41989X0621(01)

Resolutie van de Raad en de Ministers van Onderwijs, in het kader van de Raad bijeen, van 22 mei 1989 betreffende het onderwijs aan kinderen van zigeuners en reizigers

Publicatieblad Nr. C 153 van 21/06/1989 blz. 0003 - 0004


RESOLUTIE VAN DE RAAD EN DE MINISTERS VAN ONDERWIJS, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN, van 22 mei 1989 betreffende het onderwijs aan kinderen van zigeuners en reizigers (89/C 153/02)

DE RAAD EN DE MINISTERS VAN ONDERWIJS, IN HET KADER VAN DE RAAD BIJEEN,

Gelet op de resolutie van de Raad en van de Ministers van Onderwijs, in het kader van de Raad bijeen, van 9 februari 1976 (1) houdende een actieprogramma op onderwijsgebied,

Overwegende dat het Europese Parlement op 24 mei 1984 (2) een resolutie heeft aangenomen over de positie van de zigeuners in de Gemeenschap, waarbij het met name aan de regeringen van de Lid-Staten aanbeveelt, hun houding te coördineren, en de Commissie verzoekt door de Gemeenschapsbegroting gesubsidieerde programma's uit te werken om het lot van de zigeuners te verbeteren zonder aantasting van hun specifieke waarden;

Overwegende dat zigeuners en reizigers thans in de Gemeenschap een groep vormen van meer dan 1 miljoen personen, wier cultuur en taal sinds meer dan 500 jaar deel uitmaken van het culturele en taalkundige erfgoed van de Gemeenschap;

Overwegende dat de huidige situatie in het algemeen, en in het bijzonder op onderwijsgebied, zorgwekkend is ; dat slechts 30 tot 40 % van de kinderen van zigeuners en reizigers met enige regelmaat de school bezoekt ; dat de helft nooit naar school gaat ; dat een zeer klein percentage de drempel van het secundaire onderwijs bereikt en overschrijdt ; dat het resultaat, met name de vertrouwdheid met lezen en schrijven, niet in verhouding staat tot de vermeende duur van het onderwijs ; dat de graad van analfabetisme bij volwassenen dikwijls meer dan 50 % bedraagt en op sommige plaatsen 80 % of meer;

Overwegende dat het gaat om meer dan 500 000 kinderen ; dat dit aantal steeds in opwaartse richting moet worden herzien, omdat gemeenschappen van zigeuners en reizigers jong zijn : de helft is minder dan 16 jaar oud;

Overwegende dat het onderwijs, met name doordat het de instrumenten verschaft tot aanpassing aan een wisselende omgeving en tot autonomie in persoon en beroep, fundamenteel is voor de culturele, sociale en economische toekomst van de zigeunergemeenschappen, dat de ouders zich hiervan bewust zijn en dat de vraag naar onderwijs toeneemt;

Akte nemend van de resultaten en aanbevelingen van de in opdracht van de Commissie verrichte studie over onderwijs aan kinderen van zigeuners en reizigers in de twaalf Lid-Staten van de Gemeenschap, van de grote lijnen die naar voren komen uit het samenvattende verslag van het overleg met vertegenwoordigers van zigeuners en reizigers, en van gedachtenwisselingen tussen deskundigen en vertegenwoordigers van de Ministeries van Onderwijs,

NEMEN DE VOLGENDE RESOLUTIE AAN:

De Raad en de Ministers van Onderwijs, in het kader van de Raad bijeen, zullen trachten de stimulans te geven tot een pakket maatregelen op het gebied van het onderwijs aan kinderen van zigeuners en reizigers, die erop gericht zijn, onverminderd de acties die de Lid-Staten reeds, afhankelijk van de bijzondere situaties die zij op dit gebied kennen, hebben gevoerd, een algemene, structurele aanpak te ontwikkelen welke bijdraagt tot het wegnemen van de voornaamste hinderpalen die de toegang tot school van kinderen van zigeuners en reizigers in de weg staan.

Deze maatregelen hebben ten doel: - het bevorderen van innoverende initiatieven;

- het voorstellen en steunen van positieve, aangepaste acties;

- er voor te zorgen dat de uitgevoerde projecten op elkaar aansluiten;

- de ruime verspreiding van het resultaat ervan en van de lessen die eruit getrokken worden;

- het bevorderen van de uitwisseling van ervaringen.

1. Acties op het niveau van de Lid-Staten

Voor zover hun specifieke mogelijkheden in verband met hun constitutie, financiën, onderwijsbeleid en onderwijsstructuren dit toelaten, zullen de Lid-Staten trachten de volgende stimulansen te geven: a) De structuren - steun aan de onderwijsinstellingen, door het verschaffen van de noodzakelijke faciliteiten voor de opvang van kinderen van zigeuners en reizigers;

- steun aan de leerkrachten, de leerlingen en de ouders.

(1) PB nr. C 38 van 19.2.1976, blz. 1. (2) PB nr. C 172 van 2.7.1984, blz. 153.

b) Pedagogiek en didactisch materiaal - proefneming met het onderwijs op afstand, dat wellicht beter aansluit bij de realiteit van een zwervend bestaan;

- ontwikkeling van vormen van pedagogische follow-up;

- maatregelen ter vergemakkelijking van de overgang van school naar permanente educatie/vorming;

- inaanmerkingneming van de geschiedenis, cultuur en taal van zigeuners en reizigers;

- gebruik van nieuwe elektronische middelen en video-apparatuur;

- didactisch materiaal voor de onderwijsinstellingen die betrokken zijn bij het onderwijs aan kinderen van zigeuners en reizigers.

c) Aanwerving, opleiding en bijscholing van leerkrachten - aangepaste bijscholing en aanvullende opleiding voor leerkrachten die werken met kinderen van zigeuners en reizigers;

- zo mogelijk opleiding en aanwerving van docenten van zigeuner- en reizigersafkomst.

d) Voorlichting en onderzoek - intensivering van documentatie- en voorlichtingsacties gericht op scholen, docenten en ouders;

- stimulering van onderzoek op het gebied van de cultuur, de geschiedenis en de taal van zigeuners en reizigers.

e) Overleg en coördinatie ; bevordering van het sociale engagement van de bevolking - aanwijzing van personeel dat een coördinerende functie krijgt;

- stimulering van de oprichting van verbindingsgroepen waarin ouders, leerkrachten en vertegenwoordigers van plaatselijke overheden en het schoolbestuur zitting hebben;

- aanwijzing, indien nodig, van een of meer overheidsinstanties voor het onderwijs aan kinderen van zigeuners en reizigers in de Lid-Staten met een groot aantal zigeuners en reizigers, met de medewerking waarvan de nodige maatregelen kunnen worden gecoördineerd, in voorkomend geval ook op het gebied van de opleiding van leerkrachten, documentatie en vervaardiging van didactisch materiaal.

2. Acties op het niveau van de Gemeenschap

2.1. Communautaire steun op dit gebied is nuttig met het oog op het stimuleren van nationale initiatieven inzake de uitwisseling van ervaringen alsmede om de vruchten te plukken van innoverende proefprojecten.

2.2. Organisatie van uitwisseling van gedachten en ervaringen via ontmoetingen op communautair niveau van de diverse betrokken partners, met name van de vertegenwoordigers van zigeuners en reizigers, van jonge zigeuners, van leerkrachten.

2.3. De Commissie zal op communautair niveau zorgen voor voortdurende documentatie, begeleiding, coördinatie en evaluatie van al deze maatregelen en zal zich zo nodig laten bijstaan door een externe instantie.

2.4. De Commissie zal erop toezien dat deze maatregelen worden genomen in samenhang met andere reeds geprogrammeerde communautaire acties op onderwijsgebied. Met name zal zij toezien op de complementariteit van de acties met andere communautaire acties, zoals die van het Europees Sociaal Fonds, en met de activiteiten van andere internationale organisaties, met name die van de Raad van Europa.

2.5. De Commissie zal de Raad, het Europese Parlement, alsmede het Onderwijscomité vóór 31 december 1993 een verslag voorleggen over de tenuitvoerlegging van de in deze resolutie genoemde maatregelen.