien de succesvolle ervaring met de vergadering in juli 2004 hebben vertegenwoordigers van de partnerlanden in april 2005 deelgenomen aan een gezamenlijke vergadering met vertegenwoordigers van de lidstaten. Het doel van de vergadering was een beter inzicht te krijgen in de situatie van het hoger onderwijs in de partnerlanden en de gebieden vast te stellen waar de samenwerking via Tempus het best kon worden ondersteund om tot een betere samnwerking te komen. De vergadering bood een uitstekend forum voor uitwisselingen en discussies over de ontwikkelingen in het hoger onderwijs in zowel de partnerlanden als de EU.

Hoewel de politieke, economische en algemene situatie in de partnerlanden uiterst heterogeen is, bracht de dialoog aan het licht dat de verschillende landen met dezelfde grote problemen worden geconfronteerd, namelijk kwaliteitsborging, accreditering, toegang tot hoger onderwijs en aanpassing van het onderwijs aan de behoeften op de arbeidsmarkt. De vertegenwoordigers van de partnerlanden onderstreepten dat Tempus een belangrijke rol heeft gespeeld bij de stimulering en de ondersteuning van de nationale hervormingsinspanningen. Tempus-projecten zijn een proeftuin voor regeringen en universiteiten, aangezien zij concrete smanwerkingsactiviteiten omvatten op sleutelgebieden zoals de hervorming van de curricula en het bestuur van de universiteiten. De dialoog bevestigde dat de meeste partnerlanden binnen en buiten Europa het Bolognaproces duidelijk hanteren als referentiepunt voor hun eigen hervormingen.

De dialoog met de nationale autoriteiten werd voortgezet in het kader van een reeks bezoeken van functionarissen van de Commissie aan partnerlanden.

Om de betrokkenheid van de nationale autoriteiten bij de uitvoering van het programma te versterken en om er met name voor te zorgen dat bij het selectieproces rekening wordt gehouden met de nationale prioriteiten, hebben de diensten van de Commissie een nieuwe aanpak ontwikkeld om de ministers van Onderwijs in de partnerlanden te raadplegen. Als gevolg daarvan telt de mening van de nationale ministers van Onderwijs nu mee bij de beoordeling van de projecten en beïnvloedt zij in sterkere mate de definitieve selectie.

4. VERSTERKING VAN DE ROL VAN DE NATIONALE TEMPUS-BUREAUS

De nationale Tempus-bureaus (NTB’s) in de partnerlanden spelen een sleutelrol bij de uitvoering van het programma doordat zij informatie aan prospectieve en feitelijke gebuikers van het programma verstrekken en de diensten van de Commissie feedback over lopende projecten verschaffen.

In 2005 hebben de diensten van de Commissie hun samenwerking met het NTB-netwerk verder versterkt. Een van de belangrijkste taken in het eerste halfjaar was de voorbereiding van de werkprogramma’s van de NTB’s overeenkomstig de in het laatste kwartaal van 2004 opgestelde richtsnoeren. Deze richtsnoeren beoogden de totstandbrenging van een horizontale coherentie tussen de werkprogramma’s van de NTB’s en de daaraan gekoppelde financiële steun.

In deze context bestond een van de doelstellingen erin de NTB’s nauwer bij de plaatselijke controleactiviteiten te betrekken. In maart en oktober 2005 werden in Brussel vergaderingen voor de nationale Tempus-bureaus gehouden, waar een strategie voor de ontwikkeling van deze controlerol werd gepresenteerd en ontwikkeld. De NTB’s kregen een opleiding over de controlewerkzaamheden en er werd een handboek met praktische aanbevelingen opgesteld. De door de NTB’s uitgevoerde controles zijn een aanvulling op de door de diensten van de Commissie uitgevoerde werkzaamheden en haar technische bijstand (die wordt verleend door de Tempus-afdeling van de Europese Stichting voor Opleiding).

In 2005 hebben de diensten van de Commissie de selectie van nieuwe NTB’s voor Kazachstan, Kirgizië en Tadzjikistan georganiseerd en afgerond. De officiële opening van het NTB in Rusland vond plaats in maart 2005. Eind 2005 functioneerden NTB’s in alle Tempus-partnerlanden.

5. CONSOLIDATIE VAN HET PROGRAMMABEHEER

Een van de eerste prioriteiten voor de tenuitvoerlegging van Tempus in 2005 was de stroomlijning van het financieel beheer van het programma, dat in 2003 van de Europese Stichting voor Opleiding werd overgenomen als gevolg van de inwerkingtreding van het nieuwe Financieel Reglement. Om het volume van de activiteiten tot een beheersbaar niveau terug te brengen werd besloten om het aantal individuele mobiliteitsbeurzen drastisch te beperken van 800 tot 150 per jaar.

Bepaalde subsidieovereenkomsten konden niet volgens plan worden afgewikkeld wegens de late goedkeuring van de financieringsbesluiten of wegens vertragingen bij de ondertekening van de financieringsovereenkomsten.

Om het beheer van de individuele mobiliteitsbeurzen te vereenvoudigen werd in mei 2005 een belangrijke wijziging in de gids voor aanvragers aangebracht. Vanaf oktober 2005 worden deze beurzen volgens de definitie van het Financieel Reglement als studiebeurzen beschouwd. Als gevolg daarvan kan de beurs als eenmalige betaling in haar geheel aan de begunstigde aanvragers worden overgemaakt. Ook de rapportagevoorschriften zijn vereenvoudigd.

In lijn met de aanbevelingen van de tussentijdse evaluatie hebben de diensten van de Commissie in 2004/2005 een ambitieus controleprogramma uitgevoerd, dat gericht was op 10% van de lopende projecten en waarbij meer dan 50 inspecties ter plekke zijn uitgevoerd. De bevindingen waren over het algemeen positief en het aantal projecten dat sterke punten vertoonde was veel groter dan het aantal projecten met tekortkomingen. De meeste gecontroleerde projecten presteerden beter dan uit de administratieve controles kon worden opgemaakt. De resultaten van de eerste plaatselijke controles hebben bevestigd dat de lopende projecten aan de doelstellingen beantwoorden en relevant zijn voor de nationale hervormingsagenda.

Zoals hierboven aangegeven, worden de nationale Tempus-bureaus (NTB’s) nu nauw betrokken bij de plaatselijke controleactiviteiten. Het doel is dat 60% van de lopende projecten door de NTB’s ter plekke wordt gecontroleerd (overeenkomend met in totaal 180 projecten). De controle door de NTB’s zal hoofdzakelijk worden gericht op de kwaliteit van de resultaten van de projecten in de praktijk.

De planning voor de plaatselijke controlecampagne 2005/2006 werd in het najaar van 2005 goedgekeurd. Bij de plaatselijke controles zullen de diensten van de Commissie, deskundigen van de Europese Stichting voor Opleiding en de nationale Tempus-bureaus in de partnerlanden betrokken worden. Door de versterkte plaatselijke controles kunnen de diensten van de Commissie een beter inzicht krijgen in wat ter plekke geschiedt en kunnen de programmabeheerders de uitvoeringsmechanismen zo nodig aanpassen

Naast de plaatselijke inspecties speelt de preventieve controle een belangrijke rol bij de uitvoering van het programma. In mei 2005 werd in Brussel een opleidings- en netwerkingsseminar georganiseerd voor de coördinatoren van de in 2004 geselecteerde Tempus-Tacis-projecten die vertraging hadden opgelopen wegens de late ondertekening van de financieringsovereenkomsten voor deze regio. Het seminar had betrekking op het beheer van subsidieovereenkomsten en de uitvoering van projecten in het algemeen.

In 2005 werden vijf selectieprocedures afgerond: de selectieronden voor gezamenlijke Europese projecten (uiterste termijn: 15 december 2004), structurele en aanvullende maatregelen (uiterste termijnen: 15 oktober 2004 en 15 februari 2005) en individuele mobiliteitsbeurzen (uiterste termijnen: 15 februari en 15 oktober 2005). Het aantal aanvragen per selectieronde is permanent hoog gebleven, wat betekent dat het programma de aandacht van de academische wereld blijft trekken. Met name het aantal aanvragen voor structurele en aanvullende maatregelen neemt toe en de inhoud daarvan wordt sterker gericht op horizontale kwesties die van belang zijn voor de hervorming en de modernisering van het hoger onderwijs in de partnerlanden. De resultaten van de in 2005 afgeronde selectieprocedures worden in de bijlage gedetailleerd beschreven.

De geselecteerde gezamenlijke Europese projecten vallen onder de categorieën curriculumontwikkeling (66%), universiteitsbestuur (21%) en institutionele opbouw (13%). De projecten in verband met curriculumontwikkeling bestrijken een groot aantal terreinen zoals natuurwetenschappen, technologie, bedrijfsadministratie en sociale wetenschappen. De projecten op het gebied van institutionele opbouw en universiteitsbestuur ondersteunen hervormingen in verband met kwaliteitsborging, onderwijskwaliteit of het financiële beheer van universiteiten in de partnerlanden. In de meeste landen zijn de geselecteerde structurele en aanvullende maatregelen duidelijk gekoppeld aan de actiepunten van het Bolognaproces. De in het kader van dit programmaonderdeel geselecteerde projecten betreffen typisch kwesties zoals het opzetten van kwaliteitsborgingssystemen of de invoering van mechanismen voor de overdracht van studiepunten. De projecten zijn ook gericht op de modernisering van de activiteiten en de diensten van de universiteiten, waaronder de actualisering van de onderwijsprogramma’s, het gebruik van informatie- en communicatietechnologieën en de versterking van de internationale betrekkingen. De geselecteerde individuele mobiliteitsbeurzen betreffen hoofdzakelijk herscholings- en studieperioden (70%), gevolgd door voorbereidende activiteiten voor gezamenlijke Europese projecten (18%) en de deelname aan specifieke conferenties en seminars (12%). Algemeen gesproken kan worden geconstateerd dat de ingediende projecten steeds meer in lijn zijn met de door de partnerlanden vastgestelde nationale prioriteiten. Bijna alle geselecteerde projecten hebben betrekking op nationale prioriteiten.

In 2005 werd een totaal bedrag van circa 57 miljoen euro in het kader van Tempus vastgelegd. Een totaal bedrag van circa 51,7 miljoen euro werd toegekend aan projecten die in 2005 waren geselecteerd.

6. VERBETERING VAN DE VERSPREIDING VAN DE RESULTATEN VAN HET PROGRAMMA

Om de verspreiding van de resultaten van het programma te verbeteren en de zichtbaarheid van het programma verder te vergroten werd de Tempus-website in 2005 volledig herwerkt. De nieuwe website wordt regelmatig bijgewerkt met nieuws over het programma zoals uiterste termijnen voor de selectie van projecten, resultaten van de selecties, conferenties en informatie over de steun op het gebied van projectbeheer. Daarnaast omvat de website pagina’s over de partnerlanden met informatie over de nationale prioriteiten voor projecten, informatie over de nationale hogeronderwijsstelsels en samenvattingen van gefinancierde projecten.

De studie naar de duurzaamheid van de hogeronderwijsprogramma’s werd eind 2005 afgerond. De studie stelt de aanvragers en de projectcoördinatoren in staat de factoren te identificeren die de duurzaamheid van internationale samenwerkingsprojecten op het gebied van hoger onderwijs en opleiding ondersteunen en waarborgen en de nodige maatregelen in dit verband te nemen. De studie verschaft een nieuw instrument, een handboek over duurzaamheid, dat tezamen met een promotiebrochure te vinden is op de Tempus-website. Deze instrumenten, die het engagement van de Commissie ten aanzien van de toepassing van duurzame praktijken onderstrepen, zijn reeds nuttig gebleken bij de uitvoering van de plaatselijke controleactiviteiten door de nationale Tempus-bureaus.

In 2005 is met de steun van de Europese Stichting voor Opleiding begonnen met de uitvoering van nog twee andere thematische studies.

- Ten eerste: een studie naar de samenwerking tussen universiteiten en bedrijven. Deze studie heeft ten doel de trends en de ontwikkelingen op het gebied van de samenwerking tussen universiteiten en bedrijven in de partnerlanden van Tempus te bestuderen en het belang daarvan te bevorderen als middel om de inzetbaarheid van de studenten te vergroten. De studie zal de rol schetsen die Tempus heeft gespeeld en kan blijven spelen bij de ontwikkeling van de samenwerking tussen universiteiten en bedrijven in de partnerlanden. De studie is in opdracht gegeven als gevolg van discussies met de autoriteiten uit de partnerlanden, tijdens welke de samenwerking tussen universiteiten en bedrijven werd aangemerkt als een gemeenschappelijk punt van zorg. In alle partnerlanden moeten de hogeronderwijsstructuren worden aangepast om aan de huidige en prospectieve behoeften op de arbeidsmarkt te voldoen. De studie zal een aantal aanbevelingen voorstellen op grond van voorbeelden van goede praktijken. De bevindingen van de studie zullen worden gepresenteerd en besproken tijdens een seminar in Amman op 9 en 10 april 2006, dat gezamenlijk wordt georganiseerd door de Europese Commissie en het ministerie van Hoger Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek van Jordanië.

- Ten tweede: de effectstudies. Deze studies zullen illustreren welk effect Tempus heeft gehad op hogeronderwijsinstellingen, bij het hoger onderwijs betrokken individuele personen en organisaties die verbonden zijn met of gebruik maken van het hogeronderwijsstelsel in de partnerlanden. Deze studie heeft ten doel de verspreiding van informatie over de verwezenlijkingen van Tempus te verbeteren en bij te dragen aan de discussies over het toekomstige Tempus-programma.

Als onderdeel van de promotiecampagne van het programma is de opdracht gegeven tot het maken van een video, getiteld ‘Tempus in Action’. De video bestaat uit drie delen die de verschillende onderdelen van het programma behandelen. Deelnemers aan projecten in Rusland, de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Egypte zijn geïnterviewd om het effect te beschrijven dat Tempus op hun arbeidsleven en hun academische en institutionele omgeving heeft gehad.

De nationale contactpunten van Tempus in de lidstaten zijn een belangrijke rol blijven spelen bij de uitvoering van het programma door het bevorderen van de betrokkenheid van de hogeronderwijsinstellingen in de EU via voorlichtingsactiviteiten en de verlening van hulp bij het zoeken naar partners. In 2005 zijn in de meeste partnerlanden en in een aantal lidstaten van de EU Tempus-voorlichtingsdagen georganiseerd.

7. VOORTZETTING VAN DE VOORBEREIDING VAN HET TOEKOMSTIGE TEMPUS-PROGRAMMA

De Europese Commissie blijft het hoger onderwijs als een prioriteit beschouwen voor haar samenwerkingsactiviteiten met buurlanden. Zij heeft zich ertoe verbonden om het Tempus-programma te verlengen, waarbij na 2006 sterke nadruk zal worden gelegd op de institutionele samenwerking tussen universiteiten. Bovendien bestudeert de Commissie thans de mogelijkheid om studenten uit de buurlanden in staat te stellen aan EU-universiteiten te studeren.

8. CONCLUSIE

De tenuitvoerlegging van het Tempus-programma in 2005 was gebaseerd op een aantal strategische doelstellingen die alle op bevredigende wijze zijn verwezenlijkt. De continue dialoog met de nationale autoriteiten en hun nauwe betrokkenheid bij de vaststelling van de prioriteiten en de selectie van de projecten zorgen ervoor dat de gefinancierde activiteiten aan de behoeften van het land voldoen en aan de nationale hervormingsdoelstellingen beantwoorden. Dit zorgt ervoor dat de nationale regeringen zich bij het programma betrokken voelen en het vergroot het effect van de steunverlening in het kader van het programma. De nationale Tempus-bureaus in de partnerlanden zijn verder uitgebreid en spelen een belangrijke rol als contactpunt met de nationale autoriteiten en andere belanghebbenden. De feedback van de nationale autoriteiten en de resultaten van de plaatselijke controles hebben bevestigd dat Tempus een zeer relevant programma blijft voor het verlenen van bijstand aan de partnerlanden bij de hervorming en de modernisering van hun hogeronderwijsstelsels.

**********

LIJST VAN BIJLAGEN

Bijlage 1: Tempus 2005 – Financiel overzicht

- Vastgelegde bedragen per regio

- Geselecteerde projecten per regio/Aan geselecteerde projecten toegekende bedragen

Bijlage 2.1: Gezamenlijke Europese projecten (JEP) Selectietabellen 2005

- Tabel 1: CARDS

- Tabel 2: Tacis

- Tabel 3: MEDA

Bijlage 2.2: Structurele en aanvullende maatregelen (SCM) Selectietabellen 2005

- Tabel 1: CARDS

- Tabel 2: Tacis

- Tabel 3: MEDA

Bijlage 2.3: Individuele mobiliteitsbeurzen (IMG) Selectietabellen 2005

- Tabel 1: CARDS

- Tabel 2: Tacis

- Tabel 3: MEDA

Bijlage 3.1: Gezamenlijke Europese projecten (JEP) – Selectietabel 2005 per EU-lidstaat

Bijlage 3.2: Structurele en aanvullende maatregelen (SCM) - Selectietabel 2005 per EU-lidstaat

BIJLAGE I

TEMPUS 2005 – FINANCIEEL OVERZICHT

Tempus 2005 – Vastgelegde bedragen per regio in € |

CARDS | Tacis | MEDA |

JEP | 11.550.002,57 | 19.737.640 | 12.523.383 |

IMG | 318.790 | 634.340 | 495.800 |

SCM | 2.456.797,38 | 3.118.961,72 | 1.590.094,75 |

NTO | 685.170,83 | 746.693,57 | 551.671,60 |

ETF | 381.255,28 | 650.226,45 | 481.778,36 |

Andere | 172.218,48 | 424.738,67 | 419.883,16 |

Totaal | 15.564.234,54 | 25.312,603 | 16.062.611 |

Tempus 2005 – Geselecteerde projecten per regio/Toegekende bedragen in € |

CARDS | Aan geselecteerde projecten toegekende bedragen |

JEP (uiterste termijn 15 december 2004) | 29 | 11.550.002,57 |

SCM (uiterste termijn 15 oktober 2004) | 7 | 697.395,43 |

SCM (uiterste termijn 15 februari 2005) | 13 | 1.527.241,70 |

IMG (uiterste termijn 15 februari 2005) | 39 | 124.990,00 |

IMG (uiterste termijn 15 oktober 2005) | 15 | 85.080,00 |

Totaal | 103 | 13.984.709,70 |

Tempus 2005 – Geselecteerde projecten per regio/Toegekende bedragen in € |

Tacis | Aan geselecteerde projecten toegekende bedragen |

JEP (uiterste termijn 15 december 2004) | 47 | 18.610.480,00 |

SCM (uiterste termijn 15 oktober 2004) | 10 | 1.117.243,00 |

SCM (uiterste termijn 15 februari 2005) | 13 | 1.700.309,00 |

IMG (uiterste termijn 15 februari 2005) | 60 | 208.860,00 |

IMG (uiterste termijn 15 oktober 2005) | 34 | 159.830,00 |

Total | 164 | 21.796.722,00 |

Tempus 2005 – Geselecteerde projecten per regio/Toegekende bedragen in € |

MEDA | Aan geselecteerde projecten toegekende bedragen |

JEP (uiterste termijn 15 december 2004) | 32 | 13.918.458,00 |

SCM (uiterste termijn 15 oktober 2004) | 9 | 1.123.121,75 |

SCM (uiterste termijn 15 februari 2005) | 5 | 548.301,75 |

IMG (uiterste termijn 15 februari 2005) | 50 | 185.600,00 |

IMG (uiterste termijn 15 oktober 2005) | 19 | 74.080,00 |

Total | 115 | 15.849.561,50 |

- JEP: gezamenlijk Europees project; SCM: structurele en aanvullende maatregel; IMG: individuele mobiliteitsbeurs; NTO: nationaal Tempus-bureau; ETF: European Stichting voor Opleiding.

BIJLAGE 2.1

GEZAMENLIJKE EUROPESE PROJECTEN (JEP) SELECTIETABELLEN 2005 |

- Onderstaande tabellen betreffen de selectie van gezamenlijke Europese projecten (JEP), uitgevoerd in 2005 ingevolge de op 15 december 2004 afgesloten oproep tot het indienen van voorstellen. De tabel geeft het aantal geselecteerde projecten aan waarbij instellingen uit een gegeven partnerland betrokken zijn.

- Nationale projecten hebben uitsluitend betrekking op een enkel Tempus-partnerland. Meerlandenprojecten omvatten meer dan een partnerland.

JEP – TEMPUS CARDS (Bijlage 2.1 – Tabel 1) |

Partnerland | Nationaal/meerdere landen | Totaal aantal geselecteerde projecten | Totaal toegekend bedrag in € |

1244-Kosovo | Nationaal | 2 | 587.752,00 |

Meerdere landen | 1 | 230.000,00 |

Totaal | 3 | 817.752,00 |

Albanië | Nationaal | 2 | 519.030,00 |

Meerdere landen | 2 | 323.642,60 |

Totaal | 4 | 842.672,60 |

Bosnië-Herzegovina | Nationaal | 4 | 1.409.601,00 |

Meerdere landen | 2 | 335.939,45 |

Totaal | 6 | 1.745.540,45 |

Kroatië | Nationaal | 7 | 3.377.600,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 7 | 3.377.600,00 |

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië | Nationaal | 5 | 1.949.926,00 |

Meerdere landen | 1 | 149.828,16 |

Totaal | 6 | 2.099.754,16 |

Servië en Montenegro | Nationaal | 6 | 2.375.457,57 |

Meerdere landen | 2 | 291.225,79 |

Totaal | 8 | 2.666.683,36 |

JEP – TEMPUS TACIS (Bijlage 2.1 – Tabel 2) |

Partnerland | Nationaal/meerdere landen | Totaal aantal geselecteerde projecten | Totaal toegekend bedrag in € |

Armenië | Nationaal | 2 | 420.103,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 2 | 420.103,00 |

Azerbeidzjan | Nationaal | 2 | 564.308,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 2 | 564.308,00 |

Belarus | Nationaal | 1 | 265.996,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 1 | 265.996,00 |

Georgië | Nationaal | 3 | 1.212.353,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 3 | 1.212.353,00 |

Kazachstan | Nationaal | 1 | 498.480,00 |

Meerdere landen | 1 | 94.932,00 |

Totaal | 2 | 593.412,00 |

Kirgizië | Nationaal | 1 | 279.900,00 |

Meerdere landen | 2 | 319.121,00 |

Totaal | 3 | 599.021,00 |

Moldavië | Nationaal | 3 | 841.237,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 3 | 841.237,00 |

Russische Federatie | Nationaal | 17 | 7.421.467,00 |

Meerdere landen | 1 | 34.325,00 |

Totaal | 18 | 7.455.792,00 |

Tadzjikistan | Nationaal | - | - |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | - |

Turkmenistan | Nationaal | 2 | 740.556,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 2 | 740.556,00 |

Oekraïne | Nationaal | 9 | 3.881.117,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 9 | 3.881.117,00 |

Oezbekistan | Nationaal | 4 | 1.735.703,00 |

Meerdere landen | 2 | 300.882,00 |

Totaal | 6 | 2.036.585,00 |

JEP – TEMPUS MEDA (Bijlage 2.1 – Tabel 3) |

Partnerland | Nationaal/meerdere landen | Totaal aantal geselecteerde projecten | Totaal toegekend bedrag in € |

Algerije | Nationaal | 4 | 1.363.495,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 4 | 1.363.495,00 |

Egypte | Nationaal | 6 | 2.865.781,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 6 | 2.865.781,00 |

Jordanië | Nationaal | 1 | 498.900,00 |

Meerdere landen | 2 | 379.214,33 |

Totaal | 3 | 878.114,33 |

Libanon | Nationaal | 3 | 1.392.078,00 |

Meerdere landen | 1 | 59.388,00 |

Totaal | 4 | 1.451.466,00 |

Marokko | Nationaal | 6 | 2.468.895,00 |

Meerdere landen | 1 | 250.000,00 |

Totaal | 7 | 2.718.895,00 |

Palestijnse Autoriteit | Nationaal | 2 | 949.598,00 |

Meerdere landen | 1 | 261.128,67 |

Totaal | 3 | 1.210.726,67 |

Syrië | Nationaal | 3 | 1.267.528,00 |

Meerdere landen | 2 | 367.426,00 |

Totaal | 5 | 1.634.954,00 |

Tunesië | Nationaal | 3 | 1.426.250,00 |

Meerdere landen | 2 | 368.776,00 |

Totaal | 5 | 1.795.026,00 |

BIJLAGE 2.2

STRUCTURELE EN AANVULLENDE MAATREFELEN (SCM) SELECTIETABELLEN 2005 |

- Onderstaande tabellen betreffen de selectie van structurele en aanvullende maatregelen ingevolge de op 15 oktober 2004 en 15 februari 2005 afgesloten oproepen tot het indienen van voorstellen.

- De tabel geeft het aantal geselecteerde projecten aan waarbij instellingen uit een gegeven partnerland betrokken zijn. Nationale projecten hebben uitsluitend betrekking op een enkel Tempus-partnerland. Meerlandenprojecten omvatten meer dan een partnerland.

SCM – TEMPUS CARDS (Bijlage 2,2 – Tabel 1) |

Partnerland | Nationaal/meerdere landen | Totaal aantal geselecteerde projecten | Totaal toegekend bedrag in € |

1244-Kosovo | Nationaal | 1 | 141.550,70 |

Meerdere landen | 3 | 115.301,93 |

Totaal | 4 | 256.852,63 |

Albanië | Nationaal | 1 | 43.585,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 1 | 43.585,00 |

Bosnië-Herzegovina | Nationaal | 3 | 358.848,00 |

Meerdere landen | 1 | 50.000,00 |

Totaal | 4 | 408.848,00 |

Kroatië | Nationaal | 3 | 355.435,43 |

Meerdere landen | 2 | 59.968,93 |

Totaal | 5 | 415.404,36 |

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië | Nationaal | 3 | 334.370,00 |

Meerdere landen | 2 | 71.716,93 |

Totaal | 5 | 406.086,93 |

Servië en Montenegro | Nationaal | 6 | 644.015,60 |

Meerdere landen | 1 | 9.968,93 |

Totaal | 7 | 653.984,53 |

SCM – TEMPUS TACIS (Bijlage 2,2 – Tabel 2) |

Partnerland | Nationaal/meerdere landen | Totaal aantal geselecteerde projecten | Totaal toegekend bedrag in € |

Armenië | Nationaal | - | - |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | - | - |

Azerbeidzjan | Nationaal | - | - |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | - | - |

Belarus | Nationaal | - | - |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | - | - |

Georgië | Nationaal | - | - |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | - | - |

Kazachstan | Nationaal | 1 | 144.522,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 1 | 144.522,00 |

Kirgizië | Nationaal | 2 | 139.730,00 |

Meerdere landen | 1 | 61.390,00 |

Totaal | 3 | 201.120,00 |

Moldavië | Nationaal | 1 | 94.800,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 1 | 94.800,00 |

Russische Federatie | Nationaal | 8 | 1.116.959,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 8 | 1.116.959,00 |

Tadzjikistan | Nationaal | 2 | 225.388,00 |

Meerdere landen | 1 | 61.390,00 |

Totaal | 3 | 286.778,00 |

Turkmenistan | Nationaal | - | - |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | - | - |

Oekraïne | Nationaal | 4 | 467.930,00 |

Meerdere landen | 1 | 39.875,70 |

Totaal | 5 | 507.805,70 |

Oezbekistan | Nationaal | 3 | 389.891,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 3 | 389.891,00 |

SCM – TEMPUS MEDA (Bijlage 2,2 – Tabel 3) |

Partnerland | Nationaal/meerdere landen | Totaal aantal geselecteerde projecten | Totaal toegekend bedrag in € |

Algerije | Nationaal | - | - |

Meerdere landen | 1 | 25.200,00 |

Totaal | 1 | 25.200,00 |

Egypte | Nationaal | 4 | 502.725,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 4 | 502.725,00 |

Jordanië | Nationaal | 1 | 126.934,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 1 | 126.934,00 |

Libanon | Nationaal | 1 | 93.577,50 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 1 | 93.577,50 |

Marokko | Nationaal | 3 | 352.454,25 |

Meerdere landen | 1 | 50.400,00 |

Totaal | 4 | 402.854,25 |

Palestijnse Autoriteit | Nationaal | 2 | 243.375,75 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 2 | 243.375,75 |

Syrië | Nationaal | 1 | 149.707,00 |

Meerdere landen | - | - |

Totaal | 1 | 149.707,00 |

Tunesië | Nationaal | 1 | 101.850,00 |

Meerdere landen | 1 | 25.200,00 |

Totaal | 2 | 127.050,00 |

BIJLAGE 2.3

INDIVIDUELE MOBILITIETSBEURZEN (IMG) SELECTIETABELLEN 2005 |

- Onderstaande tabellen betreffen de selectie van individuele mobiliteitsbeurzen (IMG), uitgevoerd in 2005 ingevolge de op 15 februari 2005 en 15 oktober 2005 afgesloten oproepen tot het indienen van voorstellen. De cijfers omvatten geselecteerde IMG’s waarbij onderdanen of gastinstellingen uit de betrokken partnerlanden betrokken zijn.

IMG – TEMPUS CARDS (Bijlage 2,3 – Tabel 1) |

Partnerland | Totaal aantal geselecteerde projecten | Totaal toegekend bedrag in € |

1244-Kosovo | 3 | 19.510,00 |

Albanië | 11 | 48.040,00 |

Bosnië-Herzegovina | 4 | 12.470,00 |

Kroatië | 11 | 30.850,00 |

Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië | 13 | 48.840,00 |

Servië en Montenegro | 12 | 50.360,00 |

IMG – TEMPUS TACIS (Bijlage 2,3 – Tabel 2) |

Partnerland | Totaal aantal geselecteerde projecten | Totaal toegekend bedrag in € |

Armenië | 6 | 19.320,00 |

Azerbeidzjan | 3 | 15.580,00 |

Belarus | 5 | 18.230,00 |

Georgië | 5 | 16.260,00 |

Kazachstan | 3 | 16.740,00 |

Kirgizië | 5 | 27.660,00 |

Moldavië | 7 | 36.720,00 |

Russische Federatie | 33 | 115.050,00 |

Tadzjikistan | 2 | 15.640,00 |

Turkmenistan | 3 | 12.640,00 |

Oekraïne | 12 | 37.750,00 |

Oezbekistan | 10 | 37.100,00 |

IMG – TEMPUS MEDA (Bijlage 2,3 – Tabel 3) |

Partnerland | Totaal aantal geselecteerde projecten | Totaal toegekend bedrag in € |

Algerije | 10 | 19.810,00 |

Egypte | 17 | 82.360,00 |

Jordanië | 5 | 14.160,00 |

Libanon | 6 | 16.160,00 |

Marokko | 9 | 35.730,00 |

Palestijnse Autoriteit | 11 | 41.220,00 |

Syrië | 8 | 43.540,00 |

Tunesië | 3 | 6.700,00 |

BIJLAGE 3.1

GEZAMENLIJKE EUROPESE PROJECTEN (JEP) - SELECTIETABEL 2005 PER EU-LIDSTAAT |

- Onderstaande tabel betreft de selectie van gezamenlijke Europese projecten (JEP), uitgevoerd in 2005 ingevolge de op 15 december 2004 afgesloten oproep tot het indienen van voorstellen. De tabel geeft het aantal instellingen aan die als subsidiehouder resp. partner bij geselecteerde projecten betrokken zijn.

EU-lidstaat | Aantal instellingen die als subsidiehouder bij geselecteerde projecten betrokken zijn | Aantal instellingen die als partner bij geselecteerde projecten betrokken zijn | Totaal |

Oostenrijk | 6 | 15 | 21 |

België | 3 | 19 | 22 |

Cyprus | - | - | - |

Tsjechië | - | 2 | 2 |

Denemarken | - | 3 | 3 |

Estland | - | 4 | 4 |

Finland | 3 | 4 | 7 |

Frankrijk | 27 | 42 | 69 |

Duitsland | 20 | 34 | 54 |

Griekenland | 3 | 9 | 12 |

Hongarije | 2 | 6 | 8 |

Ierland | 1 | 6 | 7 |

Italië | 9 | 24 | 33 |

Letland | - | 1 | 1 |

Litouwen | - | 1 | 1 |

Luxemburg | - | 1 | 1 |

Malta | - | 1 | 1 |

Nederland | 4 | 11 | 15 |

Polen | - | 9 | 9 |

Portugal | - | 7 | 7 |

Slowakije | - | 4 | 4 |

Slovenië | 2 | 9 | 11 |

Spanje | 4 | 24 | 28 |

Zweden | 10 | 17 | 27 |

Verenigd Koninkrijk | 14 | 18 | 32 |

BIJLAGE 3.2

STRUCTURELE EN AANVULLENDE MAATREGELEN (SCM) - SELECTIETABEL 2005 PER EU-LIDSTAAT |

- Onderstaande tabel betreft de selectie van structurele en anvullende matregelen (SCM), uitgevoerd in 2005 ingevolge de op 15 oktober 2004 en 15 februari 2005 afgesloten oproepen tot het indienen van voorstellen. De tabel geeft het aantal instellingen aan die als subsidiehouder resp. partner bij geselecteerde projecten betrokken zijn.

EU-lidstaat | Aantal instellingen die als subsidiehouder bij geselecteerde projecten betrokken zijn | Aantal instellingen die als partner bij geselecteerde projecten betrokken zijn | Totaal |

Oostenrijk | 1 | 9 | 10 |

België | 1 | 5 | 6 |

Cyprus | - | - | - |

Tsjechië | - | 1 | 1 |

Denemarken | - | 1 | 1 |

Estland | - | - | - |

Finland | - | 3 | 3 |

Frankrijk | 12 | 13 | 25 |

Duitsland | 19 | 24 | 43 |

Griekenland | - | 5 | 5 |

Hongarije | - | 2 | 2 |

Ierland | - | 1 | 1 |

Italië | 4 | 10 | 14 |

Letland | - | - | - |

Litouwen | - | 1 | 1 |

Luxemburg | - | - | - |

Malta | - | 1 | 1 |

Nederland | 2 | 6 | 8 |

Polen | 2 | 7 | 9 |

Portugal | - | 5 | 5 |

Slowakije | - | 2 | 2 |

Slovenië | 2 | 1 | 3 |

Spanje | 4 | 8 | 12 |

Zweden | 7 | 11 | 18 |

Verenigd Koninkrijk | 3 | 8 | 11 |

Top